Leidsche Rijn

Selecteer Pagina

Subsidie essentieel voor amateurkunsteducatie, maar blijft uitdagend proces

Subsidie essentieel voor amateurkunsteducatie, maar blijft uitdagend proces

LEIDSCHE RIJN – Terwijl in veel sectoren bezuinigd wordt, ontvangen de instellingen van het Netwerk Amateurkunst Utrecht (NAU) gemeentelijke subsidie voor amateurkunsteducatie. Het aanvragen van die subsidie is een complex proces dat veel kennis en voorbereiding vereist. Binnen het NAU werken de instellingen hieraan samen. Dans Atelier 42, een van de deelnemende scholen, gebruikt de subsidie om danslessen toegankelijk voor Utrechters te houden.

Het NAU is een samenwerking tussen meerdere kunstscholen in Utrecht: Muziek in de Wijk, Muziek voor ieder kind, Dirigentenwerkplaats Utrecht, Muziqu, Danscentrum Utrecht, Theaterschool Utrecht (TSU), Kunstencentrum de Nieuwe Vaart, Vocal Arts Academy en Dans Atelier 42 (de laatste drie vestigen zich in Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern). Marloes Vogel, zakelijk leider van de TSU, vertelt dat “het doel van dit netwerk is om elkaar te helpen en ondersteunen op artistiek en zakelijk vlak.” Deze instellingen zijn niet groot en hebben vaak een klein team dat de hele organisatie beheert. Dat kan snel lastig worden en veel werk opleveren. “De FTE, dus het aantal uur wat iedere zakenleider te besteden heeft per opdracht, is vaak weinig bij kleinere culturele instellingen. Het personeel moet dan in één keer heel veel informatie weten en verzamelen. Kennisdeling is vaak essentieel binnen collega-instellingen”, legt Vogel uit. Dit netwerk wordt ook nog gebruikt voor inhoudelijke samenwerkingen tussen de instellingen.. In 2022 organiseerden ze een try-outdag, waar er gratis proeflessen in de kunsten die ze bieden werden gegeven (dans, theater, muziek) om mensen er kennis mee te laten maken.

Subsidie aanvragen is geen makkelijk proces en vereist veel voorbereiding en kennis van de desbetreffende regelingen. Voorbereidingen zoals financiële overzichten van het hele jaar maken, vaste plannen voor de periode van gebruik opstellen, verschillende documenten en licenties regelen en nog meer ondernemingen die tijd kunnen kosten en op een bepaalde deadline af moeten zijn. Daar bovenop wordt er ook nog bezuinigd, wat betekent dat de gebruikers van subsidies minder geld voor hun werk krijgen. “Op amateurkunsteducatie wordt er niet bezuinigd, maar de pot was al heel klein”, vertelt Vogel. Als de aanvrager alles op een rijtje heeft gezet en tot een mooi plan heeft verwerkt, gaat zijn aanvraag door naar de gemeentelijke en de beoordelingscommissies, die elk onderdeel evalueren en daarna een beoordeling geeft. “Sommige culturele instellingen vallen met positieve beoordelingen binnen de beschikbare gelden en anderen vallen zelfs met positieve beoordelingen daarbuiten. Dat heet de zaaglijn. Ook al heb je het allemaal goed gedaan, kan het zo nog zijn dat je niks krijgt omdat het geld op is”, aldus Vogel.

Het subsidiegeld wordt gebruikt om ervoor te zorgen dat instellingen en kunstscholen blijven functioneren. Verder bevordert het professionalisering: “We kunnen onszelf wat zichtbaarder maken en we kunnen onze docenten volgens de cao uitbetalen”, vertelt Minke Brands, artistiek en algemeen directeur van Dans Atelier 42. “Dat is echt heel belangrijk, want dat zijn de mensen met de meeste passie. Zonder docenten heb je geen kunstonderwijs.” Zonder subsidie is het zeer moeilijk om overeind te blijven. In 2003 richtte Brands de stichting DC1 II High op, waarmee ruimte wordt geboden voor verschillende dansvormen en samenwerking met andere kunstdisciplines. Dans Atelier 42 was eerst een eenmanszaak waarmee Brands met alleen 90 leerlingen net kon rondkomen. Door de instelling in 2019 onderdeel te laten worden van de stichting werd het mogelijk om subsidie aan te vragen. “Je wilt niet te hoge prijzen vragen, want je wilt de drempel tot amateurkunsteducatie laag houden zodat amateurkunsteducatie beschikbaar blijft voor alle Utrechters.” De school probeert zich ook in Overvecht te vestigen: “Er is nog een gebrek aan danslessen in ballet, moderne dans en street styles voor kinderen en jeugd in de wijk. Dat is wat wij proberen van de grond te trekken, met onder andere onze subsidie.”

Over de auteur