LEIDSCHE RIJN – Jongvolwassenen in Leidsche Rijn voelen zich vaker eenzaam dan hun leeftijdsgenoten in de rest van Utrecht. Terwijl de stad bekendstaat om haar jonge bevolking, blijkt juist in deze Vinex-wijk het sociale leven minder vanzelfsprekend. Gebrek aan ontmoetingsplekken, grotere afstanden en een lagere stedelijkheid lijken hierbij een rol te spelen. Jongeren zelf vertellen hoe zij de wijk ervaren – en wat er volgens hen moet veranderen.
Uit onderzoek van de GGD regio Utrecht blijkt dat de jongvolwassen bevolking van Leidsche Rijn (16-25 jaar) zich eenzamer voelt dan de gemiddelde Utrechter. Dit is opvallend, aangezien Utrecht een relatief grote jongvolwassen bevolking heeft (10,6% is tussen de 10 en 19 jaar, en 21,5% tussen de 20 en 29 jaar). Toch lijkt deze groep in Leidsche Rijn hier meer moeite mee te hebben. Het gevoel van eenzaamheid onder jongvolwassenen wordt sinds 2021 gemeten, toen de cijfers nog heel hoog waren door de coronaperiode. Ze nemen de laatste jaren steeds af, maar Leidsche Rijn blijft nog boven het gemiddelde en staat samen met Vleuten-De Meern op de tweede plek na Overvecht. Volgens de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen voelt 57% van deze groep matig of ernstig eenzaam en 23% ernstig eenzaam.
Ruimtelijke inrichting en ontmoetingsplekken
Leidsche Rijn is een Vinex-wijk die massale nieuwbouw en woningen bevat. De wijk telt 15.908 woningen, een van de hoogste uit heel Utrecht, wat betekent dat er minder ruimte voor andere soorten gebouwen is. Voor zoveel woningen zijn er relatief weinig horecagelegenheden, culturele voorzieningen en ontmoetingsplekken. Volgens het CBS bevat de wijk 585 handels- en horecazaken (vergeleken met 6.150 in heel Utrecht) en slechts 535 locaties voor cultuur, recreatie en overige diensten, een van de laagste aantallen van de stad.
Bovendien liggen veel voorzieningen ver van elkaar, waardoor sociaal contact minder vanzelfsprekend is. De omgevingsadressendichtheid (OAD) in Leidsche Rijn bedraagt 1.958 adressen per km², waarmee het de op één na laagste dichtheid van Utrecht heeft. Het CBS heeft een classificatiesysteem dat de stedelijkheid van een regio bepaalt op basis van het aantal adressen per km². Dit systeem geeft een cijfer op een schaal van 1 tot 5, waarbij 1 voor zeer stedelijk staat en 5 voor niet stedelijk. Leidsche Rijn valt in stedelijkheidscategorie 2 (1.500–2.500 adressen per km²), terwijl de meeste andere Utrechtse wijken – met uitzondering van Vleuten-De Meern, die ook categorie 2 heeft – in categorie 1 vallen.
Mening van de jongvolwassenen
Weinig ontmoetingsplekken, een lagere stedelijkheid en grotere afstanden kunnen factoren zijn die bijdragen aan het gevoel van eenzaamheid onder jongvolwassenen. De bewoners vertellen hier meer over hun ervaringen. Diede (18) vertelt: “Ik heb veel van mijn vrienden op mijn werk in de Jumbo en op school ontmoet, maar het gebeurt niet dagelijks dat ik nieuwe mensen leer kennen.” Monsif (18): “Ik ben in Leidsche Rijn geboren en getogen en ik ken al mijn vrienden van de basisschool, met wie ik opgegroeid ben.” Hij geeft aan dat hij zich afschermt van mensen buiten zijn eigen kring: “Ik heb het vertrouwen gewoon niet.” Volgens Abdel (19) krijgen ze niet vaak de kans om nieuwe mensen te ontmoeten: “Het zijn meestal dezelfde gezichten die je in je buurt ziet, maar daardoor is er wel een soort gemeenschap.”
Wat betreft uitgaan, trekken de meesten naar de binnenstad: “Naar een café of club gaan kun je hier eigenlijk niet; dat is meer iets voor in de stad. Hier is het meer hangen,” vertelt Abdel. “Er is op dit moment niet veel te doen, want er zijn geen plekken om echt te chillen. Door handhaving en politie die ons vaak wegsturen, wordt het er ook niet makkelijker op.”
De jongvolwassenen willen graag een verandering zien in de ruimtelijke inrichting van de wijk, waarbij het toegankelijker wordt en er meer keuzemogelijkheden zijn. Diede: “Je hebt nu vooral restaurants in de wijk, maar een cocktail- of een jazzbar zou ook leuk zijn.” Abdel denkt mee over een oplossing voor het tekort aan ontmoetingsplekken: “Ik wil een plek waar iedereen gewoon automatisch zijn ding kan doen en waar niemand er last van heeft.”