Tussen 2004 en 2024 is de bevolking van Leidsche Rijn, waarbij ook Vleuten en de Meern worden gerekend, bijna verdrievoudigd, blijkt uit cijfers van het cbs. Beleidsmakers, maar ook bewoners van het eerste uur krijgen te maken met uitdagingen op het gebied van openbare voorzieningen. Hoe is het om te wonen in ‘de grootste vinexwijk van Nederland’?
Bijna alle Nederlandse steden groeien, maar bijna geen gebied is in de afgelopen twee decennia zó explosief gegroeid als Leidsche Rijn. Woonden er in 2004 nog 36.000 mensen in het gebied, twintig jaar later zijn dat er meer dan 100.000, een toename van maar liefst 175%, blijkt uit cijfers van het cbs. Voor de wijk Leidsche Rijn, zonder Vleuten en De Meern bedraagt de groei zelfs 387%. Ter vergelijking, Alphen aan den Rijn, volgens velen de meest gemiddelde stad van Nederland, groeide in diezelfde periode maar 11%.
‘Wat je vaak ziet als een stadsdeel zo snel groeit, is dat er eerst heel veel woningen worden gebouwd, maar de infrastructuur en sociale voorzieningen pas veel later komen’, vertelt Marco Bontje, assistent professor stedelijke geografie aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Het kan soms jaren wachten zijn voordat alle voorzieningen die je eigenlijk in zo’n uitbreiding verwacht er ook daadwerkelijk zijn.’ Voorzieningen als gezondheidszorg, scholen, winkels en sportvelden krijgen dus tweede prioriteit bij de aanleg van een groeikern. Eerst de woningen, dan de rest. ‘Op de een of andere manier wordt bijna altijd onderschat hoeveel kinderen dan naar school moeten. Er komt dan eerst een noodgebouwtje. Wanneer dat te klein wordt, bouwen ze er daarnaast nog een. Voordat het echt een volwaardige school wordt. En weer soms veel jaren verder. Dat is met veel andere voorzieningen ook zo.’
Voor bewoners van het eerste uur kan de afwezigheid van deze voorzieningen een enorme uitdaging zijn. Vaak moeten mensen in deze eerste jaren ver fietsen naar de dichtstbijzijnde huisarts of apotheek. ‘Openbaar vervoer komt meestal als laatste.’, licht Marco Bontje toe. Even de bus pakken naar de dokter zit er dan ook niet in.
De afwezigheid van openbaar vervoer heeft ook Hans de Heer (1965) ondervonden. Hij groeide op in De Meern, wat toen nog een rustig dorpje was, omgeven door polders en glastuinbouw. ‘We hadden een prachtige busbaan voor de deur. Die liep van Veldhuizen helemaal door naar Vleuterweide. ‘Ik heb mijn zoon nog leren fietsen op die busbaan. De eerste vijf jaar dat er aan Leidsche Rijn gebouwd werd, reed daar toch geen bus.’ Bewoners aan de flanken van Leidsche Rijn hadden de luxe uit te kunnen vallen naar omliggende dorpen waar de sociale voorzieningen wel al op orde waren. ‘Horeca misten we wel echt. Daarvoor moet je eigenlijk nog steeds wel naar de stad,’ voegt Hans toe.
Politici en beleidsmakers zetten meestal vol in op de starter. Eengezinswoningen voor middeninkomens klinken aantrekkelijk voor een grote bevolkingsgroep die veel werkt en bereid is te investeren in een woning. ‘Wat je dan ziet is dat er vooral één bepaalde doelgroep wordt gebouwd, de jonge gezinnen. De eerste jaren is dat natuurlijk prima, maar naarmate mensen ouder worden en de kinderen uit huis zijn, verschuiven hun behoeften.’ aldus Bontje. Leidsche Rijn begint nu in de fase te komen waarin dit te zien is. De eerste bewoners, die op 14 oktober 1998 de sleutel kregen, hebben uitgevlogen kinderen en kijken uit naar hun pensioen. ‘En daar komen andere behoeftes bij kijken. Bijvoorbeeld veilige oversteekplaatsen, of stoepjes die net te hoog zijn.’
Dat de bevolkingssamenstelling verandert ziet ook Hans. Zelf kwam hij in de wijk wonen toen zijn kinderen een en drie waren. Tegenwoordig zijn de kinderen uit huis en gaan pa en ma met zijn tweeën op vakantie. ‘In het begin kwamen hier alleen jonge gezinnen wonen, zoals wijzelf. Maar nu zien wij best wat vergrijzing in de straat, blijkbaar is het hier lekker wonen en willen mensen niet weg.’
Leidsche Rijn stapt na jaren van groei uit zijn kinderschoenen en richt zijn blik op de toekomst. Behoeftes, demografie en ruimtelijke inrichting blijven veranderen. Ook in de gezelligste vinexwijk van Nederland.