Leidsche Rijn

Selecteer Pagina

Zorgen over gelijke kansen nemen toe in het basisonderwijs van Leidsche Rijn

Zorgen over gelijke kansen nemen toe in het basisonderwijs van Leidsche Rijn

Torenplein School

LEIDSCHE RIJN – De zorgen over het basisonderwijs in Leidsche Rijn worden steeds groter. Het is een wijk die snel groeit en waar veel jonge gezinnen wonen. Maar op de scholen loopt de druk op. Niet alleen doordat er te weinig leerkrachten zijn, maar ook omdat er vanuit de landelijke politiek steeds minder geld komt voor kinderen die extra hulp nodig hebben. Steeds vaker gaat het over de vraag of alle kinderen nog wel gelijke kansen krijgen. Niet alleen leraren, maar ook mensen uit de politiek maken zich daar serieus zorgen over.

De urgentie is inmiddels ook doorgedrongen tot het Utrechtse stadhuis. Op initiatief van onder andere D66-raadslid Venita Dada-Anthonij organiseert de gemeenteraad op dinsdag 17 juni een speciale raadsinformatiebijeenkomst over de verwachte gevolgen van de landelijke onderwijsbezuinigingen. Centraal staan vragen als: Wat is de impact op Utrechtse leerlingen, in zowel het basis- als voortgezet onderwijs en wat kan de gemeente doen om schade te beperken?

 

Steeds minder ruimte voor extra hulp

Gerard Luitwieler van Kansrijk Onderwijs werkt al jaren met scholen, ouders en leerlingen. Hij ziet van dichtbij hoe ongelijkheid langzaam toeneemt. ‘Sommige kinderen hebben thuis weinig structuur of steun. Als dan ook op school de extra begeleiding verdwijnt, vallen ze dubbel buiten de boot.’ zegt hij. ‘Je merkt dat de verschillen tussen kinderen groter worden. En dat is precies wat we níet willen.’

Volgens hem komt dat niet alleen door het lerarentekort, maar ook doordat er minder geld beschikbaar is voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. ‘Nu er landelijk wordt bezuinigd op subsidies, wordt het voor scholen bijna onmogelijk om extra begeleiding of kleine klassen te blijven aanbieden. En die zijn juist zo belangrijk voor kinderen die wat meer nodig hebben.’

Ook het lerarentekort speelt volgens hem een grote rol. ‘Er staan steeds vaker tijdelijke krachten voor de klas. Dat zorgt voor onrust, en kinderen die extra begeleiding nodig hebben zijn daar de dupe van.’

 

Bezuinigingen zonder overzicht

Venita Dada-Anthonij maakt zich zorgen over de onvoorspelbaarheid van het huidige beleid. ‘De ondersteuning die nodig is voor deze kinderen, of dat nu om schoollunches gaat of om sociaal-emotionele hulp, valt gewoon weg.’ zegt ze. ‘Er wordt van alles uitgegeven, maar niemand kan echt zeggen waar het precies naartoe gaat. Als we zouden weten waar het lekt, kunnen we daar al winst behalen.’

Tijdens de raadsbijeenkomst op 17 juni wil ze daarom het gesprek voeren over hoe Utrecht de effecten kan opvangen. Ondanks de val van het kabinet blijven de zorgen overeind. ‘De plannen zijn misschien nog niet definitief, maar de signalen uit het veld zijn duidelijk genoeg om nu te handelen.’ stelt ze. Ook in de gemeenteraad leeft die urgentie, waar de bijeenkomst moet leiden tot meer samenwerking en scherpere keuzes.

Volgens Dada-Anthonij zijn de risico’s groot als er nu geen actie wordt ondernomen. ‘Als je een kind nu niet helpt, is de kans groot dat het op latere leeftijd terugkomt bij de gemeente. Bijvoorbeeld via jeugdzorg of werk en inkomen, omdat iemand dan in de knel zit of geen werk vindt.’

Luitwieler vult aan: ‘We proberen gelijke kansen te bieden, maar het voelt steeds meer alsof we ongelijkheid juist aan het organiseren zijn. Iedereen krijgt formeel hetzelfde, maar sommige kinderen hebben simpelweg meer nodig. Als die hulp verdwijnt, lopen ze steeds verder achter.’

 

Kleine lichtpuntjes, grote zorgen

Toch ziet Dada-Anthonij dat bezuinigingen soms ook onverwachte uitkomsten kunnen hebben. Ze noemt als voorbeeld de jeugdzorg, waar onder druk van beperkte middelen vaker wordt gekozen voor groepsgerichte hulp in plaats van individuele begeleiding. ‘Dat is efficiënter, en je merkt dat sommige kinderen daar juist profijt van hebben,’ zegt ze. ‘Na corona hadden veel jongeren moeite met contact leggen. In groepsverband leren ze weer met anderen omgaan.’ Hoewel dit geen oplossing is voor het onderwijs, laat het volgens haar zien dat bezuinigingen soms ook onverwacht positieve effecten kunnen hebben.

Ze sluit af met een duidelijke boodschap: ‘Preventie moet leidend zijn. We moeten nu handelen, voordat de situatie echt uit de hand loopt.’

 

Over de auteur

Aniek Wiering

Ik ben Aniek Wiering en ik kom uit Leusden. Na MBO styling, Interieur & Vormgeving afgerond te hebben wilde ik toch graag wat anders doen. In September 2024 ben ik begonnen aan de studie Journalistiek.