Jesper Stoop (25) is al van jongs af aan trainer. Hij heeft al zijn hele leven clubs van alle leeftijden en niveaus aangestuurd en heeft recent zijn volgende stap aangekondigd, hoofdtrainer van voetbalclub IJFC (IJsselsteinse Football Club). Jesper heeft al een hele mooie carrière achter zich liggen, maar de toekomst zal nog veel meer bieden.
Begin
“Toen ik vier of vijf jaar oud was, ben ik begonnen met voetballen. Mijn ouders hebben allebei gevoetbald, dus het was vanzelfsprekend dat ik dat ook ging doen. Ik keek vaak naar mijn ouders, zowel naar mijn vader als naar mijn moeder, en dat bleef ik doen, zelfs nadat ik zelf moest voetballen.
Ik heb een tijdje hoofdklasse gespeeld, maar kreeg last van mijn knie, voornamelijk door groeipijn. Daardoor ben ik even gestopt. Later begon ik als bijbaantje met het trainersvak bij de JO12-2. Dit vond ik zo leuk, dat ik daarna niet meer ben gaan voetballen. Ik bereidde de trainingen voor en had een docent die trainer was bij AFC. Van hem kreeg ik veel trainingsstof, en zo ben ik met die jongens aan de slag gegaan.
Het mooiste van dat jaar was de blijdschap die ik van die jongens terugkreeg. Soms waren ze tijdens een training chagrijnig omdat ze het niet met me eens waren, maar uiteindelijk stonden ze elke keer weer met een lach op het veld en hadden ze zin om te voetballen. Dat geeft ontzettend veel energie om te zien.”
Ontwikkeling
“Toen ik als trainer bij BFC (Bussumse Football Club) begon, dacht ik: Ja, ik ga ervoor! Op dat moment wilde ik er echt iets van maken. Met de jongste teams bij BFC speelden we op het hoogste amateurniveau. Daardoor kwamen we uit tegen BVO’s (betaald voetbalorganisaties), die op die leeftijd nog geen echte competitie hebben, maar wel veel toernooien spelen. Zo hebben we onder andere tegen Liverpool, Gladbach en Millwall gespeeld. Dat was voor mij enorm waardevol, zowel vanwege de jeugd als de vele internationale toernooien.
Naarmate ik oudere teams ging trainen, draaide het niet alleen meer om de inhoud van de training, maar ook om het managen eromheen. Je leert hoe je om moet gaan met spelers die allemaal een eigen karakter ontwikkelen. Dat werd op latere leeftijd steeds interessanter om te ontdekken. Een extra uitdaging was dat ze destijds ook andere interesses kregen: dames, drank, noem maar op. De grootste uitdaging was dan ook om al die individuen goed te managen, ze te laten presteren én ze een bepaalde mindset mee te geven.
Na negen jaar trainer te zijn geweest bij BFC, wilde ik echt ervaring opdoen met senioren. Via een maat kwam ik in gesprek met Odysseus ’91, waar ik momenteel trainer ben.”
Leermomenten
“Tijdens mijn coachervaring heb ik geleerd hoe je veeleisend kunt en moet zijn binnen een proces waarin je met je team naar een doel toewerkt, zonder daarbij het plezier te verliezen. Daarnaast ligt de focus sterk op pedagogische en didactische vaardigheden en het coachen van spelers. Je leert hoe je veeleisend kunt zijn en tegelijkertijd een groeimindset creëert.
Dat veeleisende komt vooral naar voren in gedrag. Welk gedrag vertoont een speler op het veld, maar ook binnen de club. Werken ze goed voor zichzelf? Hoe gaan ze met elkaar om? Zowel de sociale als de tactische en technische aspecten spelen daarin dus een rol.
Daarnaast draaide mijn opleiding sterk om zelfontdekking, persoonlijk leiderschap en coaching. Reflecteren en evalueren zijn daarin essentieel; je moet kritisch naar jezelf kunnen kijken voordat je kritisch naar een ander bent. Zo ontdek je wie je bent, welke gedragingen je vertoont en welke invloed dat heeft op je omgeving.
Mijn grootste leerpunt is dat ik perfectionistisch ben. Mijn trainingen zijn altijd tot in de puntjes voorbereid en ik wil presteren. Ik wil zoveel mogelijk controle houden, terwijl ik juist moet leren loslaten. Uiteindelijk leer je dat ook; je moet het durven om dingen uit handen te geven. Dat is essentieel om je staf te ontwikkelen, en naarmate de jaren verstrijken, lukt dat steeds beter.”
Toekomst
“Ik vind Odysseus een prachtige club, maar op een gegeven moment ben ik toe aan bouwen op de lange termijn. Bij Odysseus heb ik dit seizoen veel nieuwe spelers, en als je elk jaar opnieuw met een compleet nieuwe groep moet beginnen, is het lastig om echt iets op te bouwen.
IJFC ken ik nog uit de tijd dat ze in de tweede klasse speelden. Het is een prachtige club, vol enthousiasme, gedrevenheid en passie. Dat maakt het voor mij een ideale plek om verder te bouwen. Bij IJFC is er een duidelijke structuur waarin jeugdspelers worden opgeleid tot het eerste elftal. Je moet het verdienen én leuk vinden om in het eerste te spelen, wat ik een ontzettend interessante uitdaging vind.
Het eerste seizoen bij IJFC is voor mij geslaagd als er een stevig fundament is gelegd. Een duidelijke structuur waarin spelers doorstromen: sommigen vertrekken, anderen sluiten aan. Met dat vooruitzicht kijk ik enorm uit naar de nieuwe cultuur, de stafleden en de spelers die erbij komen.”