Nieuwegein– Met haar 27 jaar is Ruth Six een van de jongste predikanten van Nederland, en heeft haar eerste jaar in de dorpskerk van Nieuwegein erop zitten ‘Ik zie het dominee-zijn niet alleen als een roeping, maar ook als een manier om mensen te verbinden, te troosten en te inspireren’, vertelt de jonge dominee.
Na een drukke week vol paasdiensten geniet ze van een rustiger ritme. ‘Pasen is intens, het is een week van sterven én opstanding. Juist daarin ligt voor mij de kern van het christelijk geloof: dat wat als einde voelt, ook een nieuw begin kan zijn.’
Hoewel ze niet van jongs af aan wist dat ze dominee wilde worden, groeide dat verlangen tijdens haar studie. ‘Ik studeerde Liberal Arts & Sciences, maar merkte dat mijn geloof steeds belangrijker werd in gesprekken over zingeving. Ik wilde leren hoe het geloof een perspectief kan bieden op de vragen van het leven.’ Dat leidde haar uiteindelijk naar de studie Theologie, en daarna naar het predikantschap.
Toch was het aanvankelijk niet haar plan om binnen de kerk te werken. Ze dacht eerst pionier te worden, iemand die buiten de kerk zoekt naar nieuwe vormen van geloofsbeleving, maar tijdens haar studie merkte ze hoe bijzonder het is om samen met een gemeenschap geloof te delen en te bouwen aan een plek van hoop.’
Dat ze jong is, merken mensen meteen. ‘Voor sommigen is het wennen. Ze vragen zich af: Moet ik mijn levensverhaal delen met iemand van 27? Maar ik merk ook dat er veel vertrouwen groeit.’ Haar jonge leeftijd brengt ook vernieuwing: ‘Ik laat andere modernere muziek zingen, spreek de taal van jonge mensen en probeer de preken dichtbij hun leven te houden. Dat is niet altijd makkelijk, maar het brengt ook nieuwe energie.’
Ze groeide op met geloof, maar in een gezin waar dat niet vanzelfsprekend was. Haar vader overleed vlak na haar geboorte, en haar moeder worstelde met het geloof. ‘Toch voelde ik al jong een diep vertrouwen in God. Voor mij was het geloof een toevluchtsoord, een plek waar verdriet en troost samen konden bestaan.’
Het werk als dominee noemt ze complex en intens. ‘Je maakt alles mee: Geboorte, dood, verdriet, trouw, breuk, de hele breedte van het leven. En daarnaast ook de grote vragen van de wereld om je heen.’ Die verantwoordelijkheid voelt ze soms zwaar, maar ook als zinvol. ‘Ik wil meeleven en meelijden, en tegelijkertijd de hoop van het geloof blijven verkondigen.’
De balans tussen werk en privé is soms zoeken. ‘Veel gebeurt ’s avonds en in het weekend. Dat maakt het lastig om tijd voor vrienden te vinden, maar het lukt steeds beter om overdag ruimte te maken voor ontspanning. Lekker koken, wandelen of in de tuin werken helpen me om op te laden.’
Ondanks de uitdagingen ziet ze vooral de kracht van verbinding. ‘Binnen de gemeente zie ik jonge en oudere mensen samenkomen, al geloven ze soms op heel verschillende manieren. Mijn taak is om die verschillen te overbruggen en ruimte te maken voor ieders verhaal, in het vertrouwen dat God op verschillende wijzen te vinden is. Juist daarin ligt de toekomst van de kerk.’