80 jaar geleden, op 10 en 11 november vond de grootste razzia in Nederland ooit plaats. Dit jaar op 11 november, is deze gebeurtenis herdacht bij het officiële razzia monument in Rotterdam. Aan de hand van een kranslegging en verschillende speeches, is er een moment gecreëerd waar mensen even stil kunnen staat bij wat er gebeurd is, maar wie zijn de mensen die naar deze herdenking komen?
Voordat de kranslegging bij het officiële razzia monument begon, werden de genodigden verwelkomt op een boot die aan de kade lag. Hier spraken onder anderen burgermeester van Rotterdam, Carola Schouten, vicepremier en minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Eddy van Huijm en de commissaris van de Koning, Wouter Kolff. Ook werd hier een brief voorgelezen die afkomstig is van Bep Knoops, de tante van Wim Knoops.
Wim vond deze brief van zijn tante en stuurde deze in om voorgelezen te worden tijden de herdenking. ‘Tante Bep schreef zo ontzettend veel, maar deze brief sprong er echt uit, want het beschrijft hoe de razzia zelf verliep’, vertelt Wim. De broer van Bep, Dick Knoops, werd tijdens de razzia op 11 november meegenomen. Op 12 november schreef Bep deze brief naar de verloofde van Dick. Dit was een van de weinige brieven in Kralingen over die bewogen dag.
Het betekent veel voor hem dat deze brief is voorgelezen: ‘Ze wilde altijd journalist worden en op deze manier is haar droom toch uitgekomen: als journalist schrijven voor een groot en geïnteresseerd publiek’. Het is voor Wim een emotioneel moment waar hij het niet droog kon houden.
Een andere genodigde is Martin J. Landman. Hij was 17 ten tijde van de razzia, inmiddels is hij 97, met twee kunstknieën, maar nog steeds gaat hij graag naar de herdenking. Tijdens de razzia zat hij ondergedoken, hierdoor is hij nooit opgepakt: ‘Mijn vader zei dat ik in de bezemkast moest gaan zitten, daar zat een soort ruimte boven waar ik dan helemaal opgevouwen in moest zitten’. Hij vertelt over hoe er een lege ruimte boven in de kast zat, dat was behangen met hetzelfde behang als de rest van de kast. Hierdoor was het niet te zien. ‘Ik was als de dood dat ik zou niezen terwijl de Duitsers binnenkwamen, ze kwamen zelfs nog een tweede keer terug, omdat ze mijn slaapkamer hadden gezien’.
‘Om hier samen te zijn is heel indrukwekkend. Het is lastig voor te stellen dat het alweer 80 jaar geleden is. Ik ben inmiddels 97, de tijd is voorbijgevlogen’. Dat iedereen hier samen is gekomen om de razzia te herdenken en verhalen te delen, doet Martin goed. Volgend jaar is hij er graag weer bij.
Benieuwd naar hoe de razzia herdenking er verder aan toeging? Luister naar de onderstaande reportage met interviews met onder anderen Burgermeester van Rotterdam, Carola Schouten en mede-initiatiefnemer van het razzia monument Jan-Willem Cleijpool.