Goed nieuws voor het basisonderwijs: steeds meer hbo-studenten kiezen voor de pabo. Hogescholen zagen vorig jaar een flinke toename in aanmeldingen voor lerarenopleidingen, zo blijkt uit de definitieve instroomcijfers van DUO.
Dit studiejaar zijn bijna 6000 eerstejaars begonnen aan de opleiding. Dat is een stijging van bijna 9 procent ten opzichte van vorig jaar en het hoogste aantal sinds 2020. Dit is een belangrijke ontwikkeling, aangezien het basisonderwijs nog altijd kampt met een groot tekort aan leraren.
Groeiende interesse
Er zijn verschillende redenen voor deze groei. De afgelopen jaren zijn er campagnes gevoerd om het beroep van leraar in een positiever daglicht te zetten. Daarnaast zijn de arbeidsvoorwaarden verbeterd, met onder andere hogere salarissen en betere doorgroeimogelijkheden. Ook de opleidingen zelf spelen hierin een rol: pabo’s hebben de instroom toegankelijker gemaakt door extra begeleiding en soepelere toelatingseisen.
Daarnaast kiezen steeds meer studenten bewust voor een maatschappelijke impact in hun carrière. Werken in het onderwijs biedt niet alleen baanzekerheid, maar ook de kans om echt iets te betekenen voor de volgende generatie. Dit motiveert veel hbo-studenten om alsnog voor de pabo te kiezen, zelfs als dat in eerste instantie niet hun eerste studiekeuze was.
Positief teken
Karin van Weegen, voorzitter van het Landelijk Overleg Lerarenopleiding Basisonderwijs (LOBO), ziet de stijging als een positief teken. “We merken dat de instroom bij de pabo’s weer toeneemt, en dat is goed nieuws gezien de tekorten in het basisonderwijs”, vertelt van Weegen. Volgens haar spelen verbeterde arbeidsvoorwaarden en meer doorgroeimogelijkheden een belangrijke rol in deze groei. ”Het vak van leraar wordt steeds aantrekkelijker, en we zien dat steeds meer studenten bewust kiezen voor een baan met maatschappelijke impact”. Van Weegen hoopt dat deze trend zich doorzet, zodat het lerarentekort in de toekomst verder kan afnemen.