Verborgen Groene Ambities, leiden tot schaamte

Verborgen Groene Ambities, leiden tot schaamte

De digitale wekker licht op en slaat alarm. Het is 6 uur ’s morgens en de zessenvijftig jarige Kees moet naar werk. Met zijn lang magere en pezige lichaam loopt hij naar de badkamer om zich klaar te maken. Bianca, zijn vrouw, doet half een oog open en probeert nog verder te slapen.
Kees werkt voor een klusbedrijf, vijf dagen per week. Het inkomen is schaars dus is er geen keus.  Hij komt de badkamer uitlopen in zijn werkkleding. De kleding is te groot, uiteraard. Zijn broek is door middel van een riem om zijn heupen gebonden en het donkerblauwe shirt hangt er als een soort tuniek over heen. Hij geeft zijn vrouw een kus op haar voorhoofd en vertrekt.

Bianca hoort de auto nog wegrijden en draait zich nog één keer om. Het is negen uur als ze wederom haar ogen opent. Ze loopt naar de badkamer en trekt een la open. Het lijkt wel een la uit een apotheek. Het is volledig gevuld met medicijnen. Het was bijna een jaar geleden dat ze van haar dokter te horen kreeg dat er een tumor achter haar rechteroog zit. Die zit er nog steeds, vandaar de medicijnen. Ander gevolg is dat ze niet vijf dagen kan werken. Bianca werkt als postbode.

Als ze haar dagelijkse medicijnen door haar keel laat glijden met een slok water loopt ze de gang op. Ze wonen in een rijtjeshuis, bestaande uit drie slaapkamers. De twee slaapkamers aan de straatkant worden bezet door hun twee zonen. Reggy en Donny. Of eigenlijk Reggy met vriendin en Donny met vriendin. Elke kamer staat zo vol dat de deuren nauwelijks nog open kunnen.

Het huis wordt bezet door 6 personen. Echter is Bianca deze ochtend alleen. Haar twee zonen met aanhang slapen vannacht ergens anders.

Bianca loopt naar beneden om koffie te maken. Terwijl ze in haar kleine keuken staat, waarvan het aanrecht vol staat met vieze borden. Bij de koffie hoort natuurlijk een ontbijt. Voor Bianca is dat een joint. Een opgerolde sigaret met daarin wat verkruimelde wiet. De wiet die maakt zij zelf, samen met haar man. Daarvoor moet ze eerst naar de zolder want daar is de plantage. Ze komt in een donkere kleine ruimte die vol staat met groene planten. Met een schaar knipt ze zorgvuldig, precies zoals haar man heeft uitgelegd, het groene spul van de plant. Ze doet het in haar rechter palm en loopt weer naar beneden. Ze rolt het in een papiertje en steekt ze het aan.  Ze neemt een flinke teug en neemt een slok van de koffie.

Ze kijkt ze naar buiten. Haar straat in. Het voelt niet als haar straat. Sinds ze hier met haar gezin tien jaar geleden is ingetrokken heeft ze altijd het gevoel dat de buren haar minachten. Toen ze nog in Den Haag woonde was alles anders, dat voelde als familie. Het was weliswaar een armoedige buurt maar ze mist het wel. Desalniettemin heeft ze geen spijt van haar keuze om in deze nette buurt te gaan wonen. Ze wil dat haar jongens anders opgroeien dan zij en haar man. Ze wilt het beste voor haar zoons (die inmiddels 19 en 21 zijn en allebei MBO doen).  Ook al kunnen ze het eigenlijk net niet betalen.
Er lopen twee dames van haar leeftijd voorbij het raam. Ze zijn netjes gekleed en stoppen voor het raam van Bianca. Bianca probeert haar sigaret zo laag mogelijk te houden zodat ze het niet zien. Maar daar is het eigenlijk te laat voor. De rook van de sigaret verraadt haar. De twee vrouwen kijken elkaar aan en zeggen iets tegen elkaar. Vervolgens kijken ze weer met een boze blik naar binnen en lopen verder. Bianca slaakt een diepe zucht.

In alle tien jaar dat ze hier wonen hebben de Hagenezen er alles aan gedaan om van dat imago af te komen. Ten alle tijden gedragen ze zich netjes. Maar telkens als er iets afwijkends gebeurt worden zij meteen aangekeken. Vorige week lag er allemaal vuilnis op straat, toen had de buurvrouw op de hoek aangebeld met de vraag of zij dat onmiddellijk wouden opruimen. Bleek dat de overbuurman zijn vuilniszak had laten vallen en had besloten dit niet op te ruimen. Nooit kreeg ze een verontschuldiging.

Klokslag elf uur rijden er vier politiebusjes de straat in. Zonder sirene. De auto´s worden geparkeerd en er stappen zwaar bewapende politieagenten uit. Doelgericht omsingelen ze het huis. Als de agenten positie hebben genomen, wordt er woordloze groet uitgewisseld door met hun hoofd te knikken naar elkaar.

Bianca neemt haar laatste slok koffie en is bijna klaar met haar sigaret. Dankzij de cannabisolie wordt de pijn minder. Dit is ook waarom ze er verslaafd aan is. Dan ziet ze opeens dat er haar deur staan. Het volgende wat ze hoort is ene harde knal. De voordeur ligt languit in de gang. Aanbellen is blijkbaar geen optie.

Een stuk of vier agenten treden naar binnen terwijl de anderen buiten wachten.  Twee agenten ze pakken Bianca bij de armen en nemen haar mee naar buiten. Ze probeert nog tegen te stribbelen maar ze maakt geen schijn van kans. Ze vraagt meerdere keren waarom ze hier zijn en waarom ze wordt opgepakt. Maar pas als ze in de politieauto wordt gestopt vertelt de agent dat ze officieel is aangehouden op het telen van wiet en mogelijk drugshandel. Ze voelt alles om haar heen instorten. Haar eerste gedachten gaan naar haar zonen. En langzaam begint schaamte over haar heen te komen. Het is de andere buurtbewoners niet ontgaan dat er iets gebeurt want iedereen staat voor zijn raam. Sommige zijn zelfs in de voortuin gaan staan.

Na dik drie kwartier kwamen de agenten naar buiten met grote zwarte vuilniszakken.  Uit deze zakken kwamen vervolgens lange groene stengels. Die werden één voor één in een XXL papierversnipperaar gedaan. De straat begon langzaam naar die oh zo bekende wietlucht te ruiken.

Dan is het tijd. De politieauto waar Bianca in zit rijdt de straat uit.  Ze durft niet meer naar buiten te kijken en weet niet of ze ooit nog durft terug te keren.

Tijdens de autorit probeert de agent aan haar uit te leggen wat er allemaal gaat gebeuren. Maar Bianca luistert al niet meer. Ze denkt aan haar jongens, haar man. Die moeten hier ook voor gaan boeten. De ergste scenario´s dwalen door haar gedachten. Dan zegt de agent dat de jongens nu van school worden gehaald om ook naar het bureau te komen. Bianca komt weer bij en schrikt. Dat wil ze niet, dit is haar grootste nachtmerrie. Ze begint te huilen, nu pas. Het dringt nu tot haar door dat haar zonen wellicht van school worden gestuurd en dat ze weer terug moeten naar hun oude wijk.
Dar kan niet. Ze heeft haar zonen en man beloofd dat dat nooit zou gebeuren. Dat ze een nieuw leven zouden opbouwen. Maar dat nieuwe leven valt nu helemaal uit elkaar.

Op het politiebureau krijgt ze allemaal overhoringen en wordt ze geplaats in een cel. Met andere vrouwen. Na twee uur wachten gaat de deur open en wordt haar naam geroepen. Bianca loopt mee met de agent. Eerst krijgt ze handboeien om. Ze volgt de agent door een lange gang en gaan een kamer binnen. Als de deur open gaat ziet ze haar zonen en man. Ze barst in huilen uit en omhelst haar gezin. Zeker wel twee minuten omhelzen ze elkaar. Iedereen is emotioneel.

Uiteindelijk hebben ze een taakstraf en flinke boete gekregen. De jongens mochten op school blijven.

Over de auteur