Het aantal leden schommelt elk jaar. Bibliotheken streven ernaar voor iedereen gratis toegankelijk te zijn, zodat meer mensen zich betrokken voelen. Het doel is om niet langer te spreken van leden, maar van betrokken gebruikers. Alles wat de bibliotheek onderneemt, draagt bij aan het creëren van een gemeenschap voor iedereen. De bibliotheken streven ernaar om het aantal verbonden gebruikers te verdubbelen van 4 miljoen naar 8 miljoen.
Volgens programmamanager Gisela Goos bij de Bibliotheek Theek 5, is het nog niet bekend dat de bibliotheek veel gratis diensten verleend. Zo kun je bij de bibliotheek ook terecht bij het IDO, Informatiepunt Digitale Overheid voor vragen over digitale zaken van de overheid. Bijvoorbeeld het aanvragen van een DIGI-D of het aanvragen van verschillende toeslagen. Voor overige digitale vragen als het werken met een random reader of het de besturing van een iPad kun je terecht bij het Digitaalhuis. We gaan van een klassieke uitleenbibliotheek naar een educatief maatschappelijke organisatie.
Theek 5 probeert via hun nieuwe beleidsplan meer mensen met de bibliotheek te verbinden. ‘In dit beleidsplan hebben wij 20 ambities opgesteld waar wij de komende jaren mee aan de slag gaan om nog meer betekenisvol bibliotheekwerk te verzorgen’, vertelt Goos. ‘Daarnaast hopen we dat ze onze bibliotheek steeds meer beschouwen als een laagdrempelige, fijne en veilige ontmoetingsplek. Taal is erg belangrijk voor onze ontwikkeling. Zo leveren bibliotheken bij aan de persoonlijke ontwikkeling van mensen. Dit doen zij bijvoorbeeld door laaggeletterdheid te bestrijden of ervoor te zorgen dat mensen meer gaan lezen. Concreet zorgen we ervoor dat mensen anderen kunnen ontmoeten en aan diverse cursussen, taallessen en leuke, leerzame activiteiten kunnen deelnemen. Ook jongeren weten de stadsbibliotheken goed te vinden. Het is voor de studenten een fijne plek om te studeren,’ aldus Goos.
In lijn met de ambities van Theek 5 om taal en persoonlijke ontwikkeling te stimuleren, laat de data zien dat het aantal deelnemers aan taalactiviteiten tussen 2019 en 2024 sterk is toegenomen. Met name na de coronaperiode is er een duidelijke groei zichtbaar: steeds meer mensen weten hun weg te vinden naar cursussen, leesbevorderingsactiviteiten en taallessen in de bibliotheek. Tijdens de coronajaren, van eind 2019 tot begin 2021, is er een kleine stijging van deelnemers te zien. Veel activiteiten konden toen niet fysiek plaatsvinden en werden deels online aangeboden. Na deze periode herstelde het aantal deelnemers echter snel, wat duidt op een hernieuwde behoefte aan ontmoeting, leren en taalontwikkeling binnen de bibliotheek.
Per 1 januari 2026 treedt de nieuwe Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen (Wsob) in werking en daarin is onder andere de zorgplicht opgenomen. Door bezuinigen moeten inwoners van steden en dorpen steeds verder reizen voor een bibliotheek. Gemeenten en provincies zijn vanaf 2026 verplicht om te zorgen voor voldoende en volwaardige bibliotheken. Een volwaardige bibliotheek houdt in dat bibliotheken zich houden aan de vijf wettelijke taken: kennis en informatie beschikbaar stellen, mogelijkheden bieden voor ontwikkeling en educatie, stimuleren om te lezen, ontmoetingen en debatten organiseren en mensen laten kennismaken met kunst en cultuur.
Om te zorgen dat iedereen een volwaardige bibliotheek op redelijke afstand heeft, neemt het kabinet de volgende maatregelen: bibliotheken in gemeente die het hard nodig hebben krijgen extra geld, een wettelijke zorgplicht voor de gemeenten, online aanbod van boeken wordt groter en er komt meer geld vrij voor scholen om lezen te bevorderen.
Dataverantwoording
De dataset is samengesteld op basis van cijfers van de Koninklijke Bibliotheek (KB) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De gegevens van de KB zijn tot stand gekomen doordat alle openbare bibliotheken, provinciale ondersteuningsinstellingen (POI’s) en de KB zelf verplicht zijn om gegevens aan te leveren aan het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). De KB verzamelt deze data uit verschillende bronnen, waaronder de Bibliotheekmonitor, het Datawarehouse, G!ds, de BEs-eilanden, en aanvullende gegevensleveringen door de POI’s en openbare bibliotheken. De gegevens van het CBS zijn gebaseerd op data die zijn aangeleverd door de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB).
De data bevat informatie over het aantal bibliotheken, collecties, uitleningen, gebruikers, personeels- en exploitatiegegevens, evenals gegevens over activiteiten en deelname binnen de Nederlandse bibliotheeksector en heb ik samengevoegd tot één Excel-bestand. In deze datavisualisatie heb ik mij specifiek gericht op het aantal activiteiten in de jaren 2019 tot en met 2024, aangezien van deze periode de meest complete en betrouwbare gegevens beschikbaar zijn. Daarbij is rekening gehouden met de invloed van de coronaperiode (2020–2022), waarin het aantal activiteiten tijdelijk sterk afnam door beperkingen in de openbare dienstverlening.
Naast kwantitatieve bronnen is er ook gebruikgemaakt van kwalitatieve bronnen. Dit omvat onder andere informatie van de Rijksoverheid. Daarnaast heb ik een gesprek gevoerd met Gisela Goos over het nieuwe beleidsplan van de bibliotheken, wat aanvullende inzichten heeft opgeleverd voor de interpretatie van de gegevens.
