Hoewel Kroatië de afgelopen twee decennia aanzienlijke stappen heeft gezet in de erkenning van LHBTI+ rechten blijft de dagelijkse realiteit voor veel LHBTI+ personen complex en vaak onveilig. De maatschappelijke acceptatie en politieke wil blijven achter. De LHBTI+ community heeft nog dagelijks te maken met uitsluiting en discriminatie, en de rol van activisten is daarmee onmisbaar geworden. Kroatië bevindt zich daarmee op een kantelpunt: de wettelijke kaders zijn gelegd, maar de sociale vooruitgang vereist blijvende inzet.
‘Hij was vijftien. Net uit de kast, en doodsbang.’ Ivan Adam Sestan herinnert zich de jongen nog goed. ‘Hij nam contact met ons op, voorzichtig, bijna verontschuldigend. Hij dacht dat hij nergens welkom was. Dat er voor jongens zoals hem geen plek was in Kroatië,’ vertelt Ivan. Zelf is hij een transman en homo. Daarnaast is hij al een aantal jaar coördinator van Zagreb Pride en een activist. De jongen werd uitgenodigd voor een jongerenbijeenkomst. ‘In het begin zei hij niets, zat hij stil in een hoekje,’ vervolgt Ivan. Maar de jongen bleef terugkomen. En een paar maanden later stond hij op het podium tijdens de Pride. ‘Hij vertelde zijn verhaal aan honderden mensen in de menigte. Zijn verhaal maakte indruk. Niet alleen op mij, maar op iedereen die daar stond. Ik was zo trots op hem dat ik mijn tranen niet kon bedwingen,’ eindigt Ivan het verhaal.
Toen Kroatië in 2013 toetrad tot de EU ging dat niet zonder voorwaarden. In Brussel stond één principe centraal: wie deel wil uitmaken van de Europese gemeenschap, moet de fundamentele rechten van al haar burgers waarborgen – ook van LHBTI+ – personen. De naleving van mensenrechten werd een harde eis in de toetredingsonderhandelingen. Onder deze druk voerde Kroatië in 2008 de antidiscriminatiewet in, die bescherming biedt tegen discriminatie op basis van onder meer seksuele oriëntatie en genderidentiteit. In 2014 volgde de Wet op Levenspartnerschappen, die homoparen grotendeels dezelfde rechten toekende als heteroseksuele stellen. De opvallende uitzondering hierbij is het recht op adoptie.
Deze juridische vooruitgang oogt indrukwekkend op papier. De wetgeving voldoet aan Europese normen, en stelt Kroatië in staat om zich op het internationale toneel als moderne democratie te presenteren. Maar wie beter kijkt, ziet dat wetten alleen niet volstaan. De samenleving verandert langzamer dan de wetten.
Uit verschillende onderzoeken, zoals die van het Kroatische Instituut voor Publieke Gezondheid en internationale NGO’s, blijkt dat een groot deel van de LHBTI+- populatie kampt met psychische problemen als gevolg van sociale uitsluiting, angst en discriminatie. Uit een rapport van ILGA-Europe van 2022 blijkt dat Kroatië onder de EU-lidstaten relatief laag scoort op het gebied van LHBTI+ -rechten en maatschappelijke acceptatie. Slechts 45% is er positief over en dat is een stuk lager dan West-Europese landen. In Nederland is het namelijk 56%. Volgens de Eurobarometer 2023 vindt slechts 42% van de Kroaten dat het homohuwelijk in heel Europa zou moeten zijn toegestaan, terwijl 39% zegt dat er niets mis is met een seksuele relatie tussen twee personen van hetzelfde geslacht.
In kleinere steden en dorpen is openlijk queer zijn nog steeds een risico. Dit komt doordat deze gemeenschappen vaak nog traditioneel en hecht zijn. Het gebrek aan anonimiteit maakt het moeilijker om jezelf te zijn zonder oordeel of afwijzing, en er is vaak minder toegang tot ondersteunende netwerken of veilige ruimtes. Hierdoor voelen LHBTI+ -personen zich gedwongen hun identiteit te verbergen om sociale uitsluiting, pesterijen of zelfs geweld te vermijden.
Ivan vertelt dat uit de kast komen geen eenmalige gebeurtenis is, maar een voortdurend proces: ‘Je moet je hele leven lang blijven ‘’uitkomen’’, op je werk, in de buurt, bij de dokter.’ Bovendien zijn niet alle queer mensen zichtbaar of worden zij geaccepteerd, ook niet binnen hun eigen gemeenschap. Dit leidt tot gevoelens van onzekerheid en uitsluiting.
De mentale last is zwaar. ‘Het is mentaal erg zwaar als je steeds opnieuw moet bewijzen wie je bent,’ vertelt Ivan. ‘Sommige trans mannen of trans vrouwen voelen zich buitengesloten omdat de focus vaak op homo- of lesbische mensen ligt.’
Hoewel Kroatië op papier een van de LHBTI+ -rechten beschermende wetten heeft, blijft de kloof tussen theorie en praktijk groot. Sinds 2014 is discriminatie op basis van seksuele geaardheid en genderidentiteit officieel verboden, maar in de uitvoering schort het bijna aan alles. De handhaving is zwak, slachtoffers van haatmisdrijven voelen zich vaak niet gehoord, en binnen het rechtssysteem duurt gerechtigheid ook lang.
‘Veel politieagenten zijn niet opgeleid om haatmisdrijven goed te behandelen,’ zegt Ivan. ‘Mensen worden niet serieus genomen als ze aangifte doen. En dat ontmoedigt anderen om überhaupt naar buiten te treden met hun verhaal.’
Een schrijnend voorbeeld is dat van een hiv-positieve man wiens privacy werd geschonden. Pas na juridische strijd van tien jaar kreeg hij, met behulp van Zagreb Pride, gelijk van de rechter. Een overwinning, maar één die veel slachtoffers zich niet kunnen veroorloven, omdat juridische stappen vaak lang, kostbaar en mentaal uitputtend zijn.
En ook op het politieke toneel ontbreekt structurele steun. Ivan vertelt: ‘LHBTI+ -onderwerpen zijn zelden een prioriteit voor politici. Het komt pas op de agenda als er verkiezingen aankomen, en dan vooral als een instrument om stemmen te winnen, vaak op een negatieve manier. Politici gebruiken onze gemeenschap als zondebok of als afleiding van andere problemen. Wanneer ze ons bekritiseren, proberen ze eigenlijk de aandacht af te leiden van hun eigen falen.’
Een van de meest urgente juridische strijdpunten draait om adoptie- en pleegzorgrechten. In 2014 kregen koppels van hetzelfde geslacht toegang tot een geregistreerd partnerschap. Wettelijk vrijwel gelijk aan het huwelijk, maar zonder volwaardige adoptie- of gezinsrechten. Daniel Martinović, voorzitter van de Kroatische NGO Rainbow Families Association, strijdt al jaren voor wettelijke gelijkheid en spreekt over de structurele barrières waar queer gezinnen tegenaan lopen.
‘De meeste hoofdstukken van de wet zijn letterlijk gekopieerd uit het familierecht,’ legt Martinović uit. ‘In de praktijk is het geregistreerd partnerschap dus bijna hetzelfde als een huwelijk. Behalve als het om adoptie gaat, dan houdt het ineens op.’
Dat verschil voelt voor velen als pure discriminatie. In 2021 oordeelde een rechtbank in Zagreb dat paren in een geregistreerd partnerschap wél in aanmerking mochten komen voor adoptie. Deze beslissing werd in 2022 door het Hoog Administratief Gerechtshof bevestigd. Juridisch gezien mogen koppels van hetzelfde geslacht dus adopteren. In de praktijk blijkt dit alleen niet te werken.
‘Op papier mogen we adopteren,’ zegt Martinović. ‘Maar instanties vinden voortdurend redenen om ons te weigeren. Ministeries saboteren of vertragen de uitvoering van rechterlijke uitspraken. Er zijn stellen die zich volledig aan de regels houden en alsnog worden afgewezen. Simpelweg omdat ze twee vaders of twee moeders zijn.’
Een ander pijnlijk voorbeeld is dat alleenstaanden in Kroatië mogen adopteren, maar als je in een geregistreerd partnerschap zit met iemand van hetzelfde geslacht, dan werkt dat partnerschap ineens tegen je. ‘Dat is overduidelijke discriminatie,’ stelt Martinović. ‘Als individu mag je een kind adopteren, maar zodra je een liefdevolle relatie hebt met iemand van hetzelfde geslacht, word je uitgesloten.’
Volgens Martinović zit het probleem dieper. De juridische veranderingen zijn vaak symbolisch, ingevoerd onder druk van de EU, maar niet bedoeld om het leven van queer mensen daadwerkelijk te verbeteren. ‘Onze politici willen geen verandering omdat de maatschappelijke acceptatie nog steeds laag is,’ zegt hij. ‘Ze willen geen stemmen verliezen. Dus veranderen ze alleen het hoogstnoodzakelijke, op papier, en zorgen ze ervoor dat de praktijk nauwelijks meewerkt.’
Dat zorgt ervoor dat veel LHBTI+ -gezinnen permanent in onzekerheid leven. Ze voldoen aan de wet, willen kinderen opvoeden, hebben stabiele thuissituaties, maar worden toch geweigerd of tegengewerkt. ‘De juridische strijd is er één van lange adem,’ zegt Martinović. ‘We winnen hier en daar een rechtszaak, maar zonder politieke wil en handhaving, blijft echte vooruitgang uit.’
Ondanks de sociale en juridische strijd blijft Ivan Adam Sestan hoop houden. Voor hem is zichtbaarheid meer dan alleen aanwezig zijn: het is een daad van verzet tegen uitsluiting. ‘We hebben publieke en privépersonen nodig die open zijn over wie ze zijn,’ zegt hij. ‘Dat creëert veiligheid voor anderen. Het normaliseert onze aanwezigheid in de samenleving.’ Die zichtbaarheid hoeft niet altijd groots of publiekelijk te zijn. Volgens Ivan hoeft het niet alleen te gaan om beroemheden of politici. Het gaat ook om die ene leraar die vertelt dat hij homo is, of dat meisje in het dorp dat voor het eerst hand in hand durft te lopen. Elk gebaar telt.
Een van de meest tastbare momenten van die zichtbaarheid is de jaarlijkse Pride-mars in Zagreb, die eindigt in het park Zrinjevac, midden in het centrum van de stad. Waar het park op gewone dagen vooral wordt gevuld met toeristen, gezinnen en muzikanten, kleurt het tijdens Pride in regenboogtinten. Spandoeken, vlaggen, protestborden, maar ook muziek, gelach en dans vullen het park. ‘Elke stap in die parade betekent: Ik besta, ondanks alles. En ik geef niet op,’ zegt Ivan. ‘Maar het mag ook een moment zijn om te dansen, om even niet bang te zijn. We verdienen ook vreugde.’

Het park waar de Pride-mars wordt gehouden
De Pride in Zrinjevac is voor velen een van de weinige momenten waarop queer mensen in Kroatië zich veilig en gezien voelen. De Pride-mars is niet alleen een feest, maar ook een veilige haven. ‘Zoveel jongeren komen daar voor het eerst echt zichzelf tegen,” vertelt Ivan. ‘Ze zien dat ze niet alleen zijn. Dat er ruimte is voor wie ze zijn.’
Toch blijft de context waarin die mars plaatsvindt kwetsbaar. Voorafgaand aan elke Pride worden extra veiligheidsmaatregelen genomen, zijn er tegenprotesten en worden deelnemers soms online geïntimideerd. Maar Ivan ziet juist in het doorgaan van de mars een krachtig signaal: ‘We geven niet op. Zelfs al staan er politiemensen om ons te beschermen — we zijn er. En we blijven komen.’
Ook door de jongeren blijft Ivan hoop houden. ‘Elke keer als ik zie dat jongen mensen zich uitspreken en dat ze durven te dromen, weet ik dat het goed komt. Misschien niet vandaag, misschien niet morgen, maar op een dag wel. En tot die tijd blijven we doorgaan.’ Tijdens de workshops en bijeenkomsten van Zagreb Pride voert Ivan veel gesprekken met jonge mensen over hun twijfels, hun woede, maar ook hun kracht. ‘Soms denk ik: als zij dit allemaal doorstaan, en toch nog blijven geloven in liefde en in verandering, wie ben ik dan om de hoop te verliezen?’ Voor jongeren die nog worstelen met hun identiteit heeft hij een duidelijke boodschap: ‘Je bent goed zoals je bent. Je hoeft jezelf niet te veranderen om anderen tevreden te stellen. Je mag bestaan zonder je daarvoor te hoeven verantwoorden.’
Het draait allemaal om solidariteit volgens Ivan. Niet de grote speeches of de grote overwinningen, maar de kleine daden. ‘Verandering begint klein,’ zegt hij zacht. ‘Met een verhaal. Een gesprek. Een gebaar van solidariteit.’ Hij pauzeert even en eindigt met de boodschap: ‘We hoeven niet allemaal helden te zijn. We hoeven alleen maar mensen te zijn die niet wegkijken. Mensen die durven zeggen ‘’jij hoort erbij.’’ Als we dat blijven doen, dan zijn we al een eind op weg.’