Dolph Kohnstamm is een bekende voormalig Nederlandse psycholoog en hoogleraar die zich vooral bezighoudt met de ontwikkeling van kinderen en de persoonlijkheidspsychologie. In zijn vele jaren van onderzoek en publicaties heeft hij zich sterk gemaakt voor het idee dat zowel natuurlijke aanleg als omgevingsfactoren een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van een persoon. In dit interview zal hij ingaan op het ‘nature vs nurture’ debat en delen hoe zijn onderzoek hierbij aansluit.

Eind 1969 was Dolph onderdeel van het project Proefkreche ’70 onder de toen juist opgerichte Stichting Kreche en we Wetenschap. Van 1970 tot 1975 duurde het onderzoek en in 1976 werden meerdere rapporten over gepresenteerd. Het onderzoek werd gedaan naar kinderen van laagopgeleide ouders. In deze vijf jaar zijn er meer dan 100 kinderen onderzocht die vanaf hun vroegste jeugd in de proefkreche hebben doorgebracht die door de leidsters aangenaam veel gestimuleerd werden, meer dan ze vanuit huis meekregen. Psychologen en onderzoekers konden van achter een speciaal raam waardoor de kinderen hen niet konden zien zo vijf jaar lang goed worden.

[aesop_quote type=”block” background=”#00c7fc” text=”#00364a” align=”left” size=”1″ quote=”Wat is Nature vs Nurture?
Nature vs. nurture is een debat dat gaat over de vraag in hoeverre onze kenmerken en gedrag worden bepaald door onze genetische aanleg (nature) of onze omgeving (nurture). Aanhangers van de nature-theorie geloven dat onze genen de belangrijkste factor zijn die onze kenmerken en gedrag bepalen, terwijl aanhangers van de nurture-theorie geloven dat onze omgeving en opvoeding de belangrijkste factoren zijn die onze kenmerken en gedrag bepalen. Er wordt vaak gedacht dat beide factoren een rol spelen in wie we zijn en hoe we ons gedragen, en dat de interactie tussen genen en omgeving bepalend is voor onze ontwikkeling.” parallax=”off” direction=”left” revealfx=”off”]

Uit het onderzoek bleek dat de stimulans die de leidsters aan de kinderen gaven zeer goed uipakte  ”De kinderen gingen met stappen vooruit.”
De analyse van de tests verkregen resultaten suggereert dat instellingen zoals de Proefkreche belangrijk kunnen bijdragen tot het verkleinen van de ontwikkelingsverschillen tussen kinderen uit verschillende milieus. Dit laat zien dat nurture een belangrijke rol heeft.

Nurture

Nurture, of opvoeding en omgeving, speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van een individu. Er zijn veel studies die de effecten van opvoeding en omgeving op gedrag, persoonlijkheid en intelligentie onderzoeken. Een bekende studie in dit verband is de “Marshmallow test”, uitgevoerd door Walter Mischel in de jaren ’60 en ’70. Dit onderzoek toonde aan dat kinderen die in staat waren om hun verlangen naar een onmiddellijke beloning (zoals een marshmallow) uit te stellen, later betere academische en professionele prestaties hadden. Dit suggereert dat opvoeding en zelfbeheersing een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van succes.

Een andere bekende studie is het “Romanian Orphanage Project” geleid door Charles Nelson en Nathan Fox. Dit onderzoek onderzocht de effecten van groepsverzorging op de ontwikkeling van kinderen in Roemeense weeshuizen. De studie wees uit dat kinderen die in deze omgeving werden opgegroeid, significante achterstanden hadden in cognitieve, emotionele en sociale ontwikkeling in vergelijking met kinderen die in gezinnen werden opgevoed. Dit laat zien hoe belangrijk een liefdevolle en stabiele opvoeding is voor de ontwikkeling van een kind. Er zijn ook studies die beweren dat sommige aspecten van ontwikkeling zoals IQ of persoonlijkheid sterk genetisch bepaald zijn en weinig beinvloed worden door opvoeding of omgeving.

Nature

Nature, ook wel genetische factoren genoemd, refereert aan de genetische code die bepaalt hoe ons lichaam werkt en hoe we eruit zien. Er zijn veel studies die de invloed van nature op verschillende aspecten van ons leven onderzoeken, zoals persoonlijkheid, intelligentie en gezondheid.Een van de studies die positief spreken over de invloed van nature, is een studie uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Cambridge. Deze studie wees uit dat genetische factoren een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van IQ. De onderzoekers ontdekten dat ongeveer 70-80% van de variatie in IQ tussen individuen kan worden verklaard door genetische factoren. Een andere studie, uitgevoerd door onderzoekers van de King’s College London, ontdekte dat genetische factoren een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van persoonlijkheid. De studie wees uit dat ongeveer 50-60% van de variatie in persoonlijkheidstrekken, zoals extraversie en neuroticisme, kan worden verklaard door genetische factoren. Aan de andere kant, er zijn ook studies die negatieve dingen zeggen over de invloed van nature. Een studie uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Illinois wees bijvoorbeeld uit dat genetische factoren slechts een beperkte rol spelen bij de ontwikkeling van gedrag en geestelijke gezondheid. De onderzoekers ontdekten dat slechts ongeveer 30-40% van de variatie in gedrag en geestelijke gezondheid kan worden verklaard door genetische factoren.

Meer onderzoek nodig

Tweelingstudies zijn een populaire methode om de relatie tussen nature en nurture te bestuderen. Deze studies vergelijken de genetische en omgevingsfactoren van identieke tweelingen (die dezelfde genetische code delen) en niet identieke tweelingen, die evenveel DNA delen als normale broers en zussen. Hierdoor is het mogelijk om de relatie tussen genetische factoren en omgevingsfactoren te onderzoeken.

Een bekende tweelingstudie is de Minnesota Study of Twins Reared Apart, uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Minnesota. Deze studie verzamelde gegevens van meer dan 100 identieke en fratse tweelingen die gescheiden waren opgegroeid en onderzocht hoe genetische en omgevingsfactoren bijdroegen aan de ontwikkeling van persoonlijkheid, intelligentie en gedrag. De studie wees uit dat genetische factoren een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van deze aspecten, maar dat omgevingsfactoren ook een belangrijke rol spelen.

Er zijn ook kritiek op tweelingstudies, zoals de selectie bias, de realiteit dat tweelingen vaak in vergelijkbare omgevingen groeien, en de beperkingen van de vergelijking tussen identieke en fratse tweelingen. Er wordt vaak gezegd dat de resultaten van tweelingstudies alleen als een indicatie kunnen worden gezien en dat andere methoden, zoals adoptiestudies, nodig zijn om een completer beeld te krijgen van de relatie tussen nature en nurture.

Dolpf Kohstamm is een voormalig psycholoog die geloofd dat Nature sterker is dan Nurture. Zijn eigen onderzoek wees dit uit. Echter ziet hij ook in zijn eigen omgeving dat Nature niet zonder Nurture kan. Dat ziet hij bijvoorbeeld ook doordat geadopteerde kinderen en donorkinderen heel ergens kunnen eindigen als hun biologische ouders, het ligt aan hoe de stimulatie in hun ontwikkeling is. Wel zal er volgens hem nog meer onderzoek gedaan moeten worden gedaan op het vlak van Nature vs Nature. ”Er is zoveel onderzoek gedaan naar Nature vs Nurture en het brein, maar zo weinig naar Nature vs Nurture en mensen hun persoonlijkheid.”