Al vanaf jongs af aan wist Afra dat het leven thuis, achter hun voordeur, anders ging dan het leven daarbuiten. Voor de voordeur kon ze alles dromen en ontdekken met haar vriendinnetjes. Maar achter de voordeur kon ze die dromen niet altijd vertellen.
Thuis golden andere regels. Regels die niet op papier stonden, maar die iedereen kende. Afra groeide op in een wijk in het noordoosten van Groningen, waar verschillende culturen naast elkaar leefden. Op haar vrije basisschool leerde ze dat niet iedereen geloofde in de zelfde god. Ook thuis kwamen twee werelden samen. Haar moeder, uit een gereformeerd-christelijk gezin, had het geloof al lang geleden achter zich gelaten. Haar vader kwam uit Soedan en was moslim. Nog altijd bad hij vijf keer per dag, hield de ramadan aan, en verwachtte van Afra en haar zusje dat ze dat ook deden. ‘’Daar hebben we nooit een keuze in gehad, dat moest gewoon’’ zegt ze.
Toen de zusjes oud genoeg waren om een hoofddoek te dragen, kregen ze wél een keuze. Beiden besloten ze dat niet te doen, ”dit werd gewoon door mijn vader geaccepteerd”. Zo groeiden ze op in een huis waar de ruimte om jezelf te zijn en het geloof naast elkaar bestonden. Toch schuurde dat soms een beetje, vooral als het ging om één onderwerp: de liefde.
“Ik vermoedde wel dat mijn vader niet stond te springen als ik ooit met een vriendje thuis zou komen.”
Maar daar hadden ze het thuis nooit over. Afra haalde op haar zestiende haar havodiploma en begon meteen aan de studie fysiotherapie. Ze was jong, nieuwsgierig, leergierig en niet bang om haar eigen pad te volgen. Vanaf haar eerste studiedag stortte ze zich in het studentenleven. Ze werd actief in haar studievereniging, ging regelmatig uit en proefde van het leven van een jonge, volwassen vrouw. “Daar begonnen de eerste scheurtjes te ontstaan tussen mij en mijn vader.” Hij begreep haar niet, of wilde haar niet begrijpen. Hij vond het maar niets dat zijn dochter meerdere keren per week laat thuiskwam. “Dat hoort niet,” zei hij dan. Wat er precies niet hoorde, bleef vaag, maar Afra wist heel goed wat hij bedoelde.
De ene discussie was nog niet voorbij, of de volgende begon alweer. De sfeer in huis werd daardoor gespannen, en iedereen begon een beetje op zijn eigen eilandje te leven. Toch, na eindeloze gesprekken, begon haar vader haar langzaam te vertrouwen. Hij liet haar op stap gaan, maar wel met regels: ze moest vijf keer per dag bidden, altijd vertellen waar ze was, met wie en tot hoe laat, het huis netjes houden, de konijnen verzorgen en altijd thuis slapen. Afra ging akkoord met de afspraken, maar wist dat ze haar vrijheid op haar eigen manier zou invullen.
“Ik hou van dansen.” In de clubs van Groningen vond ze haar vrijheid, ook al dronk ze geen druppel alcohol. “Zodra ik begon uit te gaan, merkte ik dat jongens me vaak aandacht gaven, en eerlijk is eerlijk: dat vond ik niet vervelend.” Ze zoende regelmatig met onbekenden, maar ging nooit met iemand mee naar huis. Ze moest natuurlijk van haar vader thuis slapen. Thuis hoorde hij niets over haar avonturen. Sterker nog: hij dacht dat zijn dochter voorbeeldig leefde. En zo bleef het, tot ze iemand ontmoette die iets in haar losmaakte wat ze nog niet kende.
Hij was de broer van één van haar beste vriendinnen. “Bij hem was het anders; hij had iets om zich heen hangen.” Een paar weken na hun eerste ontmoeting begonnen ze te daten. Voor het eerst voelde ze iets wat dieper ging dan de spanning of nieuwsgierigheid naar mannen die ze altijd in de club ervaarde. Maar het hield niet lang stand. Deze jongen bleek toch niet het prins op het witte paard te zijn, eerder het tegenovergestelde, en ze besloot er een punt achter te zetten. “Wat nou als ik met hem een relatie had gekregen?” dacht ze later. ‘’Dan had ik dat aan papa moeten vertellen’’.
Het feit dat die situatie zich nog niet had hoeven voordoen, was voor haar een opluchting. Afra pakte haar oude ritme weer op: clubs, vrienden en vrijheid. Soms ging ze op een Tinderdate, gewoon voor de lol. Tot ze Lars ontmoette. Het was begin juni, een vrijdagavond. “Ik twijfelde tot het laatste moment of ik het niet gewoon moest afzeggen,” vertelt ze. “Ik had eigenlijk geen zin. Maar iets in mij zei: ga.” Die beslissing veranderde alles. Ze klikten meteen, en Afra werd verliefd. Een paar maanden later, in september, kregen ze een relatie. Vanaf dat moment begon het dubbele leven weer. “Ik heb zelfs een keer gezegd dat ik bij een vriendin ging logeren die drie kwartier verderop woonde.”
Ze had haar moeder wel verteld over de relatie. Haar moeder reageerde enthousiast, maar ook een beetje bezorgd over hoe Afra’s vader zou reageren. “Ze zei dat ik het pas aan papa moest vertellen als ik terug zou zijn uit Zuid-Afrika.” Afra ging namelijk voor haar studie drie maanden naar Zuid-Afrika. De volgende dag kwam haar moeder op haar woorden terug. Ze vond toch dat Afra het zo snel mogelijk moest vertellen, omdat ze bang was dat haar man boos op haar zou worden als hij erachter kwam dat zij al die tijd wist dat hun dochter een relatie had. Afra voelde een knoop in haar maag, maar wist dat er geen uitstel meer mogelijk was. En dus besloot ze dat het tijd was om het aan haar vader te vertellen.
‘’Ik had verwacht dat hij het niet leuk zou vinden, maar dat hij zo zou reageren, had ik niet verwacht’’.
“Dat is niet zoals we dat hier doen,” reageerde haar vader, waarna hij de trap op liep. Afra barstte in tranen uit. Haar moeder troostte haar, en een half uur later kwam haar vader weer naar beneden. Hij bood zijn excuses aan en vertelde dat hij het niet had zien aankomen, ondanks dat hij wist dat dit moment ooit zou komen. Een paar dagen later, na het laatste gebed, zei hij ineens: “Ik heb met de imam gesproken, en ik wil dat je trouwt voor de moskee.” Afra wist niet wat ze hoorde. “Het voelde op dat moment alsof ik in Dunya en Desie zat.”
Afra voelde zich verscheurd. Ze wist dat ze van Lars hield, maar ze zat gevangen tussen de verwachtingen van haar vader en haar eigen verlangen naar vrijheid. Uiteindelijk besloot ze het nieuws aan Lars te vertellen. Hij was geschokt, niet alleen door het idee dat trouwen voor de moskee een wens van haar vader was, maar ook door de ernst van de situatie. Voor hem was dit een totaal nieuwe wereld. Hij was opgegroeid in een atheïstisch gezin door zijn twee moeders, en had nog nooit te maken gehad met zulke strikte religieuze en culturele verwachtingen. Afra legde hem uit dat haar vader had gedreigd het gezin te verlaten als zij niet zou doen wat hij wilde. “Als ik niet met hem trouw, accepteer ik zijn normen en waarden niet,” zei ze zachtjes.
Lars was er stil van geworden. Hij wilde het even laten bezinken en er goed over nadenken. Een week later zei hij: ‘’Ik vind het heel erg voor je, en ik sta er voor open om eventueel voor de moskee te trouwen’’ Deze keuze had Afra niet zien aankomen. Maar het zette iets in haar hoofd in beweging. ‘’Want ik wil diep van binnen eigenlijk niet trouwen voor de moskee nu’’. Sterker nog als ze in de baarmoeder had mogen kiezen, dan had ze liever geen moslim geworden. Ze was twintig, pas een maand samen met Lars en moest nadenken over trouwen. Terwijl ze bezig was met de voorbereidingen voor haar stage in Zuid-Afrika.
Aanvankelijk hield haar moeder zich op verzoek van Afra buiten het conflict. Afra wilde niet dat haar moeder in conflicten zou komen met haar vader, omdat ze zelf een keuze had gemaakt waarvan ze wist dat haar vader die niet goedkeurde. Maar op een avond, toen de spanning haar te veel werd, kon Afra het niet langer voor zich houden. Ze zuchtte diep en keek haar moeder aan: “Mama, ik wil niet trouwen voor de moskee, maar ik voel me gedwongen door papa. Wat moet ik doen?”
Haar moeder aarzelde geen moment. Ze stond op en liep de trap op, richting haar man. Wat er boven gebeurde, hoorde Afra niet precies, maar het klonk als een uur lang geschreeuw, gemengd met verwijten en boosheid. Haar hart bonsde in haar borst en ze voelde zich klein en machteloos. Toen het eindelijk stil werd en haar vader weer naar beneden kwam, was de sfeer veranderd. Hij leek opmerkelijk kalm. Hij keek Afra recht aan en zei met een zachte, bijna berustende stem: “Ik weet dat ik iets van je vraag waar je niet gelukkig van wordt. Laten we het even rusten tot je terug bent uit Zuid-Afrika. Voor nu zal ik niet van je vragen om met Lars te trouwen.”
Afra voelde een mengeling van opluchting en onzekerheid. De woorden van haar vader waren duidelijk: hij had nog steeds zijn eigen verwachtingen, maar was bereid het conflict voorlopig te laten rusten. Voor het eerst sinds het begin van dit hele verhaal zag ze een beetje licht in de tunnel, ondanks dat ze nog niet wist wat dit zou betekenen voor haar toekomst.