Het Onverwachte wonder

Het Onverwachte wonder

De wind blaast zachtjes door de straten van Amsterdam. De zon schijnt nog fel door de gebouwen heen. De 17-jarige Lily zit ongeduldig bij de tramhalte. De vijf minuten die ze moet wachten, voelen als een eeuwigheid. Ze laat een diepe zucht van opluchting als de tram eindelijk in de verte te zien is. Lily loopt met haast naar de ingang. Het is verbazingwekkend leeg in de tram voor een woensdagmiddag, bedenkt ze. Haar gedachten worden onderbroken als ze een stevige duw voelt. Ze realiseert zich dat ze midden op het voetpad staat en niemand erlangs kon. Uit schaamte stapt ze snel opzij. Normaal gesproken had ze nu al lopen schelden, maar vandaag voelt het alsof de energie met elke stap uit haar lichaam wordt gezogen. De pijn in haar hoofd is een aanwijzing dat ze snel moet gaan zitten. De eerste en beste stoel pakt ze bij het raam.Slecht ontbeten, dat zal het wel zijn. Ze probeert alle verklaringen langs te gaan wanneer alles om haar begint te draaien. Het geruis van de tram bereikt haar oren niet eens meer. Ze richt haar focus op het uitzicht aan de andere kant van het raam. De gebouwen beginnen steeds herkenbaarder te worden. ‘Halte Weesperplein’ wordt er omgeroepen. Dit is het. Hier moet ze uitstappen.

Na ongeveer tien minuten te lopen, ziet ze het huis van haar beste vriendin Juls. Op de basisschool waren ze vijanden, maar hun strijd is uitgegroeid tot een stevige vriendschap. Ze belt aan en even later gaat de deur open. Een jonge meid van 18 jaar opent de deur met een brede lach. Wat niet te missen is aan haar kleine figuur, is haar dikke buik die inmiddels al 32 weken gevormd is. “Ben je er eindel-”, Lily loopt haastig naar binnen en geeft Juls niet de kans om haar zin af te maken.”Gaat alles wel goed?”, vraagt Juls. “Je ziet er nogal ziek uit.” Geen antwoord. Juls gaat naast Lily zitten en streelt haar hand over haar been. Lily begint te praten over het misselijke gevoel dat haar al dagen dwars zit. De ruimte voelt zwaar aan. Na ongeveer 20 minuten het verhaal van Lily te hebben aangehoord, snapt Juls wat er eigenlijk speelt. Ze trekt haar mond open en de zin lijkt wel een andere taal voor Lily. “Je bent zwanger.”

Zwanger. Is het mogelijk? Ik ben laatst ongesteld geworden? Nee, dat kan niet, bedenkt ze. “Ik weet het wel zeker”, zegt Juls. De keel van Lily wordt gelijk droog. Ze weet dat ze met beide voeten de grond aanraakt, maar het voelt alsof de grond in elkaar zakt. Juls staat op en verdwijnt achter de muur die de woonkamer en badkamer scheidt. Het geluid van gerommel is in de verte te horen. Na een aantal seconden loopt Juls met een klein wit voorwerp in haar hand en plaatst het op de schoot van Lily. Een zwangerschapstest. Er is geen verdere communicatie nodig tussen de twee. Lily staat op en loopt naar de wc. De geur van de brandende rozemarijnkaars laat haar hoofd weer draaien. Ondanks dat ze nooit eerder een test heeft hoeven afnemen, weet ze wat ze moet doen. Na even te wachten, besluit ze eindelijk te kijken. 2 streepjes. Haar benen beginnen te trillen. Ze loopt naar de wasbak om water op haar gezicht te gooien. De persoon in de spiegel herkent ze niet. Het lijkt alsof alle kleur uit haar gezicht is weggetrokken.

“Je stilte zegt genoeg, het is waar of niet”, roept Juls. Lily neemt een diepe adem en loopt de badkamer uit. “Ik ben zo dom, zo ontzettend dom.” Lily voelt de armen van Juls om haar heen slaan. Haar tranen druppelen op de trui van haar beste vriendin. “Ik snap niet waarom dit mij moet overkomen. Ik snap niet wat ik heb gedaan om dit te verdienen.” De woorden van Lily worden steeds lastiger te verstaan. “Hey, kijk me aan”, zegt Juls. “Je moet dit aan je ouders vertellen. Wat er ook gebeurt, ik ben er voor je, ik weet hoe je je voelt.” Een paar dagen zijn voorbijgegaan. Lily zucht diep zodra ze de voordeur van haar ouders in zicht heeft. De ouders waar ze weken geleden ruzie mee had. Ze kan de laatste blik van haar moeder nog goed herinneren. Teleurgesteld. Ze is altijd een rebels kind geweest. De oplossing? Uit huis gaan, volgens haar. Maar hoe meer de tijd tikte, hoe meer ze merkte dat ze een fout had begaan – ondanks dat ze dat niet wilde toegeven. Lily drukt drie keer op de bel.

Het gerommel van een sleutel is te horen aan de andere kant van de deur. Ze voelt het weer. Het gevoel dat haar hart uit haar lichaam wil springen. ​​Haar moeder opent de deur en stapt aan de zijkant zonder een woord te zeggen. Lily twijfelt en besluit toch naar binnen te gaan. Het bekende aroma van vanille bereikt haar neus. “Wat is er gebeurd?”, vraagt haar moeder. Lily moet in zichzelf lachen. Natuurlijk gaat ze ervan uit dat er iets aan de hand is – ze heeft ook wel gelijk. “Ik ben zwanger.” De kleine lach op haar moeders gezicht verdwijnt. Haar lippen zitten recht op elkaar en de frons in haar voorhoofd is duidelijk te zien. “Je hoeft niet meer terug te komen,” zegt haar moeder. “Ik snap niet waarom je denkt hier terug te kunnen komen na alles met dit soort nieuws.” Lily had deze reactie kunnen verwachten. “Dat je me niet terug wil hebben, maakt me niet eens uit, maar het feit dat jij nog steeds niet kan inzien wie de slechterik is laat zien dat ik jou niet in het leventje hoef van mijn dochter.” Lily verspilt geen seconde en stormt het huis uit.

Vijf dagen zijn verstreken sinds het laatste gesprek met haar moeder. Lily zit op een bankje in het Vondelpark. Ze heeft bijna niet kunnen slapen deze nachten. Een maand geleden was ze op de zaterdagmiddag al aan het kijken naar wat ze ging aantrekken om de hele nacht te feesten. Op deze middag moet ze een lastige beslissing nemen. Het stemmetje in haar hoofd begint weer te praten. Houden of weghalen? Lily weet al hoe zwaar het leven is als tienermoeder. Kijk maar naar alle vriendinnen die nu al een kind hebben. Er is een oplossing, zegt het stemmetje in haar hoofd weer. Abortus. De tiener heeft zich er niet veel in verdiept, maar één ding weet ze zeker. Het is tegen het geloof. Is het eerlijk om dit leventje te doden na een domme fout? Of is het oneerlijk om mezelf dit aan te doen, vraagt ze zichzelf af. Het christelijk geloof is iets dat ze van kinds af aan heeft meegekregen. Maak je niet druk, alles komt goed, zegt een ander stemmetje. Ze voelt opeens een enorme lading rust. Ze gaat niet opgeven. Haar ouders heeft ze opgegeven, haar relatie heeft ze opgegeven. Alles waar ze te bang voor was heeft ze opgegeven. Maar niet dit. Deze angst zal ze overwinnen.

Zeven maanden zijn voorbijgegaan. Ze voelt zich al dagen niet lekker en besluit naar het ziekenhuis te gaan. “Goedemorgen zuster, ik voel me niet lekker en ik voel haar niet meer bewegen.” De baby in haar buik laat altijd weten dat ze er is. Haar schopjes zijn inmiddels geruststellend geworden, maar de afgelopen twee dagen voelt Lily geen beweging. Helemaal niets. “Het zal zeker niets ergs zijn, soms zijn baby’s heel actief en soms even niet,” zegt de zuster. Haar ongeïnteresseerde blik haalt het bloed onder haar nagels vandaan. “Nee, ik wil dat jullie me nu controleren, er is iets mis en ik ga niet weg totdat jullie me hebben gecontroleerd.” De bezorgde moeder haalt geen reactie uit de zuster. In plaats van een antwoord te geven, tikt ze een aantal keer op het toetsenbord. “Je mag even meelopen,” Lily begrijpt al wat er aan de hand is. Een zwanger 17-jarig meisje zonder partner aan haar zij komt even vertellen wat ze moet doen. De zuster lijkt niet veel ouder, misschien iets in de 20. Ze voelt zich zeker veel slimmer met zo’n wit jasje aan. Lily heeft dit gevoel wel vaker gehad, het gevoel dat mensen haar beoordelen. Zelfs haar beste vrienden fluisteren achter haar rug om. Het ergste is, ze kan het ze niet kwalijk nemen. Ook zij heeft weleens gefluisterd over de jonge moeders in haar omgeving. Geen ouder of vriend die met haar mee is als steun. De vader is al een tijdje terug naar de andere kant van de wereld om voor zijn zieke ouders te zorgen. Elke stap voelt zwaarder dan de ander. Na bijna een marathon te hebben gelopen voor haar gevoel, mag ze eindelijk zitten. “Je kunt hier wachten, ze zullen je zo onderzoeken.” Lily knikt en neemt plaats. Twintig minuten zijn voorbijgegaan. Een andere zuster heeft haar naar de kamer begeleid. De vermoeidheid neemt toe. Het lukt haar niet meer wakker te blijven zodra ze op het bed mag liggen Ze schrikt even later wakker van een koud voorwerp dat over haar buik glijdt. Voor haar ogen staat nu een oudere man. Haar reactie trekt gelijk de aandacht van de dokter. Zijn mond beweegt, maar er komt geen geluid uit. Iemand anders komt nu de ruimte binnen en hun haastige bewegingen maken haar alleen maar misselijker. Wat er ook aan de hand is, ze weet dat er iets niet klopt. De arts komt even later weer binnen en zijn gezicht bevestigt haar gevoel. “Je gaat bevallen.”

Alles is vaag, alles beweegt, niks klopt meer. Ze heeft geen idee hoe laat het nu is. Ze ligt nu weer in een andere kamer. Ondanks de stilte voelt het alsof elk geluidje haar oren pijn doet. Ze wrijft over haar buik. “Kom je nou echt een maand te vroeg, kleine meid?” stelt ze aan het kleine wondertje in haar buik. De tranen beginnen te vloeien. Door alle complicaties zal ze moeten bevallen met een keizersnede. Daar geeft ze nu weinig gedachten aan. Wat de haren op haar nek echt laat opstaan, is dat zij of haar baby het misschien niet overleeft. Haar hoofd keert en ziet haar moeder slapen in de stoel. Ze is zo bang dat ze heeft besloten haar moeder te bellen. De ruzies maken haar niet meer uit, het enige wat ze wil is de steun van haar moeder. Ze kon het haast niet geloven toen haar moeder zei dat ze zou komen.De arts en zijn assistenten brengen haar naar een andere kamer. De procedure is door drie verschillende mensen uitgelegd, maar toch komt het niet bij haar binnen. Een van de assistenten doet iets op haar mond en Lily voelt zichzelf wegzakken. “Vader, als u mij hoort en als u iemand moet kiezen om te overleven, kies haar”, fluistert ze zachtjes. Haar ogen gaan dicht. Alles is nu stil.

Het is vandaag 20 september 2000. Lily begint langzamerhand wakker te worden. De narcose begint uit te werken. Ze voelt een scherpe pijn in haar onderbuik. Ze zit vast aan allerlei verschillende buisjes. Ze is nog steeds te zwak om op te staan. Dat ze wakker is, betekent dat er een kans is dat haar baby het niet heeft overleefd. De pijn die ze voelt laat haar lichaam geen seconde met rust. De deur gaat open en een groot apparaat komt binnen, gevolgd door de arts en haar moeder. In het apparaat ligt een klein, harig baby’tje te slapen. “Hoe voel je je?” , vraagt de arts. Haar aandacht blijft gericht op haar pasgeboren dochter. “Ze ligt in een couveuse en zal hier een tijdje in moeten blijven, voordat jullie naar huis mogen.”Haar moeder aait over het hoofd van Lily. “Jullie hebben het allebei overleefd.” Ze kan niet geloven dat ze er eindelijk is. “Wil je haar vasthouden?”, vraagt hij. Ze knikt haar hoofd ja. De zusters halen haar uit het apparaat en leggen haar voorzichtig op haar borst. De zachte ademhaling is het mooiste gevoel dat Lily zich ooit heeft kunnen voorstellen. Ze is zo klein dat ze in haar hand past. Met een kop vol donker haar en haar huid nog roze. Lily houdt haar kleine hand vast en kust het voorzichtig. De rest verlaat de kamer.

Ze had nooit gedacht dat ze in deze positie zou belanden. Lily weet dat een tienermoeder zijn niet makkelijk is. Ze kijkt naar haar baby. Het kindje ligt rustig in haar armen te slapen. Dit is het. Dit is het moment dat ze besluit altijd klaar te zijn voor haar kind. Het verleden kan ze niet terugdraaien, maar de toekomst – daar heeft ze controle over. “Ik zal je alle liefde in de wereld geven,” fluistert ze zachtjes. Lily probeert voorzichtig op te staan. Haar voeten leiden haar naar het raam. Het leven buiten is in volle gang, maar voor Lily is het net alsof de tijd stilstaat. Elke obstakel zal ze proberen te overwinnen, alleen of niet. Ze leeft nu niet meer voor zichzelf, maar voor haar kind.

 

 

 

 

Over de auteur