Factcheck: De claim ‘’Nederland is geen soeverein land’’, is minder zwart-wit dan wordt voorgedaan

Factcheck: De claim ‘’Nederland is geen soeverein land’’, is minder zwart-wit dan wordt voorgedaan

De Nederlandse vlag

“Nederland is geen soeverein land.’’ Deze claim werd gedaan door Tweede Kamerlid van Forum van Democratie (FvD) Gideon van Meijeren. Op 4 november 2024 publiceerde zijn partij op X (voormalig Twitter) een bericht met een video waarin het partijlid van de FvD dit beweert. Hij duidt hiermee op het samenwerkingsverband met de Europese Unie. Deze claim is niet zo zwart-wit als nu wordt voorgedaan, want Nederland heeft zelf een deel van deze soevereiniteit over gedragen, maar kan dit ook zelf weer terugdraaien. Tevens is het vrijwillig sluiten van verdragen juist een teken van soevereiniteit. Wel maakt het uit of je het EU-lidmaatschap als een binaire factor ziet en hoe je het begrip soevereiniteit interpreteert.

In een debat vertelt Van Meijeren: ‘’Iedere regeling die door de Europese Unie gemaakt wordt, door niet-Nederlanders, waar niemand in Nederland op gestemd heeft staan boven onze grondwet. Dat heeft met democratie niets te maken en daarmee is Nederland ook geen soeverein land. Juist omdat wij die soevereiniteit hebben overgedragen. Dat is geen mening zo staat het in al die verdragen…’’

Meerdere betekenissen

Soevereiniteit is een ingewikkeld begrip met meerdere betekenissen. Het kan op verschillende manieren worden gebruikt en geïnterpreteerd. Het heeft daarbij niet alleen een juridische, maar ook een politieke of feitelijke betekenis.

In de context van deze claim moeten we volgens Nathan Meershoek, promovendus op soevereiniteit van defensie aan de Universiteit Utrecht, vooral spreken over de juridische en politieke zin. In de kern is de betekenis van het begrip hoeverre staten vrij zijn om zelfstandig beleid te voeren. Daarbij gaat het niet alleen om de verhouding tussen de staat en zijn burgers, maar óók om die tussen staten onderling. Het soevereiniteitsbegrip gaat vérder dan de vraag wie de uiteindelijke macht heeft over een land en de samenleving, dit noemen we interne soevereiniteit. Daarnaast heb je ook externe soevereiniteit, dit is het recht van staten om vorm en inhoud te geven aan hun rechtsorde. Het omvat de vrijheid om zélf hun eigen politieke, sociale en economische systeem te kiezen en daarbij hun internationale betrekkingen naar eigen inzicht vorm te geven, schrijft de Raad van State in hun jaarverslag van 2021.

‘’De EU is geen gevangenis’’

Henri de Waele, hoogleraar Internationaal en Europees Recht, vertelt dat het probleem van de opvatting van Van Meijeren is dat er dus ook niet één duidelijke definitie en visie bestaat op het begrip soevereiniteit. ‘’Kennelijk ziet hij soevereiniteit als een ondeelbaar iets, dat binair is: je hebt het, of je hebt het niet. Zodra je dan als land lid wordt van een internationale organisatie, zoals de EU, geef je dit in zijn ogen op.’’ Volgens De Waele zien ze in het recht, soevereiniteit ook wel in gradaties: je kunt sommige soevereine rechten opgeven, overdragen of in gezamenlijkheid uitoefenen.

Dat is dan ook te beschouwen als iets wat we in EU-verband hebben gedaan: we maken samen beslissingen over bijvoorbeeld milieu- en consumentenbescherming, en hebben een interne markt ingericht. ‘’Onze eigen soevereiniteit is dan (deels) beperkt, vrijwillig en voor de duur van het lidmaatschap. Wanneer we er genoeg van hebben, kunnen we altijd weer vrijwillig de Unie verlaten – zoals het Verenig Koninkrijk heeft gedaan.’’ Nathan Meershoek draait het argument van het FvD-lid dan ook om en zegt: “De EU is een verbond van staten, je kan als land vrijwillig kiezen om onderdeel te worden van dit verbond. Dit bevestigd dat je als land soeverein bent.’’

Uit Artikel 50 van het EU-verdrag blijkt dat de EU dus geen gevangenis, of eenrichtingsverkeer wat betreft het “opgeven” van je soevereiniteit. ‘’Andere lidstaten hebben dat overigens net zo veel of weinig gedaan als Nederland’’, aldus de Waele.

Scheiding van de machten

In het jaarverslag van de Raad van State staat verder ook nog dat wij een scheiding van de machten hebben. De wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht zijn in Nederland gescheiden. ‘’Provincies en gemeenten hebben verder de vrijheid hun eigen ‘huishouding’ te regelen. Soevereine bevoegdheden worden dus verdeeld over meerdere partijen, die geen van alle de absolute baas zijn. De EU is in zoverre niet anders dan een extra, bovenstatelijke actor waar eveneens bevoegdheden kunnen worden belegd.’’

De internationale rechtsorde staat volgens de Raad van State niet op gespannen voet met de nationale soevereiniteit, maar geeft juist uitdrukking aan de uitoefening daarvan. Door internationale samenwerking kunnen de belangen van burgers doorgaans béter worden behartigd dan zonder die samenwerking het geval zou zijn. Soevereiniteit zou anders een leeg begrip worden. Nathan Meershoek bevestigd dit: ‘’Nederland is een relatief klein land dat zich tot de buitenwereld moet verhouden en je zou kunnen zeggen dat via de EU Nederland zich beter kan verhouden tegen de buitenwereld.’’ Maar hier valt over te twisten, zegt Meershoek. Ook moeten we ons volgens De Waele afvragen of we als land ooit soeverein kunnen worden, of ooit zijn geweest.

Conclusie

Het eindoordeel is dat de claim “Nederland is geen soeverein land’’, van Gideon van Meijeren, genuanceerder ligt dan nu wordt voorgedaan. Dat wij een deel van onze soevereiniteit hebben overgedragen aan de EU is een vrijwillige keus en kan ook worden teruggedraaid. Bovendien is het juist een bevestiging van soevereiniteit als staten verdragen met elkaar kunnen sluiten. De kanttekening die hierbij wordt gegeven is echter wel dat het uitmaakt of je het EU-lidmaatschap als een binaire factor ziet en hoe je het begrip soevereiniteit interpreteert.

Over de auteur

Nina Bakker

Mijn naam is Nina Bakker, ik ben studente journalistiek aan de Hoge School Utrecht. Ik ben geboren en woonachtig in Gorinchem. Momenteel ben ik 18 jaar. Voor mijn studie heb ik eerst de mavo (Cum Laude) en daarna de havo afgerond. Voor mijn mavo heb ik het jaarboek gemaakt van mijn examenjaar. In mijn eerste jaar als journalistiek student wil ik vooral basiskennis opdoen over het vak. Het maken van een eigen nieuwswebsite op SvJ media sluit hier ook mooi op aan, want als je iets in de praktijk veel doet leer je ook sneller. Ik heb dan ook erg veel plezier in het werk wat ik hiervoor moet verrichten. Mijn journalistieke interesses liggen vooral bij mode en cultuur. Ik ben hier in mijn vrije tijd dan ook graag mee bezig. Een voorbeeld hiervan is dat ik een bijbaantje heb bij de Douglas. Op het eerste gezicht is het misschien geen journalistiek werk, maar je bent wel continu bezig de klant te ondervragen om een product te zoeken wat goed bij die klant past. Het werk bij een parfumerie is natuurlijk ook iets wat weer aansluit bij het werk op een moderedactie. Voor info: nina.bakker@student.hu.nl