Minder betaalde sectoren of genderdiscriminatie?
De loonkloof heeft twee oorzaken die vaak door elkaar worden gehaald: de sector waarin zij werken en genderdiscriminatie binnen dezelfde functie. Een belangrijk deel van de loonkloof komt doordat vrouwen vaker werken in lager betaalde sectoren, zoals zorg en onderwijs. Mannen werken daarentegen vaker in sectoren zoals techniek, bouw en financiën, waar de salarissen hoger liggen. Daarnaast werken vrouwen gemiddeld vaker parttime, vaak vanwege de zorg voor kinderen of het huishouden, waardoor hun totale inkomsten lager uitvallen.
Naast de sectorverschillen is er een andere, zorgwekkendere reden voor de loonkloof: vrouwen verdienen soms minder dan mannen voor exact hetzelfde werk. Dit gebeurt door genderdiscriminatie, waarbij vrouwen structureel lager beloond worden dan hun mannelijke collega’s. Smit ziet dit probleem: “We krijgen als vakbond veel meldingen van vrouwen die nooit meer dat gesprek over salaris kunnen voeren. Elke keer dat ze hun salaris ter sprake brengen, worden ze weggezet als ‘zeurderig’ of krijgen ze opmerkingen als: ‘Je doet het toch niet voor het geld?”.
Sophie de Lange legt in een interview met SER uit dat deze ongelijkheid onder andere wordt veroorzaakt door vooroordelen en de stereotypering van vrouwen als ‘minder geschikt’ voor bepaalde functies, of het idee dat vrouwen minder hard werken of minder ambitieus zijn dan mannen. Dit, in combinatie met het feit dat mannen assertiever zijn in onderhandelingen, zorgt ervoor dat vrouwen minder snel in aanraking komen voor beloningen.
In alle sectoren
Opvallend is dat de loonkloof niet alleen voorkomt in door mannen gedomineerde sectoren. ‘’Oók in sectoren waar juist veel vrouwen werken, komt het voor’’, legt Smit uit. ‘’Als vakbond vinden we het belangrijk dat er gelijkheid is op de werkvloer, voor zowel vrouwen als mannen.”
