Van 8 tot 15 september is het de Week van het Lezen en Schrijven. In Nederland wonen 2,5 miljoen volwassenen die hier moeite mee hebben. Om extra aandacht aan dit onderwerp te besteden, worden er door heel Nederland verschillende activiteiten georganiseerd.

Een van die activiteiten is een escapespel dat de ervaringen nabootst van mensen die moeilijk kunnen lezen en schrijven. Waar lopen zij tegenaan in het dagelijks leven? “Dat doe ik wel even,” dacht voorbijganger Ischa vooraf. Hij liep toevallig langs een buurthuis waar dit spel gespeeld kon worden, en dit trok gelijk zijn aandacht. Hij kwam van een koude kermis thuis. “Dat was nog heel moeilijk; het is mij niet gelukt om de finish te halen. Ik begrijp nu veel beter waar mensen tegenaan lopen; het lijkt mij behoorlijk frustrerend.”

Mensen die moeite hebben met lezen en schrijven krijgen vaak met vooroordelen te maken. Zo vertelt Hans Esbach aan de Stichting Lezen en Schrijven: “Mijn ouders zeiden vroeger dat ik dom was. Maar dat ben ik niet. Ik werk al vanaf mijn veertiende.” Hans heeft zich nooit geschaamd voor het feit dat hij moeite had met lezen en schrijven. Toch zijn er veel mensen die dit wel doen; zij durven soms niet eens een WhatsApp-bericht naar anderen te sturen. Gelukkig zijn er genoeg lokale initiatieven waar mensen samen kunnen komen om met de taal bezig te zijn.

Van de meeleesclub in de lokale bibliotheek tot taalkamers en buurthuizen: er zijn veel lokale initiatieven te vinden. Hier worden samen boeken gelezen, schrijfopdrachten gedaan en gesprekken gevoerd. Vaak vinden mensen het belangrijk om te weten dat ze niet alleen zijn, dat er nog meer mensen zijn die met dezelfde problemen worstelen en dat er altijd een oplossing te vinden is. Want, zo luidt de visie van de Stichting Lezen en Schrijven: “Een samenleving wordt sterker als iedereen kan meedoen.”