Dienstweigeraars van Indië: Een onvoltooid gevecht voor rechtvaardigheid

Dienstweigeraars van Indië: Een onvoltooid gevecht voor rechtvaardigheid

Foto gemaakt door Jade Ernsting. Peter Hartog met een boek over zijn vader in zijn hand.

De Indonesië oorlogsweigeraars waren helden, geen misdadigers. Dat vinden nabestaanden. Tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog waren er duizenden soldaten die hun dienst weigerden. Deze mensen werden hard aangepakt door hun omgeving en door de overheid. De Indonesische koloniale oorlog is een zwarte bladzijde in de Nederlandse geschiedenis. Uit onderzoek van het NIOD is gebleken dat Nederland verantwoordelijk was voor vele oorlogsmisdaden. Nadat dit onderzoek in 2022 was gepubliceerd, bood Nederland excuses aan aan Indonesië. Volgens nabestaanden is nu echter de tijd aangebroken om ook excuses aan te bieden aan de Indië-weigeraars.

 

Mannen tussen de 19 en 21 jaar werden opgeroepen om te vechten. De Tweede Wereldoorlog was net afgelopen, en de Nederlandse soldaten werden alweer opgeroepen om in een andere oorlog te vechten. Mensen waren al het geweld zat. Daarnaast mocht de Nederlandse regering eigenlijk geen soldaten over zee sturen, maar door een spoedwet werd dit snel veranderd. Dienstweigeraars werden hard aangepakt door de Nederlandse regering. Als eerste werden ze naar een trainingskamp in Schoonhoven gestuurd, waar alsnog werd geprobeerd de soldaten om te praten om mee te vechten in de oorlog. “Er werd mijn vader verteld dat hij zeven jaar gevangenisstraf zou krijgen als hij niet zou gaan vechten,” vertelt Peter Hartog, zoon van dienstweigeraar Rienus Hartog. Alles werd uit de kast gehaald om de dienstweigeraars toch naar Indonesië te sturen. Enkelen hielden echter voet bij stuk en bleven weigeren. Nel Bak vertelt, “Mijn vader heeft in totaal drie jaar en drie maanden vastgezeten. Na de gevangenschap is mijn vader nog lange tijd in de gaten gehouden door de overheid. Ik mag nog steeds niet de volledige inhoud van die documenten zien,” zegt Nel.

 

De meeste dienstweigeraars werden na Schoonhoven naar Fort Spijkerboor gebracht, waar ze in afwachting waren van hun veroordeling. “Ik weet nog goed dat mijn vader vertelde dat hij samen met de gevangenen het Wilhelmus moest zingen. De pastoor zette in, maar niemand van de gevangenen deed mee. Ze waren allemaal in naam van de Koningin veroordeeld. Dat ze niet meezongen, tekende wel hoe zij zich hierover voelden,” vertelt Peter Hartog. De gevangenen werden hiervoor gestraft. De straf hield in: een week lang alleen water en brood. Na Fort Spijkerboor werden de gevangenen naar verschillende gevangenissen gestuurd, waaronder opnieuw Schoonhoven. De straffen varieerden van een half jaar tot vier jaar.

 

De vader van Nel Bak, Jan de Wit, was negentien jaar toen hij dienst weigerde. Als het aan hem had gelegen, was hij al veel eerder met zijn vrouw getrouwd. Helaas heeft de tijd die hij in de gevangenis zat dit behoorlijk vertraagd. “Mijn vader sprak nooit veel over zijn tijd in de gevangenis,” zegt Nel. “Ik weet wel dat hij nog lange tijd is gevolgd door de overheid. Nadat het onderzoek van het NIOD was gepubliceerd, mocht ik eindelijk een deel van zijn documenten inzien,” vertelt Nel. “Het is niet eerlijk dat soldaten die naar Indonesië zijn gegaan en daar oorlogsmisdaden hebben gepleegd, nooit straf hebben gehad, terwijl mijn vader, die in Nederland is gebleven en eigenlijk aan de goede kant van de geschiedenis stond, heel hard is gestraft,” zegt Peter Hartog.

 

Het aanvragen van een excuus is volgens Azarja Harmanny een ingewikkeld verhaal. Hij heeft meegewerkt aan het onderzoek van het NIOD. “Je wil namelijk niet stimuleren dat mensen dienst weigeren,” zegt Azarja. Achteraf stonden deze dienstweigeraars echter wel aan de goede kant. Tijdens de Indonesische koloniale oorlog zijn er veel oorlogsmisdaden gepleegd, zoals extreem geweld, executies en verkrachtingen op grote schaal. Indonesië wilde alleen maar haar eigen vrijheid. Nederland was hierin echt de agressor. Niet alle soldaten hebben echter oorlogsmisdaden gepleegd. Je kunt dus nu ook niet zeggen dat al deze soldaten slecht waren. Veel van deze oud-militairen voelden dit wel zo. Het was de krijgsmacht die als instituut had gefaald. De aanvraag van excuses voor de Indië-weigeraars heeft ook een lastig aspect: hoe toon je aan dat het gaat om gewetensbezwaren in plaats van het ‘geen zin’ hebben in dienst?

 

 

Bekijk hier de reportage van Jade Ernsting. Je hoort hier Hetta van de Schaaf. Zij geeft een rondleiding bij Fort Spijkerboor. Ook hoor je Peter Hartog over zijn vader Rienus Hartog.

Over de auteur

Jade Ernsting

Jade is geboren in het bruisende Amsterdam, maar groeide op in een rustiger dorp genaamd Maarssen. Ze heeft een multiculturele achtergrond, met een Poolse moeder en een Nederlandse vader. Deze diversiteit zorgde ervoor dat ze al vroeg werd geconfronteerd met verschillende perspectieven en meningen, wat haar interesse in de manieren waarop mensen over dezelfde onderwerpen denken, aanwakkerde. Hoewel journalist worden niet altijd haar droom was, experimenteerde Jade met verschillende interesses, zoals verhalen schrijven, kunst, crime documentaires en biologie. Vroeger wilde ze detective of researcher worden. Op de middelbare school bleek dat ze daar talent voor had. Dankzij Peter R. de Vries weet ze nu dat je daar geen politieopleiding voor nodig hebt, maar dat er ook andere wegen naartoe leiden. Peter is een voorbeeld voor haar. De laatste jaren heeft Jade een groeiende passie voor schrijven ontdekt. In eerste instantie gericht op haar eigen gedachten en ervaringen, maar later begon ze al snel te schrijven over anderen, gedreven door wat hen uniek maakte of juist onbegrijpelijk. Deze passie leidde tot het creëren van haar eigen podcast, waarin ze niet alleen haar eigen verhalen deelt, maar ook anderen interviewt. Op de opleiding Journalistiek aan de Hogeschool Utrecht ontwikkelt Jade haar vaardigheden verder. Ze interviewt wekelijks verschillende mensen, wiens verhalen vervolgens op de HU-website worden gepubliceerd. Naast haar journalistieke carrière geniet ze van sociale tijd met vrienden, actief zijn bij roeivereniging Orca, documentaires kijken en tekenen. Jade wil als journalist de waarheid boven water krijgen. Ze streeft ernaar boeiende verhalen te vertellen die mensen de wereld om hen heen beter laten begrijpen. Haar doel op langere termijn is om de documentaire journalistiek in te gaan, waarbij ze complexe onderwerpen kan onderzoeken en verhalen kan vertellen die andere mensen intrigeren.