MAARSSEN – In de eerste en tweede volle week van februari waren groep 8-leerlingen weer bezig met de doorstroomtoets. Ook groep 8 van basisschool De Klaroen maakte dit jaar op 4 en 5 februari de doorstroomtoets.
Dit is het tweede jaar dat de doorstroomtoets wordt afgenomen. De toets dient als hulpmiddel bij het schooladvies. Scholen kunnen kiezen uit de AMN-doorstroomtoets, de Dia-toets, de IEP-doorstroomtoets, de Leerling in beeld doorstroomtoets (Cito), Route 8-doorstroomtoets en de DOE-toets.
Johan van der Plas, die al twaalf jaar lesgeeft op De Klaroen in Maarssen, begeleidde ook dit jaar zijn groep 8-klas bij de doorstroomtoets.
Voor welke doorstroomtoets heeft De Klaroen gekozen?
Johan van der Plas: ‘Wij gebruiken de Cito doorstroomtoets, omdat we eigenlijk al jaren met Cito werken. Vorig jaar was er ook gekozen voor Cito. Vanaf groep 3 doen wij al toetsingen en dat is ook vanuit Cito. Deze doorstroomtoets sluit daarbij dus goed aan. De leerlingen zijn dus ook de vraagstelling al gewend.
Sommige kinderen vonden het spannend, maar zagen toen dat het gewoon een Cito-boekje was, maar dan op groep 8-niveau. Je merkte dat dat ook wel wat stress wegnam.’
Hoe zorgt u ervoor dat leerlingen minder stress ervaren tijdens deze toets?
‘Naast dat de leerlingen door de jaren al hebben geoefend met de vraagstelling van de toets, zijn wij een basisschool die het advies van de toets nooit naar beneden stelt. Vroeger kreeg je in één keer het eindadvies. Nu geven wij in groep 7 ook al een advies. We kijken dus door de jaren heen naar wat ze hebben gescoord. En dat kan eigenlijk alleen nog maar omhoog. Wanneer de kinderen dat weten, zorgt dat ook voor minder stress.
Bij de doorstroomtoets zit nu ook geen vaste tijd aan hoe lang een leerling erover mag doen. Het gaat namelijk over het resultaat en niet de druk die erachter zit.’
Zouden de leerlingen mogelijk meer stress hebben ervaren als ze een andere doorstroomtoets, zoals de IEP-toets, hadden moeten maken? En wat zou de mogelijke invloed hiervan op hun resultaten zijn?
‘Ik denk dat je dan resultaten zult zien waarvan je denkt ”nee, dat ben ik niet gewend van jou als kind.” Omdat je bepaalde verwachtingen hebt. Ik denk dat door stressgevoeligheid resultaten echt wel zouden kunnen tegenvallen voor je school.
Als je elke keer op een andere manier toetst, dan word je ook als leerkracht in het diepe gegooid. Als ik niet weet hoe de toets eruit heeft gezien, dan vind ik het heel moeilijk om ze daarop voor te bereiden en zo’n zelfde soort vragen van tevoren te verzinnen.’
Ervaart u als leraar ook druk tijdens zo’n periode als de doorstroomtoets?
‘Vooral gezonde spanning. Eigenlijk zijn het voor mij de twee saaiste dagen, want ik zit twee dagen lang niets te doen. Maar het zijn ook de twee leukste dagen, want dit is het moment waarop de kinderen laten zien wat ze in zich hebben. Er is wel spanning, want je bent toch benieuwd naar hoe ze het hebben gedaan.’
De doorstroomtoets wordt nu in februari gemaakt. Is er een reden waarom die nu eerder wordt gemaakt?
‘Dit komt vooral door de overheid. Niet elke leerkracht staat hierachter, want je mist onderwijstijd. Maar het is meer zodat basisscholen en middelbare scholen meer met elkaar kunnen communiceren over de overstap naar het voortgezet onderwijs. Door de toets in februari te maken is er meer tijd voor inschrijvingen en wordt het proces minder gehaast. Toen de toets in april werd gemaakt, zat het vaak in de richting van de meivakantie. Volgens mij hebben ze daarom ook gekozen om de toets eerder te maken.’
Hoe groot is de invloed die de doorstroomtoets heeft op het eindadvies?
‘In groep 7 geven wij dus al een voorlopig advies. Als een leerling hoger scoort met de doorstroomtoets kijken wij als commissie naar of we het niveau aanpassen. Zo ja, dan mag het alleen maar omhoog. Wanneer het gescoorde niveau gelijkwaardig is of lager is dan het voorlopig advies, laten we het advies staan.
De doorstroomtoets is een goede aanvulling op het adviesproces. We mogen steeds meer naar de werkhouding en de normale toetsen die de kinderen maken kijken. Maar ik vind het nog steeds een nadeel dat de toets een momentopname is.’
In het nieuws is besproken dat door de doorstroomtoets vorig jaar minder adviezen voor praktijkonderwijs en vmbo-basis zijn gegeven. Er is kritiek op het feit dat leerlingen door de doorstroomtoets hogere adviezen krijgen dan normaal. Hoe kijkt u hier zelf naar?
‘Een kind krijgt een bepaald advies, en zodra Cito één keer aangeeft dat het advies hoger zou moeten, zeggen ouders vaak meteen: ”Cito zegt dit, dus wij willen dit advies.” Dan wordt het bijna altijd het advies automatisch verhoogd. Dat zou niet de bedoeling moeten zijn, want zo wordt het opnieuw een momentopname. Dus ik snap de kritiek wel.’
Is er iets dat u aan de doorstroomtoets zou willen veranderen?
‘Ik vind wel dat de doorstroomtoets moet blijven, omdat je daarmee kan zien hoe het kind tegenover de rest van Nederland staat, wat voor ons als leerkracht belangrijk is. Ik denk alleen dat ze het advies van de doorstroomtoets kunnen schrappen. Of het wel laten weten aan de leerkracht, maar aan het kind en de ouder een rapportage laten zien dat het kind bijvoorbeeld 80% van de vragen goed heeft. Hierin zou het advies dus niet staan.’