
Dick Frantzen – Broklede Regionale Scholengemeenschap
Dat vertelt Dick Frantzen, rector van de Broklede Regionale Scholengemeenschap. Deze gemeenschap biedt VMBO-TL, Havo en VWO aan.
De afgelopen jaren heeft één op de vier groep 8-leerlingen een VWO-advies gekregen, wat iets boven het landelijke gemiddelde van één op de vijf leerlingen ligt, meldt het CBS. In een vergelijking tussen de onderwijs onderzoeksresultaten van 2014/15 en die van 2022/23, blijkt dat het aantal VWO’ers relatief gelijk blijft. Wat hierin opvallend is, is dat er zo’n zes procent meer leerlingen naar de Havo/VWO-brugklas gaan dan in 2014/15, volgens cijfers van het (CBS, 2023). De stijging in deze cijfers staat wellicht met uitspraken van oud minster van onderwijs Arie Slob in verband, die zei namelijk het volgende in 2020: “kijk naar de ontwikkeling van leerlingen door de jaren heen en geef ze het voordeel van de twijfel.’’
“Er zijn speciale trajecten waarbij kinderen beginnen vanaf groep zes met CITO-training. Ik vind het eigenlijk onzin, want ja, je kunt wel goed zijn in het maken van de CITO-toets, maar dat zegt helemaal niets over wat je werkelijk in huis hebt. Dan halen ze misschien net met moeite een Havo-advies door veel te trainen, maar vervolgens komen ze naar Broklede en na één jaar merken ze dat ze het eigenlijk niet aankunnen. Uiteindelijk stromen ze alsnog door naar de Rientjesmavo. Ik zou liever hebben dat de basisschool zegt: ‘Weet je, begin gewoon lekker op de Rientjesmavo,’’zegt Frantzen.
“Op dit moment gaat er veel goed, de meeste leerlingen zitten op het juiste niveau en werken netjes door de stof heen. Toch merken we als school dat het soms lastig is. De uitslagen zijn nu niet altijd even duidelijk, waardoor sommige kinderen alsnog moeten wisselen van school als het niveau te ingewikkeld blijkt,” aldus Frantzen.
“De cijfers die de inspectie publiceert, laten een gemengd beeld zien, wat aangeeft dat het soms beide kanten op gaat. Zo hadden we in 2022 vijf van de 65 leerlingen met een VWO-advies op de Havo, en in 2023 waren dat er tien van de 99. Dit is dus niet onrealistisch, zoals soms gesuggereerd wordt”, zegt Frantzen.
Frantzen deelt ook zijn persoonlijke ervaring: “Neem bijvoorbeeld mijn dochter, die direct zei dat ze naar de Havo wilde. Ik ben heel blij met die keuze, want ze heeft nu veel ruimte en tijd om sociale contacten op te bouwen. Ze zou misschien wel VWO aankunnen, maar ik heb liever dat ze naast schoolwerk ook tijd kan besteden aan zaken die voor haar sociale ontwikkeling heel belangrijk zijn.”
Uit cijfers van het CBS blijkt overigens dat de komst van de doorstroomtoets geen invloed heeft gehad op het aantal op- of afstromers. Wat wel opmerkelijk is, is dat het sociaal-economische achtergrond van een leerling veel invloed heeft op het advies. 46 procent van de leerlingen uit minder vermogende gezinnen wordt namelijk verwezen naar het VMBO, terwijl slechts 10 procent een VWO-advies krijgt. Onder kinderen uit gezinnen met een hoger inkomen gaat het om respectievelijk 20 en 35 procent (CBS, 2024).