STICHTSE VECHT – “Ik voel me vaak alleen, maar ik zeg het liever tegen niemand. Mijn kinderen wonen ver weg en ik spreek de taal niet goed genoeg om zomaar bij mensen aan te sluiten.” Het is een uitspraak die Maaike Koest, onderzoeker bij de GGD regio Utrecht, regelmatig hoort tijdens haar werk. En ze is niet verbaasd: mensen met een migratieachtergrond in Stichtse Vecht voelen zich namelijk opvallend vaker eenzaam dan mensen zonder migratieachtergrond.
Uit recente cijfers blijkt dat gemiddeld 75 procent van de mensen met een migratieachtergrond zich matig tot ernstig eenzaam voelt. Bij mensen zonder migratieachtergrond ligt dat percentage op 37 procent. Een verschil van zeventien procentpunt – en dat is niet zomaar te negeren. “Het is een structureel probleem,” zegt Koest. “En het treft vooral ouderen, die vaak uit beeld raken zodra ze stoppen met werken.”
Koest noemt verschillende oorzaken. “Taalproblemen spelen mee, maar ook culturele verschillen, een kleiner netwerk en het feit dat veel activiteiten en hulpverlening in het Nederlands worden aangeboden. Mensen voelen zich dan buitengesloten.” Volgens haar is eenzaamheid meer dan een sociaal ongemak. “Langdurige eenzaamheid kan leiden tot mentale en lichamelijke klachten. Het is dus ook een serieus gezondheidsprobleem.”
De cijfers: eenzaamheid stijgt met de leeftijd
Als we de cijfers verder uitsplitsen, valt op dat het verschil in eenzaamheid tussen mensen met en zonder migratieachtergrond groter wordt naarmate de leeftijd stijgt. Bij jongeren van 18 tot 34 jaar zegt 48% van de mensen met een migratieachtergrond zich eenzaam te voelen, tegenover 35% zonder. In de groep 35-54 jaar stijgt dit naar 55% tegenover 38%.
Het verschil wordt pas echt duidelijk bij de groep 55-74 jaar: 64% van de mensen met een migratieachtergrond voelt zich dan eenzaam, tegenover 45% van mensen zonder. En bij 75-plussers loopt het zelfs op tot 72% tegenover 50%.
“Dit laat zien dat ouder worden in een ander land extra uitdagingen met zich meebrengt,” zegt socioloog Bram Hoekstra, die aan de Universiteit Utrecht onderzoek doet naar eenzaamheid onder ouderen. “Veel mensen uit deze groep kwamen hier als arbeidsmigrant. Ze hebben jarenlang hard gewerkt, vaak zonder veel contact met instanties of welzijnswerk. Nu ze ouder zijn, vallen ze snel buiten de boot.”
Taboe op eenzaamheid
Hoekstra ziet daarnaast dat er binnen sommige culturen een taboe rust op het praten over gevoelens van eenzaamheid. “In sommige gezinnen wordt het gezien als zwakte. Daardoor durven mensen het niet te benoemen, laat staan hulp te zoeken. Dat maakt het probleem onzichtbaar en moeilijk aan te pakken.”
Volgens Hoekstra is het dan ook belangrijk dat beleid veel meer wordt afgestemd op deze groep. “We hebben te lang gedacht dat één aanpak voor iedereen werkt. Maar iemand die geen Nederlands spreekt, geen kinderen in de buurt heeft en zich niet thuis voelt in de buurtactiviteiten, heeft echt iets anders nodig.”
De situatie in Stichtse Vecht
Stichtse Vecht kent een groeiende groep oudere migranten. Volgens cijfers van het CBS waren er in 2012 ongeveer 1.100 inwoners van 55 jaar of ouder met een migratieachtergrond. In 2022 waren dat er al ruim 1.750, en de verwachting is dat dit aantal de komende jaren blijft stijgen. “Deze cijfers zeggen iets over de urgentie,” aldus Koest. “Het probleem wordt niet vanzelf kleiner.”
De gemeente Stichtse Vecht laat in een reactie weten dat het probleem wordt erkend. “We zijn bezig met een nieuw beleidsplan voor het sociaal domein, waarin we ook kijken naar eenzaamheid onder migranten,” zegt een woordvoerder. “We willen hierbij meer samenwerken met sleutelfiguren uit de gemeenschappen zelf, bijvoorbeeld taalcoaches, buurtvrijwilligers of religieuze leiders.”
Toch is er nog veel werk te doen. “We willen beter aansluiten bij mensen die nu niet bereikt worden. Dat vraagt maatwerk en culturele sensitiviteit, en daar zijn we ons van bewust.”
Verschil in beeld Onderstaande visualisatie laat goed zien hoe groot het verschil is tussen inwoners met en zonder migratieachtergrond als het gaat om eenzaamheid. De data komen uit de Gezondheidsmonitor van de GGD (2022) en laat zien hoeveel procent van beide groepen zich matig tot ernstig eenzaam voelt.
De visualisatie is bewust simpel gehouden, zodat je in één oogopslag het verschil kunt zien. Het onderstreept hoe actueel dit probleem is. Niet alleen in Stichtse Vecht, maar ook op landelijk niveau, zoals het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) eerder al beschreef in hun rapport Eenzaamheid in beeld.
Gemeente: “We herkennen het probleem” De gemeente Stichtse Vecht laat weten dat ze zich bewust zijn van het probleem. Een woordvoerder vertelt dat er gewerkt wordt aan een nieuw beleidsplan voor het sociaal domein, waarin eenzaamheid een belangrijk aandachtspunt is.
“We willen beter aansluiten bij mensen die nu lastig te bereiken zijn met onze hulp,” zegt de gemeente. “Daarom zoeken we meer samenwerking met sleutelfiguren binnen migrantengemeenschappen en gaan we beter kijken naar wat deze mensen echt nodig hebben.”
Het is nog niet duidelijk wanneer dat nieuwe beleid ingaat. Wel zijn er al proeven gestart waarbij buurtvrijwilligers van verschillende achtergronden betrokken worden bij het ondersteunen van ouderen.
Koest is blij met die eerste stappen, maar ze blijft kritisch. “Er zijn goede bedoelingen, maar zonder structureel geld, cultuurgevoelige training en echte inzet verandert er weinig. Een paar losse projecten lossen het probleem niet op.
Ook Hoekstra vindt dat het beleid beter moet aansluiten bij de doelgroep. “We moeten af van standaardoplossingen die voor iedereen zouden werken. Oudere migranten hebben andere ervaringen en zorgen. Als je dat serieus neemt, kun je ook echt iets betekenen.”