Factcheck: Telefoonverslaving bij jongeren ontstaat doordat passief gebruik overgaat in een obsessieve behoefte aan constante prikkels

Factcheck: Telefoonverslaving bij jongeren ontstaat doordat passief gebruik overgaat in een obsessieve behoefte aan constante prikkels

Beeld ter illustratie via Pexels

In de Volkskrant-column “De mens is geëvolueerd tot scroll-zombie” legt Sander Duivestein uit hoe sociale media ons veranderen in “scroll-zombies”, die steeds vastzitten in een cyclus van digitale prikkels. Volgens Duivestein overstimuleert constant smartphonegebruik ons beloningssysteem, terwijl algoritmes en notificaties onze aandacht blijven vastgrijpen, wat leidt tot telefoonverslaving. Deze bevindingen ondersteunen de claim dat telefoonverslaving bij jongeren ontstaat doordat passief gebruik overgaat in een obsessieve behoefte aan constante prikkels. Deze claim wordt bevestigd door verschillende onderzoeken en andere experts op het gebied van digitale verslaving.

Deze factcheck is geschreven op 19-09-2024 met de kennis van dat moment.

Onderzoek door Katy Tam en haar team aan de Universiteit van Toronto bevestigt de relatie tussen constante blootstelling aan digitale stimulatie en een verhoogde behoefte aan nieuwe prikkels. Hun studies tonen aan dat het eindeloze scrollen en wisselen tussen video’s leidt tot een verveling die ons aanzet tot nog meer digitaal switchen. Dit wijst op een terugkomend patroon waarin passief gebruik van technologie overgaat in een actieve en obsessieve zoektocht naar constante stimulatie.

Daarnaast laat een onderzoek van Team Lewis zien dat de gemiddelde schermtijd in Nederland zo’n 5,5 uur per dag bedraagt. Dit toont aan hoe diepgeworteld het gebruik van smartphones is geworden en hoe dit kan bijdragen aan de problematiek rondom de verslavingen. De jongeren van nu groeien er dus mee op, maar kunnen er ook niet omheen als er geen ander aantrekkelijker alternatief wordt aangeboden.

Obsessieve behoefte

‘Het piepje van een notificatie werkt als een beloning, vergelijkbaar met hoe een verslaafde reageert op de aanwezigheid van een verslavend middel. Dit voortdurende zoeken naar nieuwe prikkels kan leiden tot een obsessieve behoefte aan digitale stimulatie. Dus kunnen we spreken van een verslaving? Absoluut.’, Dr. Theo Compernolle neuropsychiater en wetenschapper beaamd de problematiek en vind dat er echt te spreken is van een verslaving.

Compernolle benadrukt ook dat deze digitale prikkeling met name schadelijk is voor jongeren, wiens hersenen nog in ontwikkeling zijn. Hij merkt op dat de prefrontale cortex, die verantwoordelijk is voor zelfregulatie en planning, nog niet volledig ontwikkeld is bij jongeren. Dit maakt hen extra kwetsbaar voor een verslaving.

In zijn onderzoek scrollen is als een zakje drugs, benoemd hij dat sociale media gebruik maken van technieken zoals conditionering en onmiddellijke beloning om gebruikers constant geboeid te houden. Het is volgens hem dan ook niet gek dat er vele telefoonverslaafd zijn. ‘De technologie op zich is fantastisch. Het probleem is de manier waarop we ze gebruiken en ons laten misbruiken. Een verkeerde manier van gebruiken heeft nadelige gevolgen voor onze prestaties, creativiteit, geheugen, sociale relaties, stress, welbevinden en gezondheid.’

Verslavend zoals cocaïne

Ook psychiater Esther van Fenema, kan er niet omheen het heeft alle elementen van een verslaving, er is dus volgens haar ook wel degelijk een probleem. Van Fenema; ‘Het feit dat het zo massaal wordt gebruikt laat het risico toenemen. Je kan het bijvoorbeeld vergelijken met cocaïne, als je iedereen heel veel cocaïne geeft dan krijg je natuurlijk meer mensen die verslaafd raken aan cocaïne. Hetzelfde doen we met de telefoons, het wordt genormaliseerd. Het is een groot risico.’

Van Fenema benadrukt dat hoewel de jongere generatie misschien meer blootgesteld wordt aan deze prikkels, de verslavende aard van sociale media niet alleen beperkt is tot hen. Ze wijst op de brede impact van digitale media op alle leeftijden, waarbij de constante beschikbaarheid kan bijdragen aan verslaving. Ze legt uit: ‘Als je constant wordt blootgesteld aan nieuwe notificaties en updates, krijgt je brein voortdurend een dosis dopamine, beloning en plezier. Dit mechanisme is vergelijkbaar met de manier waarop verslavende middelen zoals cocaïne werken. Het verschil is dat in het geval van sociale media de dopamine-boost continu en in kleine doses wordt toegediend, wat kan leiden tot een chronische behoefte aan die stimulatie.’ 

Conclusie

De conclusie die we kunnen trekken is dat telefoonverslaving bij jongeren ontstaat door de overgang van passief gebruik naar een obsessieve behoefte aan constante prikkels. Sociale media en smartphonegebruik prikkelen het beloningssysteem van de hersenen. Het voortdurende zoeken naar nieuwe prikkels, leidt tot een vicieuze cirkel van overstimulatie en obsessief gedrag. We kunnen dus n.a.v. de onderzoeken en experts concluderen dat er weldegelijk een telefoon verslaving is, maar de verslavende effecten zijn echter niet alleen beperkt tot jongeren, maar beïnvloeden alle leeftijden.

De uitdaging voor de toekomst zal zijn om strategieën te ontwikkelen om deze verslaving te beheersen en een gezondere balans te vinden in ons digitale gebruik.

 

Daarnaast heeft ons redactielid Femke Vogels dit onderwerp ook besproken in de televisie-uitzending. Bekijk hieronder het fragment waarin we dit onderwerp nogmaals behandelen.

Over de auteur

Femke Vogels

Mijn naam is Femke Vogels en ik ben al een tijdje bezig binnen de journalistiek en de media!! In de afgelopen jaren heb ik veel ervaring op mogen doen. Ik heb mijn kennis en ervaringen kunnen verbreden in het schrijven van teksten, het doen van onderzoeken en het maken van merkanalyses. Ook heb ik veel praktijkgerichte onderdelen mogen beoefenen, zoals het maken van videos en fotografie. Ik heb door de jaren heen met stages en school, maar ook hierbuiten veel mooie opdrachten mogen maken. Daardoor heb ik dan ook mijn journalistieke eigenschappen flink kunnen ontwikkelen. Kortom; ik heb al veel ervaring maar er is altijd ruimte voor meer kennis en praktijk waarin ik nog meer kom te weten, kan doen én durf te doen. Ik hoop dit allemaal te kunnen bereiken in mijn eerste jaren als beginnend journalist aan de Hogeschool Utrecht.