Het nemen van een tussenjaar is in de Randstad veel gebruikelijker dan daarbuiten. Ook nemen mensen met een migratieachtergrond minder snel een tussenjaar. Dat komt door verschil in voorlichtingen op middelbare scholen, maar ook door verschillende verwachtingen vanuit ouders en omgeving.

Veel ouders willen liever dat hun kind meteen gaat studeren. Ze zijn bang dat hun kind een jaar op de bank gaat hangen of uit het studieritme raakt. Dat vooroordeel maakt betere voorlichting voor ouders relevant volgens Achraf El Hajouti, oud-bestuurslid van de Nationale Jeugdraad. “Als ik toen naar mijn ouders was gestapt met het plan om een tussenjaar te nemen, hadden ze nee gezegd, ga maar studeren.”

Niet alle ouders staan er zo in. Opvallend is dat welvarende ouders vaak positiever zijn over het tussenjaar. Ze zijn vaak al bekender met het idee en voelen minder druk voor hun kinderen om de arbeidsmarkt te betreden. Ook is het zo dat scholieren met een niet-westerse migratieachtergrond zich in hun keuzes meer laten leiden door hun omgeving en het verwachtte beroepsperspectief, meldt een studie van Evelyne Meens en Asha Dijkstra. Een tussenjaar past in hun ogen niet bij een leven met een hoge baanzekerheid. Deze studie meldt ook dat juist de studie-uitval onder deze groep aanzienlijk hoger ligt.

Een misverstand is het idee dat een tussenjaar slechts voor de rijken is weggelegd. Een tussenjaar hoeft namelijk helemaal niet duur te zijn. “Als je rijk bent, durf je misschien eerder risico’s te nemen, ook al is het niet echt een risico. In een armer gezin wordt niet verder gedacht dan: je kan studeren, pak die kans”, vertelt El Hajouti. Het tussenjaar wordt ook nog vaak geassocieerd met reizen en dat wordt gezien als iets voor de rijken, maar er zijn veel meer opties om je tussenjaar mee op te vullen.

In de audioreportage hoor je twee jongeren: Hannah Ekelenkamp, opgegroeid in de Randstad en Christina de Groot, opgegroeid buiten de Randstad. Daarnaast legt Achraf El Hajouti uit hoe een gebrek aan kennis over het tussenjaar kansenongelijkheid vergroot.