Mentale gezondheid is een veelbesproken onderwerp in Nederland. Veel Nederlanders ervaren mentale klachten of hebben ooit mentale klachten gehad, blijkt uit onderzoek van het Trimbos-Instituut. Volgens de Hersenstichting hebben veel mensen de neiging om niet open te zijn over (mentale) kwetsbaarheden. Openheid zorgt voor meer erkenning en begrip en helpt mensen bij het (herstel)proces. Maar praten over mentale problemen kan ook averechts werken, volgens Hedda van ‘t Land. Zij claimt in een artikel voor Trouw dat samen over mentale problemen praten kan leiden tot meer gepieker. Correct, blijkt uit onderzoek naar deze claim.
Deze factcheck is geschreven op 17-10-2024 met de kennis van dat moment.
Bron van de bewering
In het artikel van Trouw (5 oktober 2024) stelt Hedda van ‘t Land dat psychische problemen bij jongeren vaak worden toegeschreven aan factoren zoals prestatiedruk, sociale media en leefstijl. Een onderbelichte factor is echter, dat psychische problemen besmettelijk kunnen zijn. Het samen bespreken van problemen kan meer verbondenheid geven, maar ook leiden tot meer piekeren en verergering van klachten. Deze claim is gebaseerd op Fins bevolkingsonderzoek. “Onderzoekers verzamelden gegevens van meer dan 700.000 Finse jongeren uit 860 verschillende scholen over een tijdsspanne van maximaal achttien jaar”, wordt beschreven in het artikel. Dit Finse onderzoek is echter nergens te vinden, dus klopt deze bewering wel?
Waarom klopt dit?
Het bespreken van mentale problemen kan leiden tot verergering van mentale klachten, dit begrip heet ook wel co-ruminatie. Co-ruminatie verwijst naar het nadrukkelijk herkauwen en bespreken van persoonlijke problemen met leeftijdsgenoten, meldt onderzoek van Maastricht University. In plaats van dat de steun van een beste vriend helpt om piekergedachten bij tieners te verminderen, kan het soms juist een tegenovergesteld effect hebben. Wanneer vrienden te veel samen blijven hangen in het bespreken van problemen, kunnen ze elkaar onbedoeld aanmoedigen om te blijven piekeren in plaats van oplossingen te vinden, blijkt uit onderzoek van Tilburg University. “Praten over mentale problemen kan averechts werken, het ligt hierbij vooral aan de reactie van degene waarmee je hierover praat”, zegt prof. Dr. Evelien Brouwers, bijzonder hoogleraar aan Tilburg School of Social and Behavioral Sciences. “We zien vaak als iemand vertelt over persoonlijke dingen en iemand hier minder goed mee om gaat, dit kan leiden tot pesten of andere nadelige dingen. Het praten over mentale problemen kan het dus erger maken, maar het kan anderen ook aansteken”, aldus Evelien Brouwers.
Onderzoek van Society for Research in Child Development toont aan dat goede vriendschappen door het blijven bespreken van zorgen, deze zorgen kunnen versterken. Co-ruminatie gaat namelijk gepaard met sterkere vriendschappen en meer internaliserende symptomen, waaronder angst en depressie. Het begrip co-rumineren is het meest voorkomend bij meisjes. Onderzoek toont aan dat co-rumineren de kans op depressies vergroot, vooral bij meisjes, die vaker piekeren en zich schuldig of onzeker voelen. Het proces kan zelfs “besmettelijk” werken, waarbij vriendinnen elkaar onbewust negatief beïnvloeden.
Hoe kan praten wél helpen?
Volgens de Hersenstichting heerst er gebrek aan openheid over mentale kwetsbaarheid en psychische aandoeningen. Dit terwijl iedereen in meer of mindere mate mentaal kwetsbaar is en er 2 miljoen mensen lijden aan een psychische aandoening zoals angst- en paniekstoornissen en depressies. We hebben de neiging om niet open te zijn over onze (mentale) kwetsbaarheden. Door te praten over hoe je je voelt, zorg je er ook voor dat anderen je begrijpen. Daardoor wordt het makkelijker om samen oplossingen te bedenken als je met problemen waar je zelf geen raad mee weet, zegt het Nederlands Jeugd Instituut. Het Rode Kruis meldt dat advies geven niet werkt, laat juist een ander praten zonder oordeel en erken hun gevoelens. “Ondanks dat praten averechts kan werken is steun ontzettend belangrijk: het kan opluchten, zorgen voor begrip, zorgen voor hulp en relaties verbeteren”, aldus hoogleraar Evelien Brouwers.
Conclusie
De claim dat praten over mentale problemen kan leiden tot gepieker, klopt dus. Vooral co-ruminatie speelt hierin een grote rol. Wanneer vrienden te veel samen blijven hangen in het bespreken van problemen, kunnen ze elkaar onbedoeld aanmoedigen om te blijven piekeren in plaats van oplossingen te vinden. Dit hoeft niet voor iedereen zo te zijn, maar praten kan dus wel leiden tot verergering van de mentale klachten. Praten helpt voor veel mensen wél, dit blijft erg belangrijk.