Afgelopen woensdagochtend stond het teken van de uitzending van het programma Goedemorgen Nederland volledig in het teken van de Amerikaanse verkiezingen. Daar was onder andere Amerikakenner Diederik Brink te gast. Hij benoemde daarin dat bijna twee derde van de Amerikanen het recht op abortus steunt, echter staat de aanstaande president Donald Trump daar niet achter. Rijmt de uitspraak van Brink dan wel met de verkiezingsuitslag aangezien Trump met een flinke meerderheid gewonnen heeft?
Originele claim: https://npo.nl/start/serie/goedemorgen-nederland/seizoen-9_4/goedemorgen-nederland_9503/afspelen (26:50 – 27:33)
Oordeel: Waar
Achtergrond abortusrecht
Het onderwerp abortus zorgt al jarenlang voor uitgebreide discussies; iedereen heeft er wel een mening over en die is zeer uitgesproken. Veel mensen die geen standpunt innemen over abortus kom je namelijk niet vaak tegen. In 2022 laaide deze discussie nog meer op na de afschaffing van het landelijk recht op abortus, ook wel Roe v. Wade genoemd. Daarna mocht er per staat bepaald worden hoe zij dit recht zouden invullen. Dat leidde in veel staten tot een strengere wetgeving: zo is abortus in veertien staten, waaronder Alabama, Missouri en South Dakota volledig verboden. In Alabama is een abortus namelijk alleen toegestaan als het leven van de vrouw in gevaar is en kan de arts een gevangenisstraf van 10 tot 99 jaar riskeren. In South Dakota en Missouri is er zo’n zelfde wet, maar zijn de gevangenisstraffen iets milder. Ook Amerikakenner Kenneth Manusama kan dit bevestigen.
Referendum
Naast dat de Amerikanen afgelopen dinsdag konden stemmen voor presidentskandidaat, konden zij in tien staten ook stemmen op een referendum dat een andere soort wetgeving voor abortus voorstelde. Ook in South Dakota en Missouri was dit het geval. In South Dakota kon gestemd worden voor de legalisering van abortus tot twaalf weken, maar daarvoor werden niet genoeg stemmen behaald. In Missouri gebeurde dit wel; een abortus is daar nu tot 24 weken legaal.
Chris Nijhuis, docent politicologie aan de Radboud Universiteit, heeft in de staat Kansas iets soortgelijks gezien: “In een heel conservatieve staat als Kansas is een aantal jaar geleden ook voor een referendum gestemd waar het recht voor abortus werd vastgelegd.” Verder verwacht hij dat er een redelijk verschil zit tussen het percentage op Trump en het werkelijk aantal mensen dat voor abortus is. “In een staat als South Dakota zijn de verkiezingen eigenlijk helemaal niet competitief. Er ligt van tevoren vast dat Trump sowieso wint, dus je hebt kans dat mensen die eigenlijk wel voor abortus zijn, toch niet gaan stemmen omdat ze al weten dat Trump gaat winnen.”
Uitspraken van Trump
Na de afschaffing van Roe v. Wade is dus te zien dat het aantal voorstanders van abortus echt per staat verschilt. Met de presidentsverkiezing heeft dit echter niet zoveel te maken. Zo won Donald Trump dik in beide staten, maar de ene staat wijzigt de wet wel en de ander niet. Dat kan te maken hebben met de controversiële uitspraken die Trump in het verleden over abortus heeft gedaan; voordat hij de politiek inging beweerde hij namelijk pro-choice te zijn, maar toen hij eenmaal bij de Republikeinse partij aangesloten zat veranderde dit. Volgens Nijhuis is dit een politieke berekening van hem. “Hij dacht waarschijnlijk, als ik in de Republikeinse Partij een kans wil maken, dan moet ik anti-abortus zijn.” Abortus is voor Christenen, meestal conservatieven, een belangrijk thema, waardoor hun stem vaak naar een Republikein gaat.
Ongeveer een maand geleden beweerde zijn vrouw Melania voor het recht op abortus te zijn en bracht dit onder de aandacht op haar sociale media. Daarop antwoordde Trump dat hij wilde dat er meer dan zes weken nodig waren om een abortus te kunnen ondergaan. Een echt goede onderbouwde mening heeft hij momenteel dus niet. Daardoor is het volgens Manusama goed mogelijk dat er ook mensen op Trump hebben gestemd die voor abortus zijn. Verder benoemt hij dat het thema economie het belangrijkst was en abortus voor veel mensen op een tweede of derde plek stond tijdens het stemmen.
Opiniepeilingen
Over het recht op abortus in de Verenigde Staten zijn verschillende opiniepeilingen gehouden onder de inwoners. Op basis hiervan wordt duidelijk welk deel van de inwoners voor is en welk deel tegen. Toch is dit lastig te bekijken aangezien de enige recente opiniepeiling maar bestaat uit twee keuzes: abortus moet altijd of met enige uitzondering legaal worden of moet altijd of met enige uitzondering illegaal worden. Iemand die meestal tegen is kan dit bijvoorbeeld ook zijn voor een abortus tot 14 weken, terwijl iemand die meestal tegen is, wel voor een abortus tot 14 weken is. Dit kan elkaar dus overlappen, waardoor dit de cijfers lastig maakt. Over het algemeen kan ervan uit worden gegaan dat 63% grotendeels voor abortus is en 36% grotendeels tegen.
Uit dezelfde peiling blijkt dat de verschillen in mening per gender niet zo groot zijn, maar dat het eerder aan religie ligt of aan de voorkeur voor politieke kleur. Zo zijn de meeste conservatieve republikeinen tegen en de meeste liberale democraten voor. Daar tussenin zijn de meeste mensen voor abortus. Als je deze cijfers zo bekijkt, laat het toch ook zien dat iemands politieke kleur kan verschillen van zijn abortusstandpunt. Niet alle democraten zijn namelijk voor en niet alle republikeinen zijn tegen.
Conclusie
De uitspraak van Brink lijkt dus waar te zijn. In de opiniepeiling is dan niet overal goed te zien welk deel precies bij welk standpunt hoort, maar het percentage dat voor abortus is, komt wel rond de 60% uit, oftewel twee derde van de Amerikanen. Verder staat het aantal voorstanders van abortus niet gelijk aan de verkiezingsuitslag. Dat is te zien aan de verschillende referenda die in tien staten werden gehouden. Zeven hebben een referendum voor een soepelere wetgeving aangenomen, terwijl in een groot deel van de staten Trump als winnaar uit de bus kwam. Daarnaast werd abortus hoogstwaarschijnlijk als minder belangrijk beschouwd onder veel kiezers en is er niet specifiek op dat onderwerp een stem uitgebracht.