Zondag 22 september was het dan zo ver; de start van het WK wielrennen 2024. Dit jaar vindt dit prestigieuze sportevenement plaats in de Zwitserse stad Zürich. Net als de 96 eerderen edities heeft het WK twee grote onderdelen, namelijk de tijdrit en een wegwedstrijd.
De tijdrit is een parcours van afstanden tussen de twintig en vijftig kilometer waar een renner alleen zo snel mogelijk probeert te rijden. De renner die aan het einde van de dag de snelste tijd heeft neergezet is de winnaar en dus Wereldkampioen.
“Het parcours had voor ieder wat wils, beklimmingen, een hele lastige daling waar het een en ander om te doen was. Ik denk dat het een mooi voorbode is voor de wegwedstrijd van aankomend weekend.” Dit waren de woorden van Andries Lamain commentator voor de NOS tijdens het WK.
Met de tijdrit werd de editie van dit jaar gestart, om nog specifieker begonnen de vrouwen met rijden. De race werd gewonnen door de Australische Grace Brown die de gouden medaille net wist te pakken voor Demi Vollering. De Nederlandse die vorig jaar op de weg haar eerste WK medaille binnen fietste is ook de grote favoriet voor de wegwedstrijd van dit jaar.
In vergelijking met de tijdrit vetrekken alle renners tegelijk, ook is het parcours aanzienlijk langer. Dit jaar rijden de vrouwen een parcours van 154,1 kilometer en de mannen er eentje van 273,9. Elk jaar rijden de mannen een rondje van ongeveer tweehonderd kilometer. Het parcours wordt gezien als zwaar, de renner stijgen in totaliteit 4500 hoogte meters. “Het Parcours bevat eigenlijk allemaal korte maar kleine klimmetjes, eigenlijk dus het ideale parcours voor renners als Pogačar en Evenepoel.”
Bij de vrouwen zijn deze hoogtemeters aanzienlijk minder zij rijden er zo’n 400 meter ondanks deze statistiek rijden de vrouwen wel 2400 meter de berg op. Een heuvelachtig parcours voor de vrouwen dus.
Leontien Van Moorsel kijkt terug op de tijdrit van afgelopen weekend en neemt ook alvast een kijkje naar de wegwedstrijd van dit weekend: