Jelle Zijlstra is betrokken bij Oy Vey en zet zich daarnaast in als community mobiliser bij Greenpeace. In een tijd waarin antisemitisme toeneemt, reflecteert Jelle op de invloed van discriminatie tijdens Joodse feestdagen zoals Rosj Hasjana, en benadrukt hij het belang van solidariteit en zichtbaarheid.
Jelle Zijlstra, theatermaker en freelancer bij de Liberaal Joodse Gemeente, ervaart als queer en Joodse man discriminatie vanuit verschillende hoeken. “Ik hoor bij twee groepen die gemarginaliseerd zijn in de samenleving,” zegt hij. Hoewel hij in zijn dagelijks leven weinig te maken heeft met direct antisemitisme, voelt hij wel de spanning die rond Joodse feestdagen zoals Rosj Hasjana opduikt. Dit jaar, met het oplaaien van het conflict in het Midden-Oosten, is het antisemitisme zelfs met 818% toegenomen volgens het CIDI.
Hij merkt op dat zijn Joodse identiteit minder zichtbaar is, maar dat dit anders is voor zijn queer identiteit. “Mijn vriend en ik worden regelmatig uitgescholden op straat. Soms besluiten we dan ook maar om niet hand in hand te lopen, omdat dat gewoon te spannend is.” Ondanks de groeiende angst binnen de Joodse gemeenschap, benadrukt hij dat de reactie hierop vaak meer verbondenheid en samenhorigheid brengt. “Sinds 7 oktober zien we dat onze evenementen drukker zijn dan ooit. Mensen zoeken elkaar op in moeilijke tijden.”
Hij waarschuwt echter voor het te snel categoriseren van iedere actie als antisemitisme. “Ik denk dat we scherp moeten blijven. Niet alles wat kritiek op Israël is, is meteen antisemitisme,” stelt hij. Voor Zijlstra is het belangrijk dat de Joodse cultuur niet alleen gedefinieerd wordt door trauma. “We hebben een hele mooie cultuur en feestdagen. We hebben het recht om daarvan te genieten, zonder dat het altijd alleen maar gaat over het leed.”
Zijlstra roept op tot solidariteit en inclusie: “Iedereen is pas vrij en gelukkig als iedereen vrij, gelukkig en blij is. Dat geldt voor Joden, maar ook voor Palestijnen en andere gemarginaliseerde groepen.”
Audio-reportage: