De digitalisering in de jaren 2000 heeft de muziekwereld ingrijpend veranderd, vooral voor talentontwikkeling en de doorbraak van jonge artiesten. Met de komst van platforms zoals iTunes, iPod, Spotify en YouTube werd muziek toegankelijker en konden artiesten hun werk direct bij een wereldwijd publiek brengen. Alexander Buskermolen, directeur van een symfonieorkest en voormalig directeur van het Prinses Christina Concours, legt uit hoe dit de kansen voor jonge muzikanten heeft vergroot: “Vroeger moest je je ideeën of tapejes insturen naar radiostations en allerlei mensen die bepaalden of jij wel of niet gedraaid werd. Met de komst van Spotify en YouTube is dat gedemocratiseerd. Iedereen kan met heel weinig kosten zelf opnemen en publiceren, en ook zelf een groot deel van de muziekrechten behouden.”
Buskermolen benadrukt dat deze digitalisering een directe impact heeft op talentontwikkeling. “Uiteindelijk gaat het erom of je zelf toegang hebt tot jouw potentiële publiek. Je kunt nu gelijk je album op Spotify zetten of teasers maken op YouTube en een eigen publiek vinden. Dat was vroeger veel moeilijker en kostbaarder.” Deze verandering maakte het voor veel meer artiesten mogelijk om door te breken, omdat de toegang tot een publiek wereldwijd werd vergroot.
Daarnaast heeft digitalisering geleid tot een grotere diversiteit aan genres en subgenres. “Vroeger waren er veel minder subgenres, maar nu heb je door de combinatie van digitalisering en globalisering genoeg mensen om een subgenre in stand te houden en kleine zalen die het programmeren,” legt Buskermolen uit. Zo kunnen artiesten zich specialiseren en hun talent verder ontwikkelen binnen een specifieke niche, terwijl ze toch een wereldwijd publiek bereiken.
Ook de technische vaardigheden van jonge muzikanten zijn veranderd. Jongeren die popmuziek studeren, worden al vroeg opgeleid om demo’s te maken, met software te werken en zelfstandig muziek te produceren. Buskermolen zegt hierover: “Jongeren die popmuziek gaan studeren zijn eigenlijk al veel beter voorbereid op wat het professionele werkveld vraagt.” Dit vergroot hun kans om een duurzame carrière op te bouwen.
Tot slot benadrukt Buskermolen dat live optredens nog steeds essentieel zijn voor artiesten: “Iedere artiest wil gewoon zoveel mogelijk optreden. Dat blijft het belangrijkste verdienmodel, omdat de muziek bijna overal gratis te luisteren is.” Zo combineren jonge artiesten online zichtbaarheid met fysieke optredens, wat hun talentontwikkeling versterkt en hun kansen om door te breken aanzienlijk vergroot.
Digitalisering was dus volop in ontwikkeling in de zero’s. Platforms als iTunes, Spotify en YouTube verschenen. Voor muzikanten werd het makkelijker om muziek bij het publiek te krijgen. Maar was die digitalisering altijd even prettig? Ik ging op pad en sprak met muziek- en radiokenner Sieb Kroeske. Hij doet al jarenlang marktonderzoek in de muziek- en radiobranche en vertelt hoe dat er in de zero’s aan toeging.
