Utrecht-Centrum

Selecteer Pagina

Adventsmarkt in de Pandhof trekt bezoekers met lokaal tintje

Adventsmarkt in de Pandhof trekt bezoekers met lokaal tintje

De jaarlijkse Adventsmarkt in de Pandhof bij het Domplein bracht afgelopen zaterdag honderden bezoekers bij elkaar. De markt werd georganiseerd door verschillende Utrechtse kerken en bood een sfeervolle mix van adventskransen, cadeautjes, hapjes en glühwein. Handgemaakte producten van lokale artiesten gaven het evenement een extra persoonlijk karakter.

“Zo krijgt de markt echt een Utrechts tintje,” vertelde een kraamhouder trots. Ook predikant Mariska van Besuchen uit Utrecht-West droeg haar steentje bij. Haar zelfgemaakte knutselwerk werd verkocht naast dat van andere lokale makers.

Naast de kraampjes zorgde ook het klokkenluidersgilde voor een feestelijke sfeer. Veel bezoekers combineerden hun bezoek aan de markt met een concert in de Domkerk, waar organist Jan Hage van 15.30 tot 16.30 uur speelde op het beroemde Bätz-orgel.

De Adventsmarkt is inmiddels uitgegroeid tot een geliefde traditie in Utrecht en biedt niet alleen kerstinkopen, maar ook een moment van samenzijn in de aanloop naar Kerstmis.

Over de auteur

Selma Adhar

Selma Adhar werd geboren in Rabat, Marokko en verhuisde op zesjarige leeftijd naar Utrecht, Nederland. Een nieuw land met een onbekende taal, maar haar doel was helder. Altijd nieuwsgierig en sociaal, raakte ze actief betrokken bij politieke jongerenorganisaties, wat haar interesse in de journalistiek aanwakkerde. Momenteel studeert ze aan de school voor journalistiek in Utrecht, met de hoop uiteindelijk een maatschappelijk impact te maken. Met een duidelijke ambitie om oorlogscorrespondent of documentairemaker te worden, begon ze op jonge leeftijd met het schrijven van verhalen. “Als toekomstige journalist wil ik maatschappelijke onderwerpen aan de orde stellen waar vaak weinig aandacht voor is. Met mijn achtergrond en religie streef ik ernaar om een bepaalde doelgroep te vertegenwoordigen, terwijl ik tegelijkertijd ten alle tijden obejctief en neutraal blijf in mijn verslaggeving.”