De Utrechtse grachten en singel zijn een drukbezochte plek. Vorig jaar was het op het water zo druk met grote groepen, dat de gemeente Utrecht vanaf mei een maximaal aantal opvarenden van twaalf passagiers en een schipper invoert. Maar gemeenteraadslid Marijn de Pagter, van de VVD, maakt zich zorgen. Zal deze nieuwe regel zorgen voor belemmering van verenigingen zoals de waterscouts?
Tijdens de gemeenteraad vorige week is er voor een nieuwe regel in de havenverordening gestemd. Deze regel moet ervoor zorgen dat er minder overlast zal zijn door grote groepen varende mensen. Gemeenteraadslid Marijn de Pagter, van de VVD, is bang dat dit gevolgen zal hebben voor de zeeverkenners die ook gebruikmaken van de Utrechtse wateren. “Dit verbod zorgt er ook voor dat verenigingen geraakt worden die totaal geen overlast veroorzaken, zoals de zeeverkenners. Het verbaast ons dat er in de voorbereiding helemaal geen contact met hen is opgenomen om te kijken naar hoe het verbod voor hen geen negatieve gevolgen kan hebben. De Wilhelmina-zeeverkennersgroep bijvoorbeeld gaat meerdere keren per jaar met alle jongere leden varen op een schip. Ze zitten dan soms met 25 kinderen en met vijf begeleiders op een schip en dat zou dan straks verboden zijn. Ze zouden elke keer ontheffing kunnen vragen, maar dat is geen oplossing en zorgt voor veel te veel werk voor de vrijwilligers van de waterscouts en bij de gemeente.”
De Wilhelminagroep Zeeverkenners is een van de vier waterscoutinggroepen in Utrecht. De groep is in 1937 opgericht en is met meer dan 150 leden de grootste zeeverkennersgroep in Utrecht. Iedere zaterdag zorgt een groep van 16 stafleden voor de opkomst, waar kinderen spellen doen, leren zeilen en in de winter theorieles krijgen over roeien en zeilen en aan de boten werken, zodat die in het voorjaar weer het water in kunnen.
“Scouting is ontzettend goed voor de ontwikkeling van een kind.” Vertelt Jan Wiebe Kloosterman, schipper van de zeeverkenners bij de Wilhelminagroep.
“Je hebt verschillende speltakken bij scouting. De zeeverkenners zijn de jeugdleden van 12 t/m 16 jaar. Iedereen zit in een bak, zoals we dat noemen. Er zijn verschillende groepjes die met een mix van verschillende leeftijden samen in een bootje zitten, een bak zoals wij dat noemen. Ieder bak heeft een boots die de leiding neemt en een kwartier die de boots ondersteunt. In die bak doen de kinderen verschillende spellen en slapen ze op kampen mee in de tent. We gaan ieder jaar op zomerkamp en hier varen de zeeverkenners gedurende drie dagen zelfstandig naar de kamplocatie toe. We houden ze als staf zijnde natuurlijk in de gaten. Zo hebben we contact met de bootsen en varen we altijd bij ze in de buurt en steken we samen gevaarlijke wateren over. Maar verder moeten ze het met elkaar doen. Deze ervaringen zijn superbelangrijk; het zorgt ervoor dat de kinderen leren om goed samen te werken, met elkaar te communiceren en voor de zelfstandigheid van de kinderen.”
“De dolfijnen (6 t/m 10 jaar) zijn nog te jong om zelf te varen, en daar varen we dus weleens mee op onze sleepboot. Met de zeeverkenners varen we soms met alle bootjes achter elkaar vast. Het is nog niet helemaal duidelijk of je als vloot telt als losse bootjes of als geheel, maar dat zou natuurlijk wel grote gevolgen hebben voor onze groep.”
“De afgelopen dagen hebben wij wel contact gehad met de Wilhelminagroep zeeverkenners en de ambtelijke organisatie, om te kijken naar mogelijke oplossingen.” Vertelt de Pagter. “Eerst keken we naar een leeftijdsgrens, maar dit was niet haalbaar.” Tijdens de gemeenteraad van 27 maart stelde de Pagter een motie voor die het college opdraagt om ontheffing te verlenen aan vaartuigen van waterscoutingverenigingen en eventuele andere vergelijkbare verenigingen die kinderen spelenderwijs leren over het water. En om deze ontheffing uitdrukkelijk voor langere tijd te verlenen, bijvoorbeeld voor een heel seizoen of een heel jaar. De gemeenteraad heeft deze motie aangenomen en er zal binnenkort dus meer duidelijkheid komen over de uitzonderingen op de nieuwe regel.
