Mathys van Droogenbroeck heeft een kleine personal trainingsschool in Overvecht. Hij helpt mensen fitter en gezonder te worden. Toch wil de gemeente dat zijn bedrijf vertrekt van het industrieterrein. 

Aan de rand van Utrecht, op het drukke industrieterrein van Overvecht, is Natural Strength gevestigd: een sportschool die zich richt op personal training waarbij mensen in kleine groepjes worden begeleid. “We werken met groepjes van maximaal vier personen. Daarnaast doen we ook personal training.” vertelt Mathys.
De studio wordt vooral bezocht door mensen tussen de 40 en 65 jaar. Veel van zijn klanten hebben vroeger gesport of doen dat nog, maar krijgen last van blessures. Sommigen willen gewoon fitter worden, anderen willen afvallen of sterker worden. Ook willen veel mensen gezonder leven. 

Steeds meer interesse in krachttraining 

Mathys merkt dat steeds meer mensen aan krachttraining willen doen. “Vroeger vonden vooral oudere mensen dat een beetje eng. Maar nu horen ze steeds vaker over de voordelen. In het nieuws, van de huisarts of van vrienden. Daardoor durven ze eerder aan de slag te gaan.”
Elke training begint met een goede warming-up. Daarna komt het krachtdeel, afgestemd op wat iemand nodig heeft. Sommige mensen willen meer uithoudingsvermogen opbouwen of minder last van hun rug krijgen. Daar past Mathys dan de training op aan. 

Problemen met de gemeente 

Maar gaat het niet alleen maar over sporten. De gemeente Utrecht vindt dat sportscholen niet op industrieterreinen horen. Ze willen liever dat sportscholen zich vestigen in woonwijken. “We zitten hier al jaren, zonder klachten of overlast. De gemeente wist ook van ons bestaan. Pas na corona kwamen ze ineens langs om te zeggen dat we niet de juiste vergunning hebben.”
Mathys en zijn bedrijf zijn hierna in bezwaar gegaan. Uiteindelijk kregen ze een tijdelijke vergunning van twee jaar. Voor hem blijft het onzeker, omdat hij niet weet wat er daarna zal gebeuren. 

Alternatieve oplossingen zijn duur en onpraktisch 

Volgens de gemeente is het beter als sportscholen dichter bij de klanten zitten. Ze willen dat sportscholen zich vestigen in de woonwijken en weg van het industrieterrein. Mathys ziet vooral nadelen in die oplossing: “Een ruimte in een woonwijk kost drie tot vier keer zoveel. Ook parkeren is daar lastig, zeker ’s avonds als iedereen thuis is. Hier is het dan juist rustig.”
Ook de sfeer is belangrijk. Een aantal van zijn klanten vinden het fijn dat ze hier anoniem kunnen trainen. Ze voelen zich niet op hun gemak in een gewone sportschool. Bij de sportschool van Mathys is het rustig en veilig.
De klanten komen ook niet alleen uit de buurt. “We hebben klanten uit heel Utrecht en zelfs daarbuiten, zoals Woerden en Soesterberg. Die komen speciaal voor onze werkwijze.” 

Uitbreiden is lastig 

Mathys zou graag willen uitbreiden, misschien een grotere ruimte of zelfs een tweede locatie. “Maar zolang we niet weten of we mogen blijven, kunnen we dat niet plannen. Je gaat geen groot risico nemen als je over twee jaar misschien weg moet.” Ook als ze zouden besluiten om naar de binnenstad of richting de binnenstad te verhuizen, valt de optie van een grotere ruimte al heel snel af, omdat dat door de kosten lastig is.
Verhuizen naar een andere gemeente is overwogen. Gemeenten als Maarssen of De Bilt zijn goedkoper en makkelijker met het parkeren. Maar het bedrijf wil eigenlijk gewoon in Utrecht blijven. 

De gemeente denkt niet mee 

Het gevoel bij Mathys is duidelijk: de gemeente volgt vooral regels, zonder echt te kijken naar wat goed is voor de stad en de mensen. “We helpen mensen gezonder worden. We zijn geen overlast, maar toch worden we behandeld alsof we niet welkom zijn.” 

Als de vergunning niet wordt verlengd, dan gaan ze wel op zoek naar een andere locatie, maar idealiter blijft Mathys in Overvecht: “Een jaar voordat de vergunning afloopt gaan we kijken wat we dan doen. Maar het liefst blijven we hier. Want dit is onze plek.”