Sinds de zorgdecentralisatie van 2015 wordt van burgers verwacht dat ze meer voor elkaar zorgen. Maar is dat wel realistisch? Dit betekent dat de overheid steeds meer inzet op informele zorg. Mantelzorg valt onder informele zorg. Volgens de Rijksoverheid zijn er in Nederland 5 miljoen mantelzorgers. Dit betekent dat 1 op de 3 mensen mantelzorger is. Er zijn verschillende meningen over de groeiende mantelzorg en het staat nog altijd hoog op de politieke agenda. De veranderende rol van de overheid in de zorg roept vragen op over solidariteit, verantwoordelijkheid en rechtvaardigheid. Terwijl de samenleving vergrijst en het aantal zorgvragen stijgt, verschuift het zwaartepunt van de zorg naar de burger zelf. Maar wat betekent dat concreet voor mantelzorgers in een stad als Utrecht? Zo is de centrale vraag: ‘Legt de overheid te veel verantwoordelijkheid bij mantelzorgers?’. Twee belangenorganisaties, MantelzorgNL en Zorgbelang Nederland reageren verschillend op deze ontwikkeling’.
Informele zorg is zorg en ondersteuning die mensen aan elkaar verlenen, zonder dat het een beroep is en zonder dat ze ervoor betaald worden. Dit kan gedaan worden door familieleden, vrienden, buren of vrijwilligers. Het kan ontstaan vanuit vriendschappen, liefde of idealismen. De overheid zet in op informele zorg door de toenemende zorgvraag (door vergrijzing), krapte op de arbeidsmarkt en kostenbesparing. Door informele zorgverleners in te zetten, zullen de zorgkosten lager blijven. De decentralisatie heeft ervoor gezorgd dat de gemeente verantwoordelijk zijn voor zorg dichtbij. Maar dit zorgt voor grote druk op mantelzorgers, zo ook in wijken de van Utrecht. In de gehele provincie telt ruim 24 duizend zwaarbelaste mantelzorgers. Dat is een stijging van 64,7% ten verhouding tot 2014. Dit is gebleken uit onderzoek van Independer op basis van CBS en RIVM-data.
Janine Van Diest is medewerker van Mantelzorg NL, dat is de landelijke belangenorganisatie voor mantelzorgers in Nederland. Deze organisatie behartigt de belangen van mensen die vrijwillig langdurig voor een naaste zorgen, bijvoorbeeld een kind, ouder of partner, en spreekt vaak met gemeenten en zorginstellingen over hun positie en problemen. Volgens MantelzorgNL is mantelzorg waardevol en noodzakelijk, maar het wordt te vaak nog ingezet als een goedkope vervanger van professionele zorg. “We zien dat mantelzorgers zich vaak verantwoordelijk voelen voor alles, terwijl ze geen professionele training hebben,” zegt Van Diest. Vooral in situaties waar de zorg complexer wordt, raken mantelzorgers overbelast.
De organisatie pleit voor betere ondersteuning, met professionele zorg als aanvulling. ‘De overheid mag de betrokkenheid van familie niet verwarren met een alternatief voor professionele zorg” zegt Van Diest. Volgens hen moet er standaard hulp beschikbaar zijn voor mantelzorgers, zoals respijtzorg, begeleiding of toegang tot een wijkverpleegkundige. Ook moet beleid meer aansluiten op de realiteit. Ze willen dat mantelzorg een keuze blijft, geen plicht. De organisatie waarschuwt dat het belasten van mantelzorgers niet alleen onrechtvaardig is, maar ook risico’s met zich mee kan brengen voor de zorg.
Zorgbelang Nederland zet zich in voor de belangen van cliënten in de zorg. Ze horen graag wat patiënten, cliënten en naasten meemaken en geven deze signalen graag door als advies aan gemeenten of zorgorganisaties. Het gaat ze bijvoorbeeld om zorg die voor iedereen toegankelijk en eerlijk is. Ook voor mensen zonder sociaal vangnet. Zorgbelang Nederland vindt dat informele zorg nooit een vervanger mag worden van professionele zorg. “Wanneer je geen sociaal netwerk hebt, heb je gewoon pech. Dat kan nooit het uitgangspunt zijn,” noemt Eric Verkaar, medewerker bij Zorgbelang Nederland. Ze benadrukken dat goede zorg gaat over gelijkwaardigheid en met z’n allen toegang hebben. En niet over geluk hebben of een toevallige sterke familieband. De organisatie maakt zich zorgen over toenemende ongelijkheid. In kwetsbare wijken zoals Overvecht of delen van Zuilen hebben veel mensen een klein netwerk of zijn mantelzorgers al overbelast. “We zien dat mantelzorg vooral werkt voor mensen met een stabiele thuissituatie. Dat maakt het beleid oneerlijk,” stelt Verkaar. De verschuiving van zorg naar de informele sector zorgt volgens hen ook voor stress en onzekerheid bij mensen die juist behoefte hebben aan stabiliteit.
De gevolgen van de visies van de organisaties zijn groot, voor de mensen die zorg nodig hebben maar ook voor mantelzorgers zelf. Als de overheid blijft inzetten op informele zorg ontstaat het risico dat mantelzorgers overbelast raken. Dat is een probleem dat MantelzorgNL al jaren signaleert. Volgens hen leidt dit tot uitval, ziekte of zelfs financiële problemen. Zorgbelang Nederland benadrukt dat deze koers ook gevolgen heeft voor cliënten: mensen zonder netwerk vallen tussen wal en schip.
Beide organisaties waarschuwen voor een zorgsysteem waarin mantelzorgers hun taken niet meer aankunnen en de zieken afhankelijk zijn van geluk. Zo heeft MantelzorgNL de zorgen dat de informele zorg ‘stukloopt’ als er te veel druk komt. Zorgbelang Nederland spreekt zelfs van een groeiende ongelijkheid, die in sommige steden zoals Utrecht, al zichtbaar wordt.
Maar wat zijn de oplossingen?
MantelzorgNL ziet oplossingen vooral in betere ondersteuning en samenwerking. Ze willen dat mantelzorgers beter worden gefaciliteerd om hun zorgtaken te combineren met werk, gezin en hun eigen gezondheid. ‘Er moet meer ruime komen voor deeltijdzorg en tijdelijke overname,’ stelt Van Diest. Daarnaast pleiten ze voor een ‘mantelzorgvriendelijk beleid’ bij gemeenten, waarin bijvoorbeeld sneller hulp geregeld wordt bij overbelasting. Werknemers zouden ook meer moeten meebewegen, bijvoorbeeld door verlofregelingen en flexibele werktijden. Hun uitgangspunt: versterk de mantelzorger, zodat hij of zij het volhoudt.
Zorgbelang Nederland kiest juist een andere route: zij vinden dat de balans moet terug verschuiven naar professionele zorg. Hun oplossing zit in het ontlasten van mantelzorg, niet verbeteren. ‘Investeer in wijkverpleging, wijkteams en casemanagers’ zegt Verklaar. Volgens hen moet de basiszorg weer sterker worden. Dit zodat informele zorg een aanvulling is en niet een vangnet. Ook willen ze een herverdeling van zorgbudgetten: minder geld naar bureaucratie en meer naar directe zorg in de wijk. Daarbij pleiten ze ook voor harde garanties: wie zorg nodig heeft moet die altijd kunnen krijgen, ongeacht netwerk of afkomst.
De discussie over mantelzorg raakt de essentie van hoe we in Nederland zorg en solidariteit vormgeven. Sinds de decentralisatie in 2015 is informele zorg een steeds belangrijker onderdeel van ons zorgsysteem geworden. Maar de vraag blijft: hoe houdbaar is dit eigenlijk? In steden zoals Utrecht, waar de druk op mantelzorgers snel toeneemt, wordt het steeds duidelijker wat mensen daadwerkelijk aankunnen.
Beide belangenorganisaties zijn het erover eens dat mantelzorg van groot belang is, maar ze hebben verschillende ideeën over de toekomst. MantelzorgNL pleit voor meer ondersteuning voor mantelzorgers, betere samenwerking met professionals en meer aandacht voor hun persoonlijke draagkracht. Aan de andere kant ziet Zorgbelang Nederland de toename van informele zorg vooral als een teken van falende systemen. Zij willen terug naar een zorgstructuur waarin professionele hulp altijd beschikbaar is, met mantelzorg als een aanvulling.
De centrale vraag: legt de overheid te veel verantwoordelijkheid bij de burgers? Wordt door beide partijen met ‘ja’ beantwoord, maar hun interpretatie verschilt. Juist dat verschil maakt het debat zo belangrijk. Want als we niets ondernemen, dreigt er een kloof in de zorg te ontstaan: tussen mensen met een sterk netwerk en degenen zonder vangnet. Zorg is geen luxe, en solidariteit mag geen vervanging zijn voor een goed systeem. De komende jaren zal blijken of gemeenten en de landelijke politiek dit tijdig onderkennen. Alleen met duidelijke keuzes en gedeelde verantwoordelijkheden kan de zorg in Nederland menselijk en rechtvaardig blijven.