Woerden

Selecteer Pagina

Verlichtende Filosofieavond over Muziek in Lutherse kerk

Verlichtende Filosofieavond over Muziek in Lutherse kerk

Een filosofielezing met een muziekthema vond afgelopen donderdag plaats in de Lutherse kerk. Het was de eerste van een drieluik van filosofieavonden over muziek, en ging in op het verband tussen muziek en de verbeelding. De eerste lezing werd gegeven door Erik Heijerman, een gestudeerd wiskundige, filosoof en muzikant. Hieronder een verslag van de avond.

‘Ik hoop dat men iets meeneemt van mijn stelling dat muziek een actieve inzet van onze geest vergt,’ vertelt Erik Heijerman in een interview enkele dagen voor de lezing, ‘en dus niet een passief gebeuren is, maar een actief proces waarbij we de muziek als het ware zelf construeren. Muziek is datgene wat je hoort in de klanken, als je naar die klanken luistert.’

Voor aanvang van de lezing is het instromende publiek opgelucht door de warmte binnen de Lutherse kerk – buiten zweeft het net boven het vriespunt. Er wordt door velen koffie of thee genomen en het diverse publiek gaat langzamerhand zitten met een mix van nieuwsgierigheid en verwachting. Het geroezemoes weerklinkt tussen de hoge houten balken van het kerkdak. De kerk is eenvoudig ingericht: een sprekerstafel met een laptop, en een powerpoint op een scherm. Spreker Erik Heijerman wordt door zijn zus kort aangekondigd met enige humor en begint zichzelf voor te stellen: een wiskundeleraar die uiteindelijk het hart volgde en besloot naast zijn beroep muziek te studeren aan het conservatorium.

Na de introductie gaat het al snel over op de orde van de avond: er is een foto te zien van een hond met een koptelefoon op. Heijerman vraagt het publiek: ‘Wat denkt u dat deze hond op dit moment hoort?’ Hij vertelt dat het niet uitmaakt wat voor muziek er door de koptelefoon komt, de hond interpreteert de muziek niet zoals wij dat kunnen als mens. Hetzelfde is waar voor baby’s – die kunnen geluid en beeld waarnemen, maar deze nog niet als concrete concepten interpreteren. Dit betekent dus dat er in onze hersenen dingen gebeuren die de klanken omzetten naar een samenhangend plaatje.

Al snel daarna wordt het publiek het diepe in getrokken. Immanuel Kant – de Johann Sebastian Bach van de filosofie, zoals hij lovend door Heijerman wordt genoemd – wordt erbij gepakt. Heijerman vertelt dat Kant stelt dat men vormen en objecten kan inbeelden, zonder dat deze zichtbaar zijn. Het brein speelt een centrale rol bij het interpreteren van de wereld om ons heen, omdat wij in ons hoofd een geheel vormen van de beperkte informatie die onze zintuigen kunnen waarnemen. Hij wijst op een stoel als voorbeeld – je hoeft de achterkant niet te zien om je voor te stellen hoe die eruit zal zien. Heijerman stelt dat hetzelfde geldt voor muziek. Ons brein maakt van losse klanken een samenhangend geheel. Het is voor veel mensen in het publiek al duidelijk veel om te verwerken, maar er wordt aandachtig geluisterd en hier en daar geknikt. Een enkeling maakt zelfs haastig aantekeningen.

Heijerman begint te vertellen over gestaltpsychologie – een psychologische stroming die stelt dat mensen de wereld waarnemen in gehelen en patronen. De link tussen dit concept en muziek wordt duidelijk gemaakt met een videofragment. In de video wordt door een vrouw een normale zin gezegd, maar door herhaling verandert het, tot zichtbare vreugde van het aanwezige publiek, in een kort deuntje, terwijl het een normaal gesproken zin blijft. Het brein interpreteert dus zelf een samenhangend patroon van losse geluiden. Het voorbeeld bracht een golf van verwondering in de zaal.

Heijerman laat nog een voorbeeld zien uit een studie, waarbij verschillende geluiden werden afgespeeld in het linker en rechter oor. Ondanks het feit dat ieder oor andere geluiden hoort, kan men met de geluiden uit verschillende oren één samenhangende melodie horen. Om de lezing af te sluiten worden er enkele muzikale voorbeelden bij gepakt. Heijerman vertelt over de relatie tussen verschillende noten en hoe deze in de hersenen samenkomen tot een geheel. Het publiek luistert aandachtig mee en bij sommigen begint het kwartje te vallen. Er volgt aan het einde een welgemeend applaus uit een zichtbaar geïntrigeerd publiek.

Na afloop van de lezing wordt de gelegenheid gegeven om met andere bezoekers na te praten. Er hangt een gezellige sfeer. Er wordt een wijntje gedronken en een hapje eten aangeboden, en Heijerman zelf mengt zich ook met de bezoekers. Op de vraag wat er na afloop meegenomen wordt uit de lezing zijn verschillende antwoorden te horen. ‘We moeten het even op ons in laten werken, denk ik’, zegt iemand in een groepje bezoekers lachend. ‘Maar ik vond het wel fascinerend.’ Een andere bezoeker, Coen van den Brom, vertelt: ‘Ik was het niet met alles eens wat er gezegd werd, maar ik ben wel blij dat hij, zoals een filosoof hoort te doen, vragend op het publiek in ging wanneer iemand iets te zeggen had. En je hoeft het niet met iemand eens te zijn om aan het denken gezet te worden.’

Langzamerhand begint de kerk leeg te lopen en lopen de restanten van het publiek de koude nachtlucht in. Met een warme sfeer, prikkelende inzichten en de mogelijkheid tot nabeschouwen eindigt de eerste avond van het drieluik. De volgende twee filosofielezingen bestuderen respectievelijk het verband tussen muziek en taal, en het verband tussen muziek en metaforen. Deze vinden plaats op 20 februari en 20 maart.

Over de auteur

Daan Brouwer

Eerstejaars student Journalistiek aan de SvJ Utrecht. Geboren in Utrecht, maar al zo'n 20 jaar Amersfoorter. Met als achtergrond jaren werk als (zelf aangeleerd) prototype engineer, en veel opgedane kennis uit eigen passie op het gebied van geschiedenis en geo-politiek, hoop ik bij de SvJ Utrecht te leren hoe ik mijn kennis kan combineren met actuele gebeurtenissen om mensen te informeren of helpen. Zeer nieuwsgierig en kritisch van aard - er is wat mij betreft altijd wat te leren, en altijd wat te verbeteren.