Foto © Adobe Stock
De Hogeschool Utrecht stelt zichzelf ambitieuze duurzaamheidsdoelen: in 2030 wil de instelling CO2-neutraal zijn en voldoen aan de Paris Proof-norm voor energieverbruik. Ook gebruikt de HU de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) van de Verenigde Naties als leidraad. Tegen die achtergrond is het relevant te kijken hoe duurzaamheid zichtbaar wordt in de inrichting van gebouwen, waarbij specifiek wordt inzoomen op het gebruik van kamerplanten op de campus.
In het gebouw aan de Heidelberglaan 15 van Hogeschool Utrecht blijken nepplanten de boventoon te voeren. Uit een telling blijkt dat er in totaal 176 planten aanwezig zijn, waarvan 84 echt en 92 nep. Vooral op de begane grond valt de dominantie van nepplanten op, terwijl op de andere verdiepingen juist de echte planten overheersen. Maar welk beleid, echt of nep, past beter bij de doelstellingen van de HU?
Onderzoek nuanceert luchtzuiverende werking van planten
Planten worden vaak geroemd als natuurlijke luchtverfrissers. Toch is dat beeld minder eenduidig dan vaak gedacht. Uit een onderzoek van de Drexel University blijkt dat kamerplanten binnenshuis nauwelijks effect hebben op de luchtkwaliteit. Voor een merkbare vermindering van vervuilende stoffen zouden honderden planten per vierkante meter nodig zijn. Dit is veel meer dan praktisch haalbaar is in een onderwijsgebouw.
Milieu-impact van echt en nep
Toch zijn er duidelijke verschillen tussen echte en neppe planten die verder gaan dan luchtkwaliteit. Volgens een analyse van Mobilane zijn echte planten hernieuwbaar, biologisch afbreekbaar en dragen ze bij aan luchtvochtigheid en biodiversiteit. Nepplanten daarentegen bestaan meestal uit plastic en andere fossiele grondstoffen. Ambient wijst erop dat de productie, het transport en de afvalfase zorgen voor een hogere ecologische voetafdruk. Ook zijn nepplanten lastig te recyclen en eindigen ze vaak als niet-afbreekbaar afval.
Wat vinden studenten en medewerkers?
Hoe belangrijk vinden HU-studenten en -medewerkers het verschil tussen echt en nep? Om die vraag te beantwoorden wordt een korte enquête uitgezet. Daarin wordt gevraagd of zij waarde hechten aan echte planten, of ze letten op het verschil, en of ze bereid zijn dat er meer onderhoudskosten worden gemaakt voor levende planten. De resultaten volgen later, maar eerste reacties wijzen erop dat duurzaamheid en sfeer belangrijke factoren zijn.
Hoewel nepplanten op korte termijn makkelijker te onderhouden zijn, kleven er duidelijke nadelen aan voor milieu en afvalverwerking. Echte planten leveren meerwaarde op het gebied van duurzaamheid en welzijn, al is hun effect op luchtkwaliteit beperkt. Dit zijn belangrijke punten om mee te nemen in de bredere discussie over hoe duurzaamheidsdoelen worden vertaald naar de inrichting van gebouwen bij de Hogeschool Utrecht.
Geschreven door: Veerle van Roosmalen en Kaya Verbeek
Dataverantwoording
In september 2025 zijn alle zichtbare kamerplanten geteld in het gebouw aan de Heidelberglaan 15 van Hogeschool Utrecht. Er is onderscheid gemaakt tussen echte en nepplanten. Voor de dataset zie: Telling_Kamerplanten_Heidelberglaan.xlsx
