‘Wie goed doet, goed ontmoet’

‘Wie goed doet, goed ontmoet’

NIEUWEGEIN- Jolanda de Brabander is vanuit haarzelf altijd al een verzorgend type geweest. Als verzorgster begonnen in een verzorgingstehuis in Vreeswijk en nu vrijwilligster in het dorpshuis ‘Fort Vreeswijk’. Met haar kennis en passie voor handwerken heeft ze nu zelfs haar eigen inloopmiddag georganiseerd, omdat ze graag iets voor een ander wil doen.

Hoe bent u begonnen met vrijwilligerswerk?

‘Na een aantal jaar in Vreeswijk in de zorg te hebben gewerkt ben ik verhuist naar Zoetermeer. Toen ik eenmaal in Zoetermeer woonde hoorde ik dat er vrijwilligers werden gezocht om doordeweeks in het winkeltje te staan die bij het verzorgingstehuis hoorde en ik dacht toen “waarom niet?”. Dit heb ik zo’n twee jaar gedaan en uiteindelijk mee gestopt, omdat het verplaatste naar het weekend en dan wilde ik graag met mijn gezin zijn.’

U beschrijft uzelf als een creatief en niet-stilzittend persoon. Wat heeft u allemaal al met uw creativiteit gedaan?

Handwerken was iets wat ik nog leerde op school en ben er eigenlijk nooit mee gestopt. Op dit moment doe ik vooral haken en diamond-painting. Ik heb mijn werkjes vaak verkocht en de helft van de opbrengst doneerde ik dan aan het goede doel. Vroeger stond ik ook op markten in Duitsland. Daar waren de mensen altijd heel geïnteresseerd in handwerken, maar voor een bolletje wol moest je aardig wat geld neerleggen. Al jaren maak ik knuffels en geef die dan aan ziekenhuizen die ze weer aan de kinderen geven. Toen ik in Zoetermeer woonde heb ik een creatief clubje opgezet, omdat ik het gezellig vond om tijdens het handwerken een praatje te maken en dit bestond uiteindelijk uit dertig man.’

U heeft dus al ervaring met creatieve clubjes. Ziet u de inloopmiddag die u sinds kort organiseert in Fort Vreeswijk ook zo?

‘Niet per se. Mensen mogen hun eigen handwerkjes meenemen, maar er kan ook een boek gelezen worden of spelletjes worden gespeeld. Het gaat erom dat de mens er even op uit is. Als het om handwerkjes gaat kan ik altijd hulp bieden, maar hier ligt de nadruk niet op. Stel dat mensen het heel leuk vinden om te handwerken of het nog niet kunnen en het willen leren dan kunnen we daar natuurlijk altijd iets voor regelen.’

Hoe bent uzelf in aanraking gekomen met Fort Vreeswijk?

‘In maart 2021 ben ik terugverhuist naar Nieuwegein, waarbij mijn man en ik uiteindelijk verhuisd zijn van een koopwoning naar een huurwoning. Zo kwam ik dichter bij het Fort te wonen. In de lokale krant “de Beugelaar” stond een oproep namens het Fort dat ze nog op zoek waren naar vrijwilligers. Toen de wintermaanden weer naderden wilde ik eigenlijk weer meer onder de mensen zijn. Zo heb ik mijzelf opgegeven als vrijwilliger en nu ben ik dat alweer vier maanden bij het Fort.’

Hoe is het gekomen dat u vrijwilligerswerk zo belangrijk vindt?

‘Je leest en ziet veel over eenzaamheid, maar niet alleen onder ouderen. Ik weet zelf hoe het is om alleen te zijn. Ik heb tien jaar alleen gewoond en dan had ik ook echt momenten waarop ik geen zin had om mijn bed uit te komen of überhaupt eten voor mezelf te koken. Toen ik het financieel slecht had die tijd waren er altijd mensen om mij heen die zeiden: “hier kan je dit weekend iets kopen” en dat hoefde dan helemaal niet, maar je voelt je gewaardeerd als mensen iets voor je doen. Ik wilde dit graag terug doen voor mensen, want hoe fijn gevoel is het eigenlijk als je iemand een glimlach op het gezicht bezorgd. Ik heb er daarnaast dus zelf ook wat aan. Als ik na dag in het Fort te zijn geweest thuiskom is dat met een voldaan gevoel. Ik geloof echt in de uitspraak “wie goed doet, goed ontmoet”.’

Als u een voorspelling kunt geven op het gebied van vrijwilligerswerk in de toekomst. Hoe ziet u dit dan voor u?

‘Tegenwoordig moet het allemaal groot, groter, grootst. Voor de mens is het nooit genoeg en is de telefoon is het belangrijkste bezit wat ze hebben. Toch hoop ik dat we naar een tijd teruggaan waar we elkaar weer wat meer waarderen en niet alleen maar bezig zijn met onszelf. Ik weet wel zeker dat vrijwilligerswerk nooit zal ophouden, want uiteindelijk is het echt allemaal nog niet zo slecht.’

Over de auteur