De Veerkracht van Florian Groenendijk

De Veerkracht van Florian Groenendijk

Beeld: Florian Groenendijk

Met uitzicht op de elektrische bussen die het Neude kruisen laat Florian Groenendijk (25) zijn audiosoftware weten wat er moet gebeuren. De elektrische gitaar moet in aanloop naar het refrein steeds harder worden en het moet klinken alsof de zanger in de kerk staat. Florian doet dit met automations. Een perfectionist zal het zelf willen programmeren, maar Florian vertrouwt de computer, “je wijst een onzichtbare hand toe aan een knop.” En die knop kan alles zijn: distortion, galm, hoe hard je de toets indrukt. Sneller dan hij kan praten verschijnen er noten op de balk en bewegen de schuifregelaars. Voor de leek lijkt het geïmproviseerd- geklik in het wild- maar voor deze gesamtkunstenaar is het simpeler dan een optelsom met enkele cijfers.

“Als kunstenaar ben je altijd in beweging: het is een mogelijkheid om een nieuw pad in te slaan.”

En hoe kan het ook anders, na drie jaar Muziek en Technologie te hebben gestudeerd kan Florian zich tot de specialisten des lands rekenen. De meters die Florian maakt resulteren in één album, een vervolg in de maak en collabs met de sterren- zij het zangers of producers- van morgen. Afgelopen zomer wist een lokale band wie ze moesten hebben om hun nieuwe albumcover te ontwerpen. Deze erkenning voelde onwennig, maar de zon was nog maar een paar keer ondergegaan voordat het ontwerp werd geboren. Wat past er nou beter bij een album over vergankelijkheid dan een archipel, ieder verbonden met bruggen. Het geheel was in de vorm van een hoofd. Het is niet Florians eerste werk met nauw verbonden facties, maar daarover later meer. 

Dit was niet de enige uitstap van Florian, zo zou al snel blijken. Een vriendin van hem wilde nog een tatoeage laten zetten, dus klopte ze al snel aan: “Ik wilde een origineel ontwerp en waardering tonen aan een vriend waarvan ik de kunst daadwerkelijk goed vind.” Florian kan het compliment weliswaar waarderen, maar het houdt hem niet wakker. “Ik doe het werk gewoon want ik wil het voor zich laten spreken.”

De uomo universalis is jong begonnen met het ontwikkelen van deze skills. In zijn eigen woorden houdt hij zich bezig met vier ‘talen,’ namelijk muziek, tekenen, schrijven en taalvaardigheid. Waarom? Het is gewoon interessant. Wellicht de grootste inspiratie haalt hij uit games, zoals Metroid Prime en Mass Effect.

Als je tijdens je zoektocht naar het eerste Metroid-wezen een ruimtepiraat tegenkomt, ga je hem uit nieuwsgierigheid waarschijnlijk scannen met de Scan Visor: “Dood veroorzaakt door zware verbrandingen.” Waarom valt die blauwe wesp je aan? “Valt alleen aan als het zich bedreigt voelt.” Het is volgens Florian een mooie vorm van environmental storytelling, “het voelt alsof je er bent.” In Mass Effect bedrijf je ruimtepolitiek met allerlei verschillende wezens, maar komen ethiek en diversiteit even goed kijken, “het vertellen van conventionele verhalen in een onconventioneel kader. Daardoor komt het beter binnen.”

Meridian- hoofdpersoon van Mobius- komt zichzelf tegen. Beeld: Florian Groenendijk

In 2014 is het prille begin van wellicht zijn levenswerk: Mobius is geboren. Het verhaal van Florian wordt muzikaal en visueel ondersteund: de verhaallijn staat schuingedrukt op gebonden papier en de personages komen op zijn iPad tot leven. Drie zomers later, nadat zijn diploma in de kast belandt, begint Florian bij de School voor Journalistiek met de ambitie om games te recenseren. De introductiedag van de opleiding Journalistiek brengt een klasgenoot en Florian bij elkaar. Langs de geparkeerde auto’s bij de Jaarbeurs luidt de vraag waarom de opleiding is uitgekozen.

“Ik wil recensies schrijven voor Power Unlimited,” zegt Florian.
Wat voor games vind je dan leuk?
“Super Mario Galaxy, bijvoorbeeld…”
De twee jongens hebben eergisteren nog afgesproken.

De Aarde draait zijn rondjes om de zon en ondertussen verandert zijn schoolomgeving een aantal keer, met als houvast een bijbaan bij PostNL en wellicht de eerste creatieve lente van vele. 

Werken aan een oeuvre
Een groep vrienden uit Den Haag liep een keer langs het Sprookjesbos te discussiëren over Leonardo DiCaprio’s hoofdrol als Florians antennes iets oppikken. Hetzelfde deuntje dat nummers als ‘No Woman, No Cry’ of ‘Can You Feel The Love Tonight’ siert. “Gewoon weer, hè.” Het is “gewoon weer” Canon in D van componist Pachelbel. Geen nummer is meer veilig voor Florians getrainde oor, of hij weet hoe het technisch in elkaar zit. Hoe die antennes zich hebben ontwikkeld? Nummers ontleden en- zelf- anders in elkaar zetten. ‘Wat als Firework een trapbeat heeft?’ ‘Hoe zou een digitale wals klinken?’ Hij wil ze delen op Instagram, maar er ontbreekt nog iets…

Op dezelfde manier dat je een schilderij van Monet herkent aan de korte penseelstreken en pure kleuren, kun je de tekeningen van Florian herkennen aan de robots met smalle tailles en wazige randen. Inmiddels is zijn tekenmedium uitgegroeid tot het formaat van een iPad Pro- niet slecht voor iemand die het in zijn puberteit met grafiet op papier moest doen. Zijn tekeningen vormen de tweede pilaar van het oeuvre Mantisfondue.

Eerst het skelet, dan de vorm, dan de kleur. Als laatst het maatwerk, variërend van gekleurde regendruppels tot een stripboekafwerking. Nu kan het naar Instagram toe.

In 2020 kwam de toestemming om mee te doen aan de academie. Florian scheurt de brief van de hogeschool open en treft als eerst het woord ‘Gefeliciteerd!’ Eindelijk. Het was weliswaar niet voor Illustratie, maar voor Muziek en Technologie. 

De European Credits– puzzelstukken van zijn diploma- sleept Florian langzaam in de wacht. Maar het echte werk zit ‘m in Mobius. Dit interdisciplinaire verhaal eist Florian om de vier talen te ontwikkelen. Waarom hij op zijn 16e aan dit verhaal is begonnen? “Ik wilde het doen.” 

In één zin vertellen waar het verhaal over gaat lukt maar moeilijk. Een tijdreiziger wil op haar eigen manier de wereld redden van de afgrond voor het te laat is. Het universum reset zich eens in de vijftigduizend jaar. De hoofdpersoon botst met mensen die het anders aanpakken- door zichzelf de grote vijand te maken, bijvoorbeeld. De inspiratie ligt in elk geval voor het oprapen. “Legeropstellingen uit de Eerste Wereldoorlog heb ik onderzocht, ik heb het drama tussen mijn vrienden erin gezet-“ zijn uitleg wordt onderbroken en een geringd schrift verschijnt op tafel. Pagina’s aan slanke, verbonden letters slaat Florian over om verder te schrijven. Daar is hij wel vijf minuten mee bezig. 

Aan alles komt een einde. Zo ook de formele muziekopleiding van Florian. Na de les automations passeren we het zonovergoten CBRE gebouw en wordt de plaats delict van de moord op een M&T-carrière bekend: bij de kunstschool was Florian per november 2023 niet meer welkom. Vervolgmails aan de hogere machten mochten niet baten.

Vallen en opstaan
De frustratie rees Florian in de keel toen de NS-borden op Den Haag Centraal rood kleurden. Deze ogenschijnlijke staking van de vervoerder des lands was niet de eerste, NS wist 2,5 jaar vertraging op te lopen in 365 dagen tijd, blijkt uit onderzoek van het NRC.  Zijn afwezigheid bij de presentatie van die dag werd hem academisch fataal.

Teleurstellend? Uiteraard. Maar cynisme biedt troost: “als je iets voor iedereen probeert te maken, dat maak je het voor niemand,” verklaart Florian in een nabijgelegen zacht verlicht café waar we tijdens zijn uitleg zijn binnengelopen. Zelfs het personeel kon het monoloog niet onderbreken. Het zelfvertrouwen is zelfs van de andere kant van de tafel te voelen wanneer de vraag valt wat hij nu gaat doen. Sober legt hij uit dat hij electronica zal bezorgen voor een koel en blauw bedrijf terwijl hij met andere muzikanten Vader Jacob van een punkjasje voorziet en bepaalt wat je op Spotify ziet als je naar muzikanten uit Utrecht luistert. 

Het is duidelijk dat hij een round peg in a square hole is; hij past niet altijd in de systemen die hij nodig heeft om te komen waar hij wil zijn. Dat belet hem niet om het te proberen, laat staan om zijn eigen weg te banen. Waarom blijft-ie het toch proberen? Hij red ‘t toch wel zonder papiertje? “Ik heb zelf geen moeite om te erkennen waar ik allemaal goed in ben, maar ik denk dat andere mensen daar pas bewust van willen worden als ik daar een papiertje voor heb.”

Meridian in al haar vormen. Beeld: Florian Groenendijk

Moed houden
De volgende arena die Florian binnenstapt staat in de Universiteit Leiden, waar hij over zijn moedertaal wil leren. De tot op heden nog niet verkende ‘taal’ in Florians wereld: hij kan zich al uiten in muziek en zijn visies komen goed tot uiting in zijn tekeningen. Het volgende avontuur schuilt in de literatuur.

“Ironisch genoeg heb ik nu meer motivatie om muziek te maken, dat is wel grappig.”

Menig twintiger zou het na een rits opleidinkjes waar je wordt weggestuurd of waar het zo zwaar kut is dat je wegloopt wel geloven.  Florian blijft jaar op jaar als feniks uit de as rijsen, waarom? Omdat je met een papiertje nou eenmaal verder komt. Een basis hebt. Of het nou om het tekenen, de muziek, Mobius, of de Nederlandse taal gaat, er is één einddoel. 

Als je altijd koffie uit dezelfde mok drinkt, dan raak je daar aan gewend. Je weet op een gegeven moment wel hoe veel koffie erin past, waar je hem op je bureau neer moet zetten. Als je dan opeens uit een andere mok of een glas drinkt, dan sta je meer stil bij de inhoud. Dat nieuwe perspectief wil Florian met zijn werk de kijker meegeven. De status quo uitdagen, zoals een Bob Dylan of Kanye West hem al voorgingen.

Geen afwijzing of obstakel is te veel voor de gesamtkunstenaar en dat is te danken aan zijn uitkijk op het leven en zijn vermogen om alles een plek te geven. Hij noemt de boomstronktheorie. Om uit te leggen wat dat is, vist hij zijn creatief wapen uit zijn tas en legt hij die plat op tafel. Een rode, dan oranje, dan groene cirkel, die steeds kleiner worden, verschijnen op het scherm. Hoe groter de schaal, hoe belangrijker het is, “het ding is dat ik alles zo bekijk. Alles in context van iets anders. Hoe belangrijk is iets in the grand scheme? De problemen beginnen klein, in het midden: “ik heb al mijn kleingeld laten vallen, dus ik moet het oprapen. Ik zweer dat het 5 euro was, maar ik tel 4,50. Dat geeft niet, het is maar 50 cent.” Maar als ik daardoor niet meer genoeg boodschappen kan halen (ring 2) om voor mijn gezin te koken (ring 3), dan zijn er mensen door mijn doen benadeeld: dan is het pas erg.” Als twee mensen in zijn vriendengroep ruzie hebben- en de vriendengroep uiteen valt- dan is dat natuurlijk vervelend, maar in de context van zijn ontslag bij M&T lijkt het niet uit te maken. Dat ontslag is trouwens ook niet het eind van de wereld.

Er verschijnt nog een grijze cirkel rondom ring 4. De buiten-zijn-controle-zone, waar Florian toch niet zo veel aan kan doen. Het heeft iets weg van het stoïcisme uit de Oudheid, waar zelfreflectie en het erkennen van controle centraal staan. De wegen voor Florians voeten zijn er te over dankzij zijn interesses, “altijd skills die ik nog kan verkennen. Daarom ga ik Nederlands studeren.”

Over de auteur

Dennis van Brouwershaven

Ik ben student journalistiek.... grandioos.