Selena buigt over haar zadel en draait haar fiets op slot. Een koude windvlaag snijdt langs haar gezicht en ze trekt haar jas strakker dicht. Een rilling schiet door haar heen.
“Wat een klote kou,” mompelt ze zachtjes. Met oktober in aantocht wordt het steeds kouder. Ze herpakt zich en loopt verder naar de manege. Gehinnik vult de nacht als ze dichterbij komt, een vertrouwd geluid. De geur van hooi en pony’s omringt haar als ze naar binnen loopt. Selena ruimt haar spullen op in een kluisje en als ze er klaar voor is loopt ze naar de bak toe. Ze heeft een kleine knoop in haar maag, maar daaronder borrelt een soort opwinding. Vanavond is haar eerste springles. Ze loopt de bak in en kijkt om zich heen, haar blik blijft hangen op de hindernissen die verspreid staan opgesteld. Felgekleurde balken liggen op verschillende hoogtes. Naast de hindernissen staan er ook pony’s klaar voor de ruiters. Selena loopt naar haar aangewezen pony toe, het is Picasso. Het is een lichtbruine pony, zijn manen hangen nonchalant voor zijn ogen. Ze glimlacht als ze zijn benen ziet, de witte vlekken lijken net op van die kniehoge sokken. “Hé, Picasso,” fluistert ze, terwijl ze met haar hand over zijn nek aait. Selena houdt zich vast aan het zadel van haar paard en hijst zichzelf het paard op. Ze nestelt in het zadel en lijnt haar paard op achter de rest van de paarden. Haar blik dwaalt onbewust naar de rest van de groep en ze wikkelt nog een keer de teugels om haar handen. Ze zien er allemaal zo zelfverzekerd uit. De knoop in haar maag begint weer strakker te worden. Al deze ruiters hebben al wedstrijden gedaan en het juist niveau hiervoor in tegenstelling tot haar. Selena schudt die gedachtes weg en probeert weer te focussen op het parcours. Zij kan dit net zo goed als de andere ruiters, daarom mag ze mee doen met deze les. Als de manege denkt dat zij het juiste niveau hiervoor heeft dan kan zij het. En dat kan ze ook zeker, de rit verloopt verrassend goed. Voordat ze het doorheeft is ze alweer bij het laatste kwartier van de les. In het laatste kwartiertje worden de balken met tien centimeter verhoogd, waardoor de hoogte nu 75 centimeter is. Selena lijnt haar paard op voor de hindernis en zet hem in draf. De hindernis komt dichterbij, net als ze zich schrap wil zetten voor de sprong, stopt Picasso abrupt. Zijn hoeven ploffen in het zand terwijl hij langs de hindernis loopt. Selena moet zich stevig vasthouden om niet uit het zadel te schuiven.
“Nog een keer,” roept de docent naar Selena. Selena lijnt haar paard weer op en ademt nog een keer uit voordat ze de teugels strakker neemt in haar handen. Ze leunt een beetje naar voren en tikt met de stijgbeugel tegen de buik van haar pony aan en zet hem in draf. Selena komt in het ritme van het pony en beweegt met hem mee. De balk komt steeds dichterbij. Selena bereidt zichzelf voor op de inspanning van de sprong. Maar ineens stopt de pony weer, de teugels glijden uit haar handen. Ze probeert er nog naar te grijpen maar het is te laat. Selena voelt zichzelf wegglijden uit het zadel en klapt met haar rug op het zand. De lucht in haar longen worden door de klap eruit geperst. Ze snakt naar adem terwijl ze probeert zichzelf weer te herpakken. Het eerste wat Selena voelt is een doffe pijn in haar onderrug, door de schrok van de val blijft Selena op de grond liggen. De docent haast zich naar haar toe. “Kan je je tenen bewegen?” vraagt ze. Selena begint langzaam haar tenen te bewegen en knikt voorzichtig naar de docent toe. “Mooi zo, dan is het niet gebroken,” Selena ademt een keer diep uit en is blij met het antwoord. Ze staat langzaam weer op, maar de pijn in haar onderrug blijft nog steeds aanwezig. Ze probeert de pijn te negeren als ze weer op haar pony stapt om verder te gaan met de les. Gelukkig duurt de les niet lang meer en moet ze nog even doorbijten. Na afloop van de les voelt Selena nog steeds de pijn in haar rug, het lijkt wel erger te zijn geworden. Ze kon ook niet echt plaatsen wat nou precies voor pijn het was. Het was niet een stekende pijn, maar meer een doffe, vasthoudende pijn. Selena kreunt uit frustratie als ze bedenkt dat ze nog naar huis moet fietsen, had ze maar haar telefoon meegenomen. De fietstocht lijkt wel uren te duren voordat ze thuis is.
Selena loopt de woonkamer binnen na haar fietstocht en kijkt naar haar familie die op de bank tv zit te kijken.
“Hallo schat, hoe was het?” vraagt haar moeder. Selena wil die vraag positief beantwoorden, maar alle emoties komen eruit. Met tranen over haar wangen vertelt ze wat er gebeurd is aan haar ouders.
Na een onrustige nacht op de bank omdat ze de trap niet op kon lopen en waar ze moeizaam in slaap kwam door de stekende pijnscheuten, besluiten Selena en haar moeder toch naar de huisartsenpost te gaan. Selena en haar moeder lopen het Leidsche Rijn ziekenhuis in op weg naar de huisartsenpost. De dokter is een wat oudere man die loopt met een wandelstok, die bij elke stap zachtjes tikt op de vloer. Selena loopt de kamer binnen haar moeder vasthoudend voor steun. Haar maag begint samen te trekken. Wat als dit iets ernstigs is? Wat als ze geopereerd moet worden? Die gedachte blijft als een nare echo rondgaan in haar hoofd. Selena laat zich op een klein bankje in de kamer zakken, in een liggende houding, omdat zitten te veel pijn doet. De beweging veroorzaakt een scheut in haar onderrug en haar gezicht vertrekt even van de pijn.
“Wat is er aan de hand?” vraagt de dokter.
“Ik had springles en ben toen van het paard gevallen op mijn rug,”
“Oeh, dat is niet plezant. Waar heb je vooral pijn?”
“In mijn onderrug heb ik vooral de pijn en het is erger geworden”
“Goed, zou je voor mij even een testje kunnen doen,” Selena staat op. “Kan je voor mij op je tenen staan en dan weer op de grond,” Met enige aarzeling staat Selena op en gaat op haar tenen staan. Als ze weer naar beneden gaat met haar hielen doet ze het een stuk voorzichter en langzamer dan ze normaal zou doen. De dokter kijkt haar aandachtig aan. Selena doet het een paar keer voor hem, elke keer weer voorzicht naar beneden om de pijn in haar rug niet erger te maken. De dokter knikt naar haar dat hij genoeg heeft gezien en ze gaat weer liggen. Selena vraagt zich af of dit alles is wat ze moest doen of dat hij nog een foto gaat laten maken van haar. De plek om de foto te maken was om de hoek van de huisartsenpost. “Ik zie geen teken van iets ernstigs, zoals een breuk,” Selena kijkt de dokter aan. Geen breuk? Hoe wist hij dat zeker? Hij had geen foto gemaakt, geen verdere onderzoeken gedaan. Alleen dat simpele testje. Dat was toch niet genoeg? Ze voelt de twijfel omhoog kruipen. Wat als hij het mis heeft? Wat als er wel iets ernstigs is en het straks te laat is? Selena denkt na, had ze misschien wat anders moeten doen. Of stelt ze zichzelf te veel aan, was het inderdaad gewoon gekneusd. De dokter verbreekt haar gedachten “Ik zal wat sterkere pijnstillers voorschrijven want het is gekneusd,” Selena knikt automatisch, haar moeder stemt ermee in. Selena kan haar eigen twijfels bijna niet negeren. Hij moet gelijk hebben. Hij is een dokter. Toch? Met het recept in haar hand en haar moeder naast haar verlaat ze de kamer. Misschien was het inderdaad wel gekneusd en zouden de pillen kunnen helpen. Alles beter dan een operatie, houd ze zichzelf voor. Maar haar gedachten blijven spoken: Wat als hij ongelijk heeft?
Na de afspraak met de dokter werd de pijn niet minder. Drie weken gaan voorbij en de pillen helpen niet meer en het doet nog steeds veel pijn. Selena probeert door te gaan met haar leven, met vrienden afspreken en andere uitjes maar de pijn belemmert haar te veel. 30 oktober kan ze het niet meer aan en besluit ze om er wat tegen te doen. Samen met haar moeder gaat ze naar de huisartsenpost in Woerden. Waar al snel uitkomt dat de pijn weg had moeten zijn en dat het tijd is voor een foto, eindelijk. Dat kan niet daar gedaan worden en ze moest door naar het Antonius ziekenhuis in Woerden waar eindelijk een foto zou worden gemaakt.
Selena zit op een bankje in een omkleedhokje, haar handen gevouwen in haar schoot. Waarom duurt het zo lang? denkt ze. Als er niets was, zouden ze dat toch wel gezegd hebben? Haar maag draait om bij de gedachte. Naast haar tikt haar moeder nerveus met haar voet op de vloer. Eindelijk wordt de deur opengeduwd en stapt de dokter binnen.
“We hebben toch wel ernstig letsel gevonden,” vertelt de dokter aan Selena. Het voelt alsof de grond onder haar voeten wegzakt. De woorden dringen door: Nee, niet dit. Geen breuk. Geen operatie. Laat dit alsjeblieft niet echt zijn. “We hebben een breuk aangetroffen. Je moet met spoed naar het Leidsche Rijn ziekenhuis voor een CT scan.” Selena voelt haar ademhaling versnellen en probeert zichzelf onder controle te houden, maar haar handen trillen in haar schoot.
Omdat ze niet met de auto hierheen waren gekomen moesten ze in een pendelbus naar Leidsche Rijn. Selena stapt stilletjes de scanruimte binnen. De CT-scanner heeft de vorm van een grote witte koepel. De koepel sluit haar in, maar vreemd genoeg voelt ze geen angst. Voordat ze het weet is ze er ook weer uit. Als de arts later terug komt met de resultaten, voelt Selena een steek van hoop. Misschien valt het mee. Misschien…
“We moeten opereren,” vertelt de arts. De woorden komen aan als een klap in haar gezicht. Haar gedachten schieten alle kanten op. Opereren? Nee. Dat kan niet. Wat als ze iets verkeerd doen? Wat als ik niet meer kan lopen? Wat als… Ze slikt moeizaam en voelt haar handen klam worden. “We gaan de operatie overmorgen doen,” Selena kijkt verschrikt op, zo snel al.
Als ze samen met haar ouders het ziekenhuis verlaat, loopt Selena in stilte achter ze aan. Over twee dagen zou ze op een operatietafel liggen. Over twee dagen zou haar leven misschien niet meer hetzelfde zijn. Haar hoofd vult zich met doemscenario’s: Wat als ik verlamd raak? Wat als ik niet meer wakker word? Ze schudt haar hoofd en probeert de gedachten weg te drukken.
De twee dagen van afwachten waren verschrikkelijk. Selena zat op de bank de avond voordat ze werd geopereerd. Ze friemelt met een los draadje van haar trui. Ze probeert te kijken naar het programma dat op de tv aan staat maar het gaat allemaal langs haar heen. Ze zou geopereerd moeten worden, ze zou onder narcose moeten gaan. Haar hoofd begint te malen en te malen. Verschillende “wat als” situaties schieten door haar hoofd heen. Wat als het verkeerd gaat? Wat als ze het niet kunnen oplossen? Wat als ze niet meer wakker wordt? Haar maag draait om bij die gedachten. Ze slikt moeizaam en leunt naar voren, haar armen leunen op haar bovenbenen. Ze kijkt naar de vloer en probeert weer tot rust te komen en zichzelf moed in te spreken.
Selena was al vroeg in het ziekenhuis voor haar operatie. Met een lege maag en droge keel zit ze te wachten op haar operatie. De woorden van de chirurg van gisteren flitsen door haar hoofd. Hij heeft wat zorgen weggehaald, niet alles, maar wel een groot deel. Om zichzelf af te leiden, heeft ze Martien Meiland quotes verzameld, die ze zo nu en dan zegt.
“Erg hé,” zegt Selena, met haar Martien Meiland impressie. “Erg hé dit, zo’n pech heb ik weer,” Ze lacht kort, maar het klinkt hol. Ook voor haar operatie moet Selena lang wachten voordat ze aan de beurt is. Dan is het zover. Haar beurt. Haar moeder loopt mee de operatiekamer in, hand in hand met haar dochter. De operatiekamer is helder verlicht, bijna te fel, en overal staan machines die zachtjes piepen en brommen. Selena slikt terwijl ze op het bed gaat liggen. Een zuster komt naar haar toe om het infuus aan te leggen. Selena’s ademhaling versneld, haar ogen vullen zich met tranen. “Maar dat wil ik helemaal niet,” fluistert ze, haar stem breekt. “Straks raak ik verlamd,” De tranen rollen over haar wangen terwijl ze haar gezicht wegdraait.
“Kan je voor mij terug tellen van tien naar nul,” vraagt de zuster aan haar als ze haar onder narcose brengen.
“Tien, negen, acht—”
Selena opent haar ogen langzaam. Alles om haar heen lijkt zacht en wazig. Haar hoofd voelt licht, bijna gewichtsloos. Alles lijkt grappig, alsof de wereld een beetje scheef staat. Misschien komt dat dan ook door het groene knopje dat ze in haar handen heeft wat ervoor zorgt dat ze morfine toe kan dienen. De deur gaat open en een dokter komt naar binnen.
“De operatie is goed gegaan, er zitten nu pinnen in je rug om het stabiel te houden. Als alles goed herstelt kunnen deze er over een paar maanden weer uit,” vertelt de dokter haar. De woorden dringen langzaam tot haar door. De operatie is goed gegaan. Ze zucht diep, een golf van opluchting overspoelt haar. Ze is niet verlamd. Haar rug zou tijd nodig hebben om te herstellen en ze moet opnieuw leren hoe ze haar rug moet gebruiken. Een gedachte blijft knagen, ergens ver weg in haar gedachten: dit zou niet de laatste keer zijn.