Van een druk maatschappelijk leven, terug naar een eenzaam bestaan.

Van een druk maatschappelijk leven, terug naar een eenzaam bestaan.

De kleine witte bus met blauwe letters aan de zijkant staat al de hele nacht op de parkeerplaats voor haar huis te wachten. Het is donderdagochtend en Mevrouw Binsbergen doet de deuren van de SRV-wagen open en begint met het inladen van de nieuwe vracht die die ochtend is binnen gekomen. Dit doet ze nu al een paar jaar. Elke ochtend vroeg opstaan om door elk dorp in de omgeving te kunnen met haar rijdende supermarkt. Samen met haar zoon rijdt ze door de straten. De afgelopen weken gaat het steeds minder goed. Klanten zeuren om de prijsverschillen met de echte supermarkten en komen steeds onvriendelijker de wagen binnen. Na weer een aanvaring met een klant zegt haar zoon; ‘’ Ik stop ermee. Dit is nu al de zoveelste keer dat we geïrriteerde klanten in onze wagen krijgen. Ik ben er nu wel klaar mee.‘’ en stapt vervolgens uit de bus en gaat weg. Mevrouw Binsbergen blijft alleen achter en sluit met een verdrietig gevoel de bus ’s avonds af. Ook de volgende ochtend komt haar zoon haar niet meer helpen, vanaf toen wist ze dat dit steeds lastiger ging worden om de wagen te onderhouden. Ze heeft geen rijbewijs, en kan doordat haar voeten steeds slechter worden niet alles in haar eentje onderhouden. Na een paar maanden besluit ook zij dat het beter is om te stoppen met de SRV-wagen.

Het is nu ook weer donderdagochtend. Maar mevrouw Binsbergen gaat niet meer de deur uit om te werken of zelf boodschappen te doen. De geur van koffie komt haar tegemoet, wanneer ze met de rollator in haar handen de woonkamer in loopt, waar ze aan tafel gaat zitten. Het tafelkleed met borduursels aan de zijkanten zijn door de vele jaren al helemaal gerafeld en de draadjes hangen los over de eikenhouten tafelrand. Een rijk boeket aan geluiden komt uit de oude radio, die in de slaapkamer staat, en zweeft door de gangen naar de woonkamer. Ze kijkt naar buiten door het raam die aan haar rechter kant zit, naar de mensen die ze altijd rond deze tijd voorbij ziet lopen. Een echtpaar met hun twee hondjes die over de stoep lopen. Ze denkt terug aan vroeger en bedenkt dat alles toen beter was. De mensen waren aardiger en ze kende ook iedereen, dat is de laatste jaren wel anders. De schoonmaakster, die een paar minuten eerder binnen is gekomen, ziet ze één keer per week en spreekt ze verder alleen maar via de telefoon. Ook haar zoon is drukker met zijn eigen leven en komt maar weinig op bezoek. Alleen de mensen van thuiszorg komen haar ’s ochtends en ’s avonds helpen met het aan- en uittrekken van de steunkousen, zodat de pijn voor de rest van de dag wat minder wordt in haar benen. Maar ook die mensen zijn snel weer weg en hebben meestal geen tijd of zin om een praatje te maken.

Mevrouw Binsbergen is 97 jaar en zit al jaren binnen in haar appartement in het dorp Velp, waar ze is opgegroeid. Tegenwoordig komt ze haar dagen door met het maken van puzzels, diamond paintings en het kijken van televisie programma’s en documentaires. Ze is in de tien jaar dat ze binnen zit alleen voor de begrafenis van haar jongste zoon en twee opnames in het ziekenhuis uit haar appartement geweest. Ze had vroeger een kledingwinkel, een SRV-wagen en een snoepwinkeltje waar ze veel liefde en passie in heeft gestoken. Samen met haar twee zonen onderhield ze deze winkels en heeft de handelszaken ook aan hen doorgegeven toen ze er zelf mee stopte. Wanneer ze terug denkt aan vroeger voelt ze dat haar gezicht opbloeit.

Ze rent met een grote glimlach haar kamer binnen. Haar moeder zei een paar minuten eerder: ‘’We gaan weer met de boot op vakantie bij jouw tante in Rotterdam.’’
Ze pakt haar tassen in met de mooiste kleren die ze maar kan vinden, om die te kunnen dragen wanneer ze eenmaal waren aangekomen. De familie Binsbergen gaat zoals altijd met de boot. Vanuit de kade uit Arnhem varen ze naar Rotterdam. De boot danst op de golven, als een geliefde met wie je de wals danst. Haar tante staat haar al op te wachten. ‘’Ha meisje, wat heb ik jou gemist!’’ , roept haar tante wanneer ze van de boot springt op de kade. Ze geeft haar tante een knuffel en bedenkt zich dat ze nooit meer de zoete geur van bloemen zal vergeten, waarnaar haar tante ruikt. Ook de paar gulden die ze van haar tante in haar handen krijgt gedrukt, waarmee ze altijd de honigzoete broodjes bij de Jamin mag gaan halen, zal ze nooit vergeten.
Ook nu niet wanneer mevrouw Binsbergen op een donderdagmiddag in haar appartement in het dorp Velp op de Hoofdstraat aan de vakanties bij haar tante denkt.

De mensen met de hondjes lopen verder, maar mevrouw Binsbergen blijft dag in dag uit binnen zitten. Ze draait zich om naar de onafgemaakte diamond painting waar ze deze ochtend mee bezig was. Dit is hetzelfde concept als schilderen op nummer. Doormiddel van gekleurde vierkanten steentjes, die elk een verschillend symbool hebben, op het overeenkomstige symbool te plakken maak je een afbeelding. Dagenlang kan ze hiermee druk zijn, maar voelt zich lang niet voldaan als een hele dag werken zoals ze vroeger deed.

Ze loopt naar de deur van haar winkel en draait het bordje om, zodat ‘open’ nu van buitenaf te lezen is. Er stromen steeds meer mensen naar binnen, naarmate de zon steeds hoger aan de hemel gaat staan. Het is een gezellige drukte, klanten praten met elkaar over de muziek van de winkel heen en staan op een kluitje bij de pashokjes. De zinnen: ‘’Ohja, dat truitje moet je kopen dat staat je goed’’ en ‘’Die broek kan goed op jouw schoenen’’ hoort ze regelmatig voorbij komen. Mevrouw Binsbergen heeft er haar handen vol aan, maar houdt van het werk. Ze maakt met iedereen een praatje en heeft geen idee van de uren die verstrijken, totdat de klok vijf uur slaat. Na de hele dag op haar voeten te hebben gestaan voelt ze ze kloppen wanneer ze eindelijk kan gaan zitten. Met een zelfvoldane gezicht zakt ze op een stoel in haar woonkamer, dezelfde stoel waar ze nu ook in zit en aan dezelfde tafel met de borduursels op het tafelkleed. Het voldane gevoel verdween naarmate de jaren verstreken. De maatschappij veranderd met de mensen erbij. De gezellige drukte veranderd in mensen die zeuren om de prijs en hebben geen tijd of zin meer om een praatje met haar te maken. De concurrentie in kledinghandels stijgt en het wordt steeds lastiger om de zaak te onderhouden naarmate haar voeten steeds meer pijn gaan doen. De enige oplossing voor mevrouw Binsbergen is de kledingwinkel verkopen.

Nu ze op deze donderdagmiddag alleen aan haar tafel zit, voelt het gemis van die bezigheden van vroeger. De vele mensen om haar heen, de drukke dagen die snel omgingen en vooral niet het eenzame gevoel. Het begint als een steek in haar hart die uitspreid naar haar vingers, als ze denkt aan hoe eenzaam ze de dagen doorkomt. De klok tikt als de snelheid van een slak, waarbij elke minuut een uur duurt.

Er waren avonden waarbij haar buren nog langs kwamen om een potje te kaarten en koffie te drinken.
De buurman van een paar deuren verder neemt zijn zelfgemaakte appeltaart mee. Je ruikt de geur van gemengde suiker met appel en kaneel door het hele appartement. Eerst een kop koffie met appeltaart en dan paren maken om te gaan klaverjassen. Het was een leuke tijd maar de tijd verstrijkt, van uren naar jaren en de buren komen steeds minder vaak langs.
De zon zakt en het wordt al donker in het appartement wanneer voor de laatste keer de thuiszorg die dag binnen komt om de kousen uit te trekken. ‘’Goedenavond, heeft u een prettige dag gehad?’’ vraagt de vrouw die binnen komt. Mevrouw Binsbergen denkt aan de herinneringen die ze vandaag naar boven heeft gehaald en glimlacht. ‘’Ja, Ik heb vandaag aan vroeger gedacht toen…’’ De vrouw kijkt wat schuldig als ze zegt: ‘’ Oh sorry mevrouw Binsbergen, maar ik ben al laat voor de volgende. Slaaplekker.’’ Mevrouw Binsbergen trekt een grimas en voelt zich in een klap weer teruggezet in het heden. ‘’Slaaplekker en tot morgen.’’

 

 

About The Author