FLATS: Een intrigerende verwarring

FLATS: Een intrigerende verwarring

Foto door: Lieselot Pol

Afgelopen dinsdag speelde Marte Teuben haar debuutperformance FLATS in de Ekko in Utrecht. Ze acteerde en zong in een zelfgeschreven muzikale performance rondom de vraag: ‘Hoe gaan we met elkaar om als we elkaar niet meer begrijpen?’ Een optreden die Nederlandse muziek, geëngageerd cabaret, scherpe taal en een vleugje absurditeit combineert en het publiek achterlaat met een gevoel die ze niet kunnen uitleggen.

Een consistent getik komt uit de zaal, wanneer het voornamelijk jong en alternatief geklede publiek langzaam binnendruppelt. Rode en blauwe lampen verlichten het podium waar Marte en haar mede performer Floor Dijkstra als een soort robots heen en weer lopen. Dit begin laat de kijker al meteen een beetje voelen wat er de rest van de performance gaat zijn: de vraag of je nou eigenlijk begrijpt wat er op het podium gebeurt.

Beide vrouwen zijn gekleed in een rood shirt en binnenste buiten gedragen jeans, een toevoeging die het publiek nog meer in verwarring brengt. Wanneer de zaaldeuren zijn gesloten, stopt het heen en weer geloop. Ineens bevinden de twee zich in een spelletje twister waar ze om en om zeggen wat de ander moet doen om uit de knoop te komen. Beiden voeren nooit de gevraagde actie uit.

Over de span van een uur wisselt Marte tussen dit soort sketches en eigen geschreven nummers. De muziek is afwisselend qua energie, de ene keer staat Floor te springen en dansen op het podium en de andere keer zingt Marte een rustig nummer over hoe je gevoel kan liegen. Deze afwisseling kan rommelig aanvoelen, maar houdt het publiek ook geïnteresseerd. Het niet weten wat je kan verwachten zorgt voor een extra laag aan in het verhaal, dat je op het randje van je stoel laat zitten.

Ze begint hoog in tempo met Voorstelrondje(s). De band speelt deuntjes die doen denken aan experimentele jazz. Met drums, basgitaar en twee piano’s wordt er een gelaagdheid gegeven aan de muziek die het publiek meteen laat dansen. Vooral de bassist lijkt de band te dragen met snelle funky progressies waar de piano en drum dan weer op inspelen.

Bij dit eerste nummer zingt Marte eentonig over hoe ze verschilt van verschillende dingen. Zo is ze traag tegenover een auto en sneller (maar nog steeds traag) tegenover een fiets. Tussen de coupletten door schreeuwt ze gefrustreerd richting het publiek. Dat ze nog niet helemaal comfortabel is met op het podium staan is te merken. De zang voelt wat gehaast en het geschreeuw te twijfelachtig, maar dit herpakt ze snel met het volgende nummer, BLADIEBLAH.

Dit nummer vormt de opzet voor een gesprek dat telkens terugkomt in de sketches. Marte wil Floor’s hulp bij iets waar ze mee zit, maar ze vindt de woorden niet. Sowieso weet ze niet helemaal wat er nou eigenlijk is. Floor probeert te helpen, maar met de weinige informatie kan ze niet zoveel. Deze gesprekken illustreren goed hoe Marte denkt dat elkaar niet begrijpen ontstaat: het heeft niet alleen te maken met de persoon tegen wie gecommuniceerd wordt, maar ook met degene die begrepen wil worden.

Midden in het stuk zit een gedeelte waar Marte een verhaaltje gaat vertellen. In het boek blijkt een script te staan wat de meiden voorlezen. Marte wil telkens dingen duidelijk maken met de aan elkaar vastzittende, niet aan elkaar verbonden lijkende vertellingen. Zo zegt ze: ‘Ik likte aan mijn vingers om te proeven of God bestond, het proefde plakkerig.’ Floor trekt daaruit de conclusie dat dat niks betekend, waarna Marte ineens begint over kikkers en ooievaars en waarom het plakkerig zijn van haar vingers wél iets betekent. De twee begrijpen elkaar wederom niet.

Deze interactie doet erg denken aan de meest recente cabaretshow van Micha Wertheim. Hier leest hij ook voor uit een boek, het boek dat nergens over gaat. Hier lopen verschillende verhalen ook telkens door elkaar zonder eigenlijk een einde te hebben. Een andere overeenkomst is dat het stuk in scenes is opgedeeld. Zowel Micha Wertheim als Marte hebben telkens onderbrekingen waar alles stilvalt en een titel van de eerstvolgende scene op de achter muur van het podium wordt geprojecteerd. Dit geeft het publiek een moment om te ademen en even, maar niet te lang, te verwerken wat er in de vorige scène is gebeurd.

De titel van deze performance is een afkorting. Uit de tekstbundel, die alle teksten van het stuk nog eens op een rijtje zet, wordt bekend waar FLATS eigenlijk voor staat. Fantasie Lacht Als Twijfel Struikelt, een knipoog naar hoe fantasie waardevol is op het moment dat zekerheid uitglijdt. Het hele stuk is het publiek niet zeker van wat er allemaal op het podium gebeurd, laat staan wat het betekent. Maar hierdoor zet het je juist aan het denken. De fantasie wordt geprikkeld om uit te leggen wat je niet begrijpt.

Het is zeker aan te raden om de tekstbundel te kopen omdat, hoe Marte het er mooi in zegt: ‘Dit is een boekje met de teksten om na te lezen, inclusief de woorden die buiten het podium vielen.’ In het katern is alle poëzie op een dadaïstische manier vormgegeven. Woorden druipen van de pagina en overschrijven elkaar. Deze tekstbundel geeft de esthetiek van het stuk perfect weer. Chaotische, poëtische verwarring die je iets wilt leren. Door het na te lezen, wordt het stuk begrijpelijker, de lezer kan zich verdiepen op wat Marte echt wil vertellen.

Hoewel het niet voelt alsof er een duidelijke spanningsboog in het stuk zit, sluit het toch rond af. Beide performers besluiten weer terug te gaan naar de verwarring van het twister spel. ‘Laten we het nog een keer proberen,’ zegt Marte standvastig. Een einde, wat laat zien dat hoe erg we elkaar ook niet begrijpen, we het altijd opnieuw kunnen proberen. Het antwoord op de vraag Hoe gaan we met elkaar om als we elkaar niet meer begrijpen lijkt te zijn: met geduld en begrip, dat is de enige manier hoe je eruit kan komen. Een sterke boodschap in een tijd waar onbegrip vaak de bovenhand heeft.

Over de auteur

Lieselot Pol

In mijn artikelen kan je creativiteit terug vinden, zo ben ik vindingrijk met onderwerpen en invalshoeken. Ik hou ervan om te spelen met oprolbaarheid en tekstopmaak. Mensen en hun drijfveren ontdekken vindt ik heel interessant. Iets schrijven wat iemand mee trekt in het verhaal is mijn doel. Ik kan ook overweg met audio en video.