De manier waarop Nederlanders sporten is in de afgelopen twintig jaar drastisch veranderd. Waar vroeger voetbal, wandelen en zwemmen de populairste bezigheden waren, kiest een steeds groter deel van de bevolking tegenwoordig voor de sportschool. In 2001 deed nog ongeveer 19 procent van de Nederlanders aan fitness. In 2022 is dat aandeel bijna verdubbeld tot ongeveer 37 procent. Die stijging is niet alleen zichtbaar in landelijke cijfers, maar ook in de praktijk van de sportscholen zelf.
Bij de receptie van lokale sportschool, Physic Point, merkt Elise Kuijt , baliemedewerker, op dat vooral jonge mensen massaal de weg naar de fitness vinden. ‘Bijna alle nieuwe aanmeldingen zijn jongeren tussen 18 en 30 jaar,’ vertelt ze. ‘Ze komen niet alleen voor hun conditie, maar ook voor de gezelligheid die onze sportschool biedt. Het is een plek waar veel vrienden samenkomen, en dat zie je duidelijk in het ledenbestand.’ Haar observatie sluit komt overeen met de landelijke cijfers: de grootste groei in fitnessdeelname is te zien bij jongvolwassenen, terwijl ouderen minder vaak een abonnement nemen.
Deze ontwikkeling is ook zichtbaar wanneer je naar de deelname van over de jaren kijkt. Waar wandelen en voetbal lange tijd de grootste sportcategorieën vormden, steeg fitness geleidelijk en nam het in 2022 de leidende positie in. De populariteit van fitness nam niet in één keer toe, maar groeide langzaam, met duidelijke pieken rond de introductie van betaalbare ketens zoals Basic-Fit en Fit For Free. De komst van deze goedkope sportschoolabbonementen, uitgebreide openingstijden en moderne trainingsapparatuur maakte het voor steeds meer Nederlanders aantrekkelijk om een sportschool lidmaatschap te nemen. Hierdoor ontstond een nieuwe sportcultuur waarin binnen trainen steeds vanzelfsprekender werd.
Niet alleen de aantallen, maar ook de samenstelling van de sportende bevolking veranderde. Jongeren domineren nu het sportaanbod in de sportschool, terwijl ouderen relatief minder aanwezig zijn. Onder 18- tot 24-jarigen heeft bijna de helft een actief fitnessabonnement, terwijl bij 65-plussers nog geen 20 procent regelmatig traint. Dit verschil wordt versterkt door sociale trends: jongeren zoeken vaker groepslessen, personal training en gezelligheid in het sporten, terwijl ouderen vaker traditionele buitensporten blijven beoefenen.
De verschuiving naar fitness laat zien hoe sportdeelname een reflectie is van maatschappelijke veranderingen. Behalve gemak en bereikbaarheid spelen persoonlijke motivatie, gezondheid en sociale factoren een rol. Wat opvalt, is dat de sportschool steeds vaker een plek wordt waar verschillende functies samenkomen: trainen, ontmoeten, ontspannen en zelfs werken aan mentale veerkracht. Voor veel jongeren is het onderdeel van een lifestyle geworden.
De data voor deze analyse zijn verzameld via het Mulier Instituut dat jarenlang onderzoek deed naar sportdeelname in Nederland. Tussenliggende jaren zijn geschat in de dataset om de trends doorlopend te maken. De verdeling van leeftijdsgroepen is gebaseerd op nationale gemiddelden, aangevuld met observaties van sportmedewerkers zoals Elise Kuijt.
https://public.flourish.studio/story/3427189/
