Verborgen kunstheld: Irene van der Aart

Verborgen kunstheld: Irene van der Aart

Irene van der Aart (1967) is geboren in Haarlem. Na het VWO ging ze Toegepaste Communicatie studeren in Antwerpen. Ze voelde een bepaalde verwachting dat na het vwo je een wetenschappelijke studie moes gaan volgen. Ze kon goed leren en het was dus geen lastige studie voor haar. Maar ze had geen grote wetenschappelijke interesse, eigenlijk had ze overal interesse in. Daarom ging ze tegelijkertijd ook naar de theaterschool Theater Ten Tog daar begon haar liefde voor theater, zang en cabaret.

Irene is een vrolijke fleurige vrouw met een energie die opvalt. Haar lippen rood gekleurd net als haar haar en vaak een mooie bloemjurk aan. Gevat, intelligent en zó veel energie. Je moet meteen om haar lachen en wilt meer weten over wat ze te vertellen heeft. Dit gebruikt Irene ook zeker in haar werk. Haar hoofd draait overuren en wanneer ze al deze ideeën niet kwijt kan wordt ze onrustig. Ze moet blijven maken, bedenken en spelen.

Het duurde even tot Irene zich volledig op het theater durfde te storten, maar toen ze eenmaal theaterklusjes ging doen is het allemaal snel gegaan. Ze richtte zich volledig op zichzelf en op haar kunnen. Het is essentieel voor Irene dat ze alles zelf maakt en bedenkt, dat zorgt bij haar voor motivatie. Zo schrijft ze elke mail en offerte zelf en moet zelf voor haar werk zorgen.

Irene heeft een periode samen met Paulien Cornelisse een cabaret duo gevormd. Ze leerde elkaar kennen bij een klein kunstcursus van CREA in Amsterdam. Ze hadden dezelfde absurdistische humor die ze dan ook gebruikte in hun cabaretshows. Hoe absurder hoe beter, niks was te gek. Ze deden mee aan verschillende festivals en je moet eigenlijk zo’n festival winnen om echt verder te kunnen als duo. Zolang je niet bekend bent word je niet geboekt en moet je overal zelf achterna zitten. Ze kregen veel lof over hoe absurd ze waren, maar soms miste de rode draad. Dat loste ze op door op het begin een rode draad over het podium te leggen. Op een gegeven moment zijn ze langzaam hun eigen werk gaan doen, als je overal steeds zelf achterna moet is het lastig om steeds weer opnieuw motivatie uit jezelf te halen. Pauline ging stukjes schrijven voor de krant en deed auditie bij de Comedy train en is daar aangenomen. Toen ging het allemaal erg snel bij haar en zag Irene haar ook minder. Ze ging een andere wereld in, dit was soms wel lastig voor Irene. Waar ze samen zo naar hadden verlangd was nu alleen voor Pauline werkelijkheid geworden.


Maar Irene zit nooit stil en ging zich meer verdiepen in kindertheater en cabaret en zorgde altijd dat ze bezig bleef.
En toen ontmoette ze in 2003 haar grote liefde en nieuwe inspiratiebron Gerard. De stadse uitgesproken Irene werd verliefd op de nuchtere boerse Gerard en andersom. Ze maakte haar eerste solocabaret voorstelling over de verschillen tussen de stad en platteland. Ze gaat al jaren op en neer tussen Amsterdam en de Achterhoek. Ze krijgt haar eigen publiek. En start een eigen solocabaret carrière. In 2007 is haar eerste avondvullende solocabaretvoorstelling in première gegaan ‘Groots en Meeslepend’. Later gevolgd door de plattelands voorstelling ‘De boer op’ en haar voorstelling ‘aanmodderen’ is eind 2015 in première gegaan. Voor deze voorstellingen kun je haar nog steeds boeken.

Ook schrijft ze columns over boerenleven met een relativerende knipoog. Ze besloot op een dag om de Gelderlander op te bellen en zei dat ze graag een column over dit onderwerp wilde schrijven voor de Gelderlander. Ze moesten meteen al om haar lachen en nodigde haar uit om langs te komen. En zo is het schrijven langzaam in haar leven gerold. Eerst een column elke vijf weken en nu elke week een column in de Gelderlander. Irene is trots op haarzelf dat ze dit zelf voor elkaar heeft gekregen. Het is ook een grote bron van PR, als mensen elke week iets van je lezen blijf je beter hangen. Gewoon doen is dan ook de grootste les die ze hieruit heeft gehaald en die ze wilt meegeven.

Ze schrijft dan ook twee boeken over dit onderwerp. Het eerst boek heet ‘De boer op’. Op haar website omschrijft ze haar boek als: ‘De Boer op gaat over kringfeestjes, ‘buurt vragen’ en gemoedelijkheid op het platteland, koeien verplaatsen, nageboortes opvangen en trekker rijden. Over de hufterigheid, de coaches en cafés met verse muntthee van de stad. Over achterdocht en vooroordelen. Over het beste van twee werelden en de waarheid over het leven met een boer.’’
Ze speelt deze voorstelling nu al jaren en past het soms aan waar zij denkt dat het nodig is. Ze wordt vooral geboekt in de hoeken van Nederland waar de boeren te vinden zijn.

Haar tweede boek ‘Uitgemolken’, had hetzelfde thema, maar een andere invalshoek. Er veranderede namelijk iets ingrijpends in het leven van haar boer: De boer boert niet meer, door de nieuwe regelgeving van ‘planetproof melken’. Met veel humor schrijft Irene over hoe het is om te stoppen met boer te zijn en dit met een bedrijf dat al generaties in de familie van boer zit.

Hoe ziet een week van Irene er eigenlijk uit? Dit is bijna niet op te schrijven, elke week is anders. Ze geeft kindervoorstellingen en maakt improvisatie theater met Opmaat. Zo heeft ze laatst een improvisatie voorstelling gespeeld voor een huisartsen post, die allemaal moesten huilen van het lachen. En dan speelt ze weer voor een ander bedrijf of een school en ga zo maar door. Ook speelt haar eigen voorstellingen en blijft vernieuwen. Ze werkt soms opeens zeven dagen achter elkaar aan. Voor haar voorstellingen doet ze alles zelf, neemt haar eigen decor mee en plant alles zelf in. Soms is het lastig te zien wat ze de komende maanden gaat doen. Ze heeft niet de zekerheid van een tour door het land en het jaar erop nog een. Ze moet voor haar eigen werk zorgen. Ze werkt met verschillende groepjes mensen en heeft een groot netwerk opgebouwd. Elke week is weer een uitdaging en zit vol met vernieuwing. Voor improvisatie moet je altijd alert zijn en scherp, zo moet ze zich ook altijd goed inlezen over de onderwerpen en de bedrijven waar ze optreedt. Maar ze vindt het niet erg om zich te verdiepen in nieuwe werelden en dit te gebruiken voor haar optredens. Ze reist het hele land door met haar autootje en veel rust is er niet. Maar daar houdt ze ook niet van.

Haar goede vriendin Diana ziet haar ook nooit stilzitten. Ze vertelt over hoe Irene een soort aangedreven motor is die niet stopt. Ze kan altijd doorpraten en weet overal wat van. Er is bijna niemand waar ze zo hard om kan lachen. Ze is dan ook een trotse fan van al haar shows en wanneer ze weer ergens optreedt is Diana erbij. Diana kan het vaak allemaal niet meer bijhouden waar Irene zich bevindt of wat ze nu weer aan het doen is. Maar ziet de passie op haar gezicht als Irene erover praat. Dat is al zo hoe lang ze haar kent en Diana verwacht niet dat dit ooit zal veranderen.

In de toekomst wil Irene dan ook nog graag een nieuwe voorstelling maken. Ze speelt ‘de boer op’, nu al 15 jaar. Nu verandert ze wel stukken en gebruikt ze bijvoorbeeld huidige gebeurtenissen uit ‘Boer zoekt vrouw’, om de voorstellingen actueel te houden.
Maar Irene heeft ook een grote passie voor zingen en wilt heel graag cabaretvoorstellingen maken waar ze dit nog meer in kwijt kan. Ze schrijft nu al liedjes en schrijft ideeën op. Het liefst wil ze ook voor een groter publiek gaan spelen, maar dit kan lastig zijn. In de Achter hoek kennen ze Irene wel, maar als ze ‘De boer op’ in Amsterdam speelt heeft het waarschijnlijk een ander effect. Ze heeft het onderwerp platteland ergens nu wel uitgemolken, vandaar ook het boek ‘uitgemolken’. Maar alles moet toch weer volledig uit haarzelf komen er is niemand die een deadline voor haar stelt. Irene verteld ook dat iets eigenlijk nooit helemaal af is, je kunt het altijd nog veranderen. Maar je moet op een gegeven moment toch gaan spelen en de knoop doorhakken.
Zo noemt ze nog tallozen ander ideeën die ze heeft en wat ze nog allemaal wil doen.
De stop zit er nog lang niet op Irene.

Ze is trots dat ze zo veel voor haarzelf heeft opgebouwd, het is niet altijd makkelijk om als ZZP’er rond te komen en je eigen werk te vinden in deze sector. Nu heeft ze misschien niet de grote bekendheid waar ze vroeger van had gedroomd, maar ze heeft alles in de praktijk geleerd en blijft leren. Ze is niet uit het veld te slaan en Irene is zelf zeker nog lang niet uitgemolken.

Over de auteur