Om succesvol te zijn in de quadcross moet je niet alleen snel en behendig zijn, maar moet je ook veel technieken beheersen. Deze technieken gebruik je bij het nemen van bochten en heuvels, en zijn van cruciaal belang, want hoe beter je de technieken beheerst, hoe sneller je rondje op de crossbaan is. Nederlands kampioen quadcross Tim van Wee legt uit welke technieken er komen kijken bij quadcross, en benadrukt dat je “nooit uitgeleerd bent”.

Quadcross is een relatief onbekende sport in Nederland. Het is een vorm van off-road racen waarbij deelnemers tegen elkaar strijden op een ruw parcours, vaak een zandondergrond, met heuvels, bochten en andere obstakels. Het lijkt heel erg op motorcross, alleen wordt er niet met motoren, maar met quads geracet. Je kan ook wel zeggen dat het een vorm van motorcross is. In de motorcross, ook wel motocross genoemd, zijn er namelijk verschillende categorieën. Zo heb je verschillende raceklassen voor motoren waarbij de rijders worden ingedeeld op de cilinderinhoud van de motorfiets, wat wordt afgekort met cc. Maar je hebt ook de motorcross categorie zijspan, waarbij wordt gereden met een motorfiets met zijspan, en de categorie quads – wat dus ook wel quadcross wordt genoemd. Deze twee categorieën vallen ook onder de Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging (KNMV).

Hard trainen om Nederlands kampioen te worden

Het hoogste kampioenschap dat door de KNVM georganiseerd wordt, is het Nederlands kampioenschap quadcross. In 2023 werd Tim van Wee kampioen in deze klasse, en sindsdien mag hij zich Nederlands kampioen motorcross bij de categorie quads noemen.

De twintigjarige Tim van Wee reed voor het eerst op een quad toen hij vier jaar oud was. Hij begon met het rijden op een kleine quad in een weiland in de buurt van zijn ouderlijk huis. Tim vond het zo leuk dat hij samen met zijn vader steeds meer en serieuzer ging trainen en op een crossbaan in Nunspeet ging rijden. Hij startte met het rijden van wedstrijden, waarvoor hij samen met zijn vader het hele land door heeft gereden. Vorig jaar reed hij het NK Quads en wist hij zich te kronen tot Nederlands kampioen.

Om dit te bereiken, heeft Tim veel ervaring opgedaan in andere raceklassen, zoals in het regionale Betuwe kampioenschap voor quads. Daarnaast heeft hij ook vanaf zijn achtste – toen hij begon met wedstrijden rijden – wekelijks hard moeten trainen, met name om de quadcross-technieken, onder de knie te krijgen. “Vroeger kreeg ik les van mijn vader”, zo vertelt de twintigjarige quadcrosser. “Mijn vader reed zelf ook op een quad. Hij leerde mij alles over het rijden op een quad en over de technieken die komen kijken bij quadcross. Nu krijg ik geen les meer van hem, want hij heeft mij alles al geleerd wat hij wist. Ik probeer mezelf nu te verbeteren door met andere quadcrossers te trainen. Tijdens zo’n training zie je hoe iedereen rijdt en wat iemand anders doet. Daar kan je dan van leren.”

Veel verschillende technieken

Om goed te kunnen quadcrossen, is er een combinatie van verschillende vaardigheden vereist. Zo moet je snel en behendig zijn, uithoudingsvermogen hebben, maar bovenal over technische vaardigheden beschikken. Deze technieken hebben veel invloed, want ze bepalen uiteindelijk hoe snel je bent. Tim legt uit welke technieken er allemaal nodig zijn om snel te zijn.

Bochten

Het nemen van bochten is een belangrijk onderdeel van quadcross. Laat remmen is een belangrijk element van een bocht nemen, maar er zijn nog twee andere cruciale elementen. “Als je een bocht maakt, wil je natuurlijk zo veel mogelijk snelheid meenemen als je de bocht ingaat, maar ook bij het uitkomen van de bocht”, zo begint Tim. “Dat kan je alleen voor elkaar krijgen door je gewicht goed te verdelen. Als je een bocht ingaat, is het belangrijk om goed naar de binnenkant van de bocht te hangen met je lichaam, want je quad gaat juist naar buiten duwen. Door het gewicht naar de binnenkant te verplaatsen, val je niet om. Echter wil je ook zo veel mogelijk grip houden, dus hang je ook weer niet te ver naar de binnenkant om druk te houden op de buitenste wielen.”

Foto: Moana Photography

Het gebruik van deze technieken is niet van toepassing op elke bocht. Bij quadcross zijn er namelijk veel verschillende bochten, zoals korte en lange bochten, en bij elke bocht is een andere aanpak vereist. “Bij een lange bocht ga je met je quad van de buitenkant van de bocht naar de binnenkant en dan weer naar de buitenkant. Zo behoud je de meeste snelheid. Een korte bocht probeer je daarentegen in een punt te rijden. Je gaat dan op de bocht af, remt de quad als het ware dood zodat je bijna stilstaat, dan draai je de quad om en zo kan je gelijk weer op je gas”, zo vertelt de twintigjarige quadcrosser.

Het beste spoor kiezen

Bij quadcross wordt er gereden in het zand. Deze zandbaan wordt voor de races geprepareerd door shovels, die de baan zo glad maken dat het net een biljartlaken is. Dit verandert op het moment dat de race van start is gegaan. De quads graven tijdens het rijden met hun achterbanden het zand weg waardoor er sporen ontstaan. Ook hier moeten de quadcrossers rekening mee houden, vooral in de bochten. “Je bent eigenlijk constant bezig met het kiezen van het beste spoor in de bochten”, zo vertelt Tim. “Elke ronde is het kijken en zoeken welke lijn de beste is om te nemen, want je wilt zo min mogelijk last hebben van de hobbels omdat die voor veel tijdverlies zorgen.”

Foto door: Tycho Broekman fotografie

Heuvels

Naast bochten zijn er ook nog andere obstakels op een crossbaan: de heuvels. Ook bij het nemen van deze heuvels komen er allerlei verschillende technieken om de hoek kijken. Er zijn verschillende mogelijkheden om over de heuvel heen te gaan. “Je kan op de heuvel springen, maar dat kost veel tijd omdat je dan ook weer van de heuvel af moet. Of je springt over de heuvel heen, wat sneller is, maar waar veel techniek bij komt kijken”, zo vertelt de quadcrosser.

Foto door: HANS

Tim vervolgt zijn verhaal: “Je moet vooral rekening houden met de wind. Deze wind komt vaak van de zijkant en daar wil je in de lucht een beetje op inspelen door gas te geven en met je lichaam te corrigeren. Je gaat dan tegenhangen, dat doe je net voor de op de helling net voor de sprong. Tegelijkertijd geef je veel gas en dat houd je aan tot in de lucht. Zo ga je mooi en vloeiend over de heuvel heen.”

Maar er is volgens Tim ook nog een andere techniek om goed over de heuvels heen te komen. Hierbij wordt ook rekening gehouden met hoe je neerkomt met je quad, wat volgens de twintigjarige quadcrosser ook erg belangrijk is. “Je kan ook in de lucht remmen. Dat klinkt misschien raar, maar zo krijg je de quad van voor een beetje naar beneden. Op deze manier land je eerst met je achterwielen en dan pas met je voorwielen, dat is de zachtste manier om te landen. Wanneer je met alle wielen tegelijk op de grond komt, is dat slecht voor je polsen en benen”, aldus Tim.

Combinatie van een heuvel en een bocht

Ten slotte is het ook mogelijk dat een heuvel en een bocht snel achter elkaar opduiken op een crossbaan. De rijders hebben volgens Tim ook daar een techniek voor. “Je probeert de quad dan zo dicht mogelijk bij de grond te houden. Dit doe je door je armen te laten werken als een soort veer. Als je aan je stuur trekt, ga je wat meer omhoog, maar je kan ook naar beneden duwen, net als een fietspomp. Dat doe je om de wielen weer gelijk aan de grond te hebben, zodat je gelijk je quad weer kan draaien voor een bocht”, zo vertelt Tim.

“Je bent nooit uitgeleerd”

Ondanks dat Tim al vijftien jaar bezig is met quadcross, en inmiddels Nederlands kampioen motorcross is bij de categorie quads, blijft hij altijd werken aan de technieken, die van cruciaal belang zijn in zijn sport. “Je bent nooit uitgeleerd. Er is altijd wel wat te verbeteren of te verfijnen aan de technieken. Daarom train ik ook met andere quadcrossers, zodat je weer dingen kan leren van anderen, waardoor je ook jezelf steeds kan blijven ontwikkelen.”