Waarom is het zo lastig om de autosport te halen?

Waarom is het zo lastig om de autosport te halen?

Foto: Kartphoto.com

De kartsport is door de Max Verstappen-gekte de afgelopen jaren steeds populairder geworden onder Nederlandse jongeren. Het doel van deze jonge karters is duidelijk: de nieuwe Max Verstappen worden. Echter, halen slechts een paar van hen daadwerkelijk de Formule 1, of überhaupt een carrière in de autosport. Volgens karter Axel Goes, die momenteel rijdt in het Benelux Kampioenschap, hangt het van een aantal factoren af of je de autosport kan halen.

De 21-jarige Axel Goes begon met karten in 2014, toen hij twaalf jaar oud was. Hij begon op de indoorkartbaan in de Kartfabrique in Utrecht, waar hij met zijn kinderfeestje ging rijden. Hij vond het zo leuk dat hij kartles ging nemen. Een klein jaar later besloot hij om samen met zijn vader – die zijn monteur is en ook helemaal gek is van autosport – een eigen kart te gaan kopen en buiten te gaan karten. Destijds had Axel de droom om Formule 1-coureur te worden. “Ja, als klein jongetje ben je naar Formule 1 aan het kijken en dan heb je als doel dat je daar ook ooit wilt rijden”, zo vertelt Axel.

Foto: Kartphoto.com

Verschillende manieren om autosport te bereiken

Axel zijn kartcarrière begon in 2015. Het buiten karten beviel hem zo, dat hij ook mee wilde gaan doen aan wedstrijden. Om wedstrijden te gaan rijden in het karten moet je een licentie bij de Nederlandse Autosport Federatie (KNAF) halen. Deze licentie kan iedereen aanvragen, maar je moet er wel een medische keuring voor doorstaan. Zo wordt onder andere je gezichtsveld en plas gecontroleerd, wordt je bloeddruk gemeten en moet je een formulier inleveren waarop je aangeeft of je medicijnen gebruikt, en zo ja, welke je dan gebruikt. Wanneer je deze medische keuring hebt doorstaan, kan je een licentie kopen bij de KNAF, en kan je deelnemen aan evenementen in Nederland die onder de KNAF vallen en aan evenementen in het buitenland die zijn aangesloten bij de internationale autosportbond (de FIA).

Axel begon in de Formula Briggs and Stratton-klasse, waarna hij overstapt naar de Rotax Max Junior-klasse. Op dit moment rijdt Axel in de Rotax Max Senioren-klasse. In deze klasse werd hij in 2022 derde in het Nederlandse Kampioenschap en zo mocht hij naar het Wereldkampioenschap. Afgelopen jaar reed de karter het Benelux Kampioenschap en het Belgisch Kampioenschap.

Foto: Kartphoto.com

Volgens Axel is zijn route richting de autosport niet dé weg om uiteindelijk een carrière te behalen in de autosport. Het hangt er vooral vanaf waar de ambitie van de rijder ligt. “Ik ben begonnen met kartlessen op een indoor kartbaan”, zo vertelt de karter uit De Meern. “Daarna ga je met een eigen kart verder. Dan begin je vaak bij het nationale kampioenschap en van daaruit ga je verder naar de internationale kampioenschappen. Presteer je daar goed en heb je het budget ervoor, dan kun je kiezen voor een manier van autosport. Waar maakt dan niet uit. Sommigen gaan naar de formuleklassen, terwijl anderen naar de Ford Fiesta- of de Mazda MX5-klasse gaan om ervaring op te doen voor langeafstandsraces.”

Geld speelt een belangrijke rol

Er zijn veel mogelijkheden om de autosport te bereiken, maar daadwerkelijk een carrière in de autosport behalen, is erg moeilijk. Dit heeft vooral het geld te maken. Jonge karters hebben een enorm budget nodig om in de kartsport en in andere opstapklassen mee te kunnen racen tegen de besten. Dit heeft vooral te maken met het dure materiaal dat snel slijt of vervangen moet worden na een crash. “Als je een beetje mee wilt doen, heb je vers materiaal nodig, omdat dat weer meer snelheid op kan leveren. Wij hebben het dit jaar gered met één kart, dus dat bespaart ons al heel veel geld. Maar jongens uit mijn klasse, die ook Europees rijden, hebben gewoon drie of vier keer een nieuwe kart in een seizoen en gebruiken vier motoren”, zo vertelt Axel.

Foto: Kartphoto.com

Daarnaast wordt alles ook steeds duurder naarmate je verder komt in de kartsport. Dit heeft te maken met de betere karts, maar ook met de betere raceklassen waarin je komt te racen. “Als ik kijk naar de klasse waar ik nu in rijd, dan kost een kart 4200 euro, een motor kost 2300 euro en daar heb je er soms meerdere van nodig. Verder moet je nog inschrijfgeld, benzinekosten en kosten voor vervoer betalen, en ik zit bij een team. Dan kom je al gauw richting de 20.000 euro per jaar. In de hoogste kartcompetities, die georganiseerd worden door WSK (World Sport karting), komen mensen zelfs met tonnen om een jaar te mogen rijden”, aldus Axel.

Maar ook in de opstapklassen na het karten kost het een vermogen om een zitje te bemachtigen. Axel wilde vijf jaar geleden proberen om in de Formule 4 te gaan racen, maar zag al snel dat dat erg lastig ging worden. “Een zitje bij Van Amersfoort Racing in de Formule 4 was destijds 350.000 euro, en dan kon je ook echt bijna niks kapotrijden, want je hebt een eigen risico van 5000 euro die je elke keer moet betalen. En als je in de Formule 3 bij een redelijk tot goed team wilt komen, ben je sowieso al rond een miljoen euro kwijt. Dat is voor mij niet haalbaar.”

Sponsoring

De enige manier om aan zulke bedragen te komen, is het hebben van rijke ouders of andere familieleden, of door op zoek te gaan naar grote sponsoren. Axel wordt nu gesponsord door zijn ouders, maar ook door een aantal kleine sponsoren, zoals fysiotherapie Bodyproof, CascoTuin en Netsimpel. Deze sponsoren heeft Axel met zijn ouders benaderd door gewoon bij ze langs te gaan, en ze waren alle drie erg enthousiast. “Deze drie sponsoren wilden graag een bedrag aan mij geven om mij zo te sponsoren”, zo vertelt de karter uit De Meern. “Ze staan op mijn raceoverall, op mijn helm en ook op de kart. Zo krijgen de sponsoren ook wat erkenning voor het feit dat ze mij geld geven. Dat is bij kleinere sponsoren vaak zo, dat ze al blij zijn met de aandacht die ze op deze manier krijgen, en dan willen ze graag voor een klein bedrag sponsoren.”

Bij grote sponsoren, die je door de hoge bedragen nodig hebt om echt ver te kunnen komen in de autosport, komen er andere dingen kijken. Om grote sponsoren binnen te halen, heb je niet alleen goede resultaten, maar ook een goed verhaal nodig. “De beste manier om grote sponsoren binnen te halen, is toch vooral door op te vallen, en dat doe je door wedstrijden te winnen”, zo legt Axel uit. “Daar komt ook geluk bij kijken, want je moet soms ook gewoon op het juiste moment op de juiste plek zijn. Of een bedrijf je wil sponsoren, heeft te maken met bepaalde richtlijnen waaraan je moet voldoen en dat verschilt weer per bedrijf. De belangrijkste richtlijn is vooral dat ze willen dat jij een meerwaarde voor hen bent. Als je een bericht stuurt naar een sponsor om een potentieel sponsorschap aan te gaan, dan willen zij wel dat je als sporter hen ook iets te bieden hebt. Dan leg je uit wat je prestaties zijn, waarom ze jou wel moeten sponsoren en leg je uit hoe jij hen beter maakt.”

Axel heeft hier zelf ook mee te maken gehad toen hij in 2019 Formule 4 wilde gaan rijden. “Toen ik bij Van Amersfoort Racing langsging, vroeg ik ook waar ik rekening mee moest houden. Zij zeiden toen dat ik honderd kleine sponsoren kon regelen die allemaal een beetje geld inleggen, maar als je dan een keer veel schade rijdt, dan moet je er wel veel meer geld bij gaan zoeken. Of je haalt drie ton op bij twee of drie grote sponsoren, maar dan moet je wel wat te bieden hebben voor die bedrijven. Ik heb toen ook wat bedrijven benaderd die bij Verstappen waren toen hij zijn eerste wedstrijd won in de Formule 1. Zij vonden het ook erg leuk om te horen dat er iemand Formule 4 wilde gaan rijden. Uiteindelijk hebben zij het niet gedaan omdat ze niet zoveel wilde geven als wij hadden gevraagd”, aldus Axel.

Formule 1-droom laten varen

Inmiddels heeft Axel zijn F1-droom laten varen. Hierin hebben geld, resultaten en leeftijd een grote rol gespeeld. “Laat ik beginnen met dat ik onwijs veel geluk heb dat ik door mijn ouders hun geld überhaupt de mogelijkheid heb om te kunnen karten, want karten is erg duur. Mijn droom van kleins af aan was de Formule 1 bereiken en daar geloofde ik ook in, en mijn ouders wilden mijn droom laten uitkomen. We zijn ook op zoek gegaan naar sponsoren, maar als je je verhaal niet kunt onderbouwen met de resultaten die je behaalt, dan wordt het lastig.”

Axel vervolgt zijn verhaal: “Ik ben nu 21 en de coureurs in de Formule 1 worden steeds jonger. Als je nu bijvoorbeeld kijkt naar McLaren-coureur Oscar Piastri, die is 22 jaar. Dat soort gasten beginnen heel erg vroeg, en ik ben een stuk later begonnen dan dat soort gasten. Ik ben zelf pas op twaalfjarige leeftijd begonnen. De Rotax Max Senioren-klasse, de klasse waarin ik nu rijd, is voor karters die dertien zijn en veertien worden. Ik was zestien toen ik in deze klasse begon en ben nu 21. Dus jongens waar ik tegen rijd, zijn dan wel veertien jaar, maar ze hebben in principe al evenveel ervaring als dat ik heb.”

Foto: Kartphoto.com

Axel blijft doorgaan met karten, omdat racen zijn passie is. Maar hij is tegelijkertijd druk bezig met zijn opleiding grafische vormgeving. Hij wil later een eigen bedrijf beginnen, wat zich richt op grafisch vormgeven en de sociale media van sporters marketen. Dit wil hij gaan doen voor talenten in de kart- of autosport. “Nu beheer ik een sportteam, maar ik wil straks doorgroeien en dan wil ik specifiek met rijders werken. Ik wil dan videografie en fotografie gebruiken om een heel portfolio op te bouwen met webdesign en alles, zodat ik talenten kan marketen. Daarmee wil ik dan actief blijven in de autosport na het karten.”

Over de auteur