Hogeschool Utrecht kent twee topsporters die aan een wel hele bijzondere sport doen: Jiujitsu. Stijn Terhaar is daar één van en studeert fysiotherapie aan de HU. Hij doet zowel fighting als duo jiujitsu: ‘Jiujitsu is een bij elkaar geraapte sport.’

Buurjongen

‘Ik speelde vroeger bij mijn buurjongen, die is een paar jaar ouder dan ik. Daar keek ik een beetje tegen op. Mijn buurjongen zat op judo, en mijn ouders die dachten dat dat wel een leuke sport voor mij zou zijn en ze zette mij op mijn vierde op judo in plaats van standaard voetbal.

‘Uiteindelijk begon ik het leuk te vinden’

Op mijn zevende ben ik begonnen met jiujitsu. Medailles winnen vond ik altijd heel leuk en toen heeft mijn trainer Barry mij overgehaald om jiujitsu te doen. Eerst vond ik dat stom en wilde ik dat niet, maar toch gaan proberen, paar lessen meegedaan, en uiteindelijk begon ik het leuk te vinden.’

Studie en sport combineren

‘Ik train elke dag, behalve op de zaterdag. Af en toe wel krachttraining op zaterdag om dat bij te houden, maar dat probeer ik echt op een andere dag in de week te doen. Op de woensdag doe ik dan mijn Papendal training. Ik train in de avond, dus zo probeer ik dat te combineren met mijn studie. Ik heb mij ingeschreven voor de topsportklas en daardoor heb ik een aangepast rooster, wat echt fijn is. Als ik van mijn vrienden hoor wat die allemaal hebben, dan denk ik wel echt: ‘’Gelukkig, dit had ik anders niet vol kunnen houden met studie en sport erbij.’’

Ik zit in de klas met andere topsporters en we zitten maximaal tot één of twee uur op school. Tot nu toe gaat dat allemaal wel goed. Het is wel lekker dat ik met anderen in de klas zit die hetzelfde hebben. Je kunt er met iedereen over praten, iedereen heeft hetzelfde gevoel of zelfde stress over het studeren in combinatie met sport.’

Bij elkaar geraapt

Fighting is het trappen en stoten, een soort judofase, en op de grond. En duo is een soort van demonstratie. Je laat daar eigenlijk de technieken zien van het oude jiujitsu, het traditionele jiujitsu.

‘Eigenlijk zijn het twee verschillende sporten’

De Japanners noemen dat ‘kata’, ofwel gevechtsvormen. Je hebt in de duo vormen vaste aanvallen, en daaromheen mag je je eigen verhaal bedenken. Op die manier laat je series zien, en op basis van jury krijg je een bepaald cijfer.

Ik ben toch meer een vechter, het duo is eigenlijk ingestudeerd. Je raakt elkaar nog steeds aan, maar je weet wat er gaat gebeuren. Fighting is een wedstrijd met een ander persoon, en dan moet je gewoon echt vechten. Eigenlijk zijn het twee verschillende sporten.’

Toekomst

‘Volgend jaar heb ik een trainingskamp in Zweden, en daar komen andere landen, zoals Duitsland, België, Zweden, ook naartoe. Daar gaan we met zijn alle drie dagen lang trainen. Begin april heb ik weer het EK in Roemenië. Daar ben ik denk ik wel voor geselecteerd, want ik heb goed gepresteerd dit jaar. Later in het jaar is er nog het WK, maar of ik daarvoor word geselecteerd zien we later.’

Sponsoracties

‘Ik moet helaas zelf alles bekostigen. En je krijgt er niet zoveel voor terug, behalve de ervaringen, de eer en een medaille. We doen veel acties op de club met mijn trainer en mijn teamgenoten, zoals bijvoorbeeld een spinning marathon, wat we laatst hebben georganiseerd.

‘Dan wordt het een soort sport voor rijke mensen, terwijl het dat totaal niet is’

Of een dans clinic van vijf dagen, met een dansleraar. Daar hebben we 3000 euro opgehaald. Daarnaast helpen mijn ouders ook mee en heb al die tijd ook zelf gewerkt.

Op dit moment lukt het allemaal wel, maar als je het wat krap hebt dan kan ik mij voorstellen dat jiujitsu niets voor jou is. En dat is wel jammer, dan wordt het een soort sport voor rijke mensen, terwijl het dat totaal niet is.’