Kimberly Collard (21) speelt voor de Utrecht Dragons en is international in het Nederlands dames ijshockeyteam. Een interessant verhaal, maar hoe is het om de vader te zijn van een dochter die je land vertegenwoordigt bij interlands en op toernooien? In dit interview spraken wij met Stefan Collard, vader van Kimberly en voormalig jeugd internatioal ijshockey, tijdens een wedstrijd van zijn dochter.
Zelf bent u ook ijshockeyer geweest. Op welk niveau bent u uitgekomen?
‘In Nederland heb ik op het hoogste niveau gespeelt. Ik heb ook in het buitenland gespeeld en toernooien meegemaakt met jong oranje. In Nederland was de regel: ‘Als je niet op het hoogste niveau speelt, mag je ook niet voor het nationale team uitkomen’. Ik heb de hele jeugdopleiding in de nationale selectie doorlopen, en meestal zelfs ook de aanvoerder, maar toen ik oud genoeg was voor het landelijk team uit te komen stopte mijn vader met zijn winkel. Hij vroeg mij en mijn broer en ik de winkel over wilde nemen, toen kwam voor mij de keuze of maatschappelijk, of de sportieve kant op te gaan. Ik besloot toen terug naar Utrecht te gaan en ben derde divisie gaan spelen, dus hield het nationale team voor mij op.’
U gaat mee naar alle wedstrijden. Welke wedstrijd zal u voor altijd bijblijven van Kimberly?
‘Nou, ik ga niet naar alle wedstrijden hoor, maar wel zoveel mogelijk. Maar wat ik heel bijzonder vond is de jeugd olympische spelen. Dat was iets wat ik niet snel meer vergeet. Het was zo’n enorme happening en leuk. Kim was toen ook de vlaggendrager en ze hebben de zilveren medaille gehaald, dus dat was heel bijzonder om mee te maken. Natuurlijk was ik ook heel trots als ouder, want het was niet iets wat je zomaar meemaakt.’
Merkte je een groot verschil in kwaliteit spel tussen het eerste en derde niveau?
‘Zeker! In elke divisie zie je gewoon dat er een verschil in zit. Tegenwoordig heb je de Beneliga en de eredivisie. De eredivisie is een superleuke competitie met teams die tegen elkaar battelen, maar als je dan kijkt naar de Beneliga gaat het spel sneller en komen er echt de beste teams in uit.’
Doet u zelf ook nog iets voor de club, of bent u momenteel meer fulltime supporter van Kimberly wanneer ze speelt?
‘Momenteel ben ik fulltime supporter. Ik ben dit jaar begonnen als coach bij een team in Nijmegen, maar inmiddels ben ik dat niet meer. Acht jaar lang ben ik de coach geweest van het onder-14 nationaal team en ook bij de Utrecht Dragons heb ik veel gecoacht en getraind. Maar nu voornamelijk lekker bij Kim kijken en hetzelfde bij mijn zoon die in Heerenveen speelt.’
Hoe is Kim voor de wedstrijd? Maakt ze dan een gespannen indruk of is ze juist lekker relaxed?
‘Ze doet lekker haar eigen ding. In haar eigen wereldje op d’r gemak. Ze weet wat ze moet doen voor haarzelf is vrij relaxed daarin. Ik weet ook niet of ze een bijgeloof of ritueel heeft voordat ze een wedstrijd gaat spelen, dat is me nog niet echt opgevallen. Kim heeft twee jaar in Canada gespeeld en daar was ik dan niet bij, maar sinds ze weer thuis woont en oud en wijs genoeg is om zelf dingen te regelen heb ik haar nog niet kunnen betrappen op iets wat lijkt op een bijgeloof.’
Hoe is Kim na een verloren wedstrijd? Is ze dan lang chagrijnig of zet ze zich er snel overheen?
‘Het ligt er een beetje aan hoe ze zelf gespeeld heeft. Als ze zelf het idee heeft dat ze er niks aan kon doen bij een verliespartij, dan is ze er wel ziek van. Maar minder ziek dan als ze zelf fouten heeft gemaakt die geresulteerd hebben tot een verloren wedstrijd.’
Kim heeft dus al een hele imposante loopbaan achter de rug als ijshockeyer. Hoe heeft Kimberly zich ontwikkeld door de jaren heen?
‘Ja goed. Toen ze begon met ijshockey was haar niveau wat minder en deed ze het voornamelijk voor de lol. Helemaal prima, tot ze een keer mee mocht op trainingskamp van de onder-18 meisjes. Daar kreeg ze te horen dat als ze er een tandje bovenop zou doen, ze aan mocht sluiten bij dat team. Dat heeft haar wel getriggerd. Op een gegeven moment wilde ze ook op een vechtsport om sterker te worden. Ook dat deed ze heel erg goed en had ik haar verder in willen zien doorgroeien, maar ze besloot zelf door te willen met ijshockey. Vanaf dat moment hebben we een stijgende lijn gezien. Dat resulteerde in dat ze in het buitenland mocht spelen.’
Een paar weken geleden spraken wij met Kimberly haar trainer, Robert Herkenraad, die vertelde dat hij haar liever als verdediger opstelt dan als aanvaller, wat Kimberly liever heeft. Op welke positie ziet u Kimberly het liefst spelen?
‘Ik zie haar ook meer als een aanvaller. Ik vind dat Kim aanvallend sterker is dan als verdediger. Een nadeel is dat ze te vroeg instapt, dus dat is iets wat ze zou kunnen verbeteren. Maar ze heeft haar hele leven als aanvaller gespeelt, dus ik vind dat ze op die positie beter uit de voeten kan. Je hebt natuurlijk het aanvallende aspect en het verdedigende aspect. Het aanvallende aspect van verdedigen is ze goed in, met haar overzicht, de passing, controle en het schaatsen, maar verdedigend heeft ze ook wat minpunten. Nu speelt ze tegen een kwalitatief minder team, dus kan ze aanvallender spelen dan tegen sterkere tegenstanders.’
IJshockey is echt een wintersport en niet iets dat je even in de achtertuin kan doen zomers zoals voetbal, basketbal of badminton. Hoe train(d)en jullie als het seizoen stil ligt?
‘Wij hadden altijd een goaltje in de tuin waarop ze konden schieten. Met de eigen sticks, een puck en een gladde plaat. En dan lekker veel schieten. Zo oefen je op een beter schot creëer je een beter controle. Daar hebben Kim en haar broer veel op getraind. Helemaal haar broer vond het leuk om daarop met zijn kleine zusje te spelen.’
Wil je zelf nog iets kwijt over Kimberly en het ijshockey?
‘Wat ik leuk vind aan Kim is dat ze, nu ze ouder is geworden, echt een voorbeeld wilt zijn voor de jongere meiden. Ze doet nu ook een opleiding tot leraar en vind het ook leuk om met kinderen om te gaan en ze beter te maken. Helemaal nu ze in het echt damesteam zit en ze de jongere meiden kan motiveren. Dat siert haar. Na haar carrière zie ik haar ook wel in het trainerschap verschijnen.’