Van accountant tot dakloze: de 68-jarige Wim zou nooit meer terug willen naar zijn oude leven

Van accountant tot dakloze: de 68-jarige Wim zou nooit meer terug willen naar zijn oude leven

Wim afgebeeld bij de opvang aan de Keulsekade (Foto: Louka van Mechelen)

Er zijn in Utrecht 4500 daklozen waar Wim er een van was. Hij werd na het verlies van zijn baan 7 jaar geleden dakloos. Een jaar nadat hij dakloos werd is hij begonnen met vrijwilligerswerk bij WIJ030. Inmiddels woont hij in een studio in Utrecht-West en werkt hij als vrijwilliger bij Utrecht Underground waar hij stadswandelingen geeft en is hij vrijwillig beheerder hij bij de opvang aan de Keulsekade.

Baan kwijt

Ik was accountant, dat heb ik 46 jaar gedaan. Ik vond het leuk maar het kan niet tippen aan dat wat ik nu doe. Dát waren cijfers, nu ga ik met mensen om. Ik ging coke gebruiken en was niet meer gemotiveerd om te werken. Als je gaat gebruiken, denk je er niet aan dat je verslaafd raakt. Het werd op een feestje aangeboden en dan denk je dat je het allemaal wel in de hand hebt maar dat blijkt dan niet zo te zijn. Op mijn 62ste ben ik met vroegpensioen gegaan omdat ik dakloos werd en mijn baan kwijtraakte. Het moment dat je je baan kwijtraakt val je toch in een zwart gat, dan is het heel moeilijk om terug te komen. Toen ik verslaafd was aan cocaïne kon ik gelukkig niet stelen, daar was mijn opvoeding te goed voor dus toen het geld op was, was mijn verslaving ook over. Dat is natuurlijk wel mijn redding geweest. Ik was genoodzaakt een bewindvoerder te nemen omdat ik schulden had. Al mijn geld gaat naar de bewindvoerder, die maakt 50 euro per week naar mij over. Al 7 jaar lang. Over 1,5 jaar ben ik daarvan af.

Op straat

Je staat ineens op straat en dan denk je niet, je komt in een rollercoaster terecht. Je probeert dan wel aan een woning te komen, maar dat lukt gewoon niet, die zijn er gewoon niet. In Utrecht is de wachttijd voor een sociale huurwoning 12 jaar. Mijn vrienden en kennissen ben ik mede daardoor allemaal kwijt, dat gaat automatisch want ze kunnen niet bij je langskomen en jij kan niet naar hun toe gaan. Ik had vroeger heel veel vrienden maar om wat ik hád. De paar die ik nu heb, die heb ik om wie ik bèn en dat is niet met geld te koop.

 

Niemand is minder, een dief is een dief

Dat mensen daklozen ook gewoon als mensen zien, zou zo erg helpen. Toen ik mijn huurcontract tekende voor mijn studio was er maar 1 exemplaar, want “daklozen hebben geen kopie nodig” zeiden ze. Als je er mee geconfronteerd wordt, moer je iemand als medemens behandelen. Je hoeft niet te stigmatiseren. Er is een kleine groep daklozen die steelt, die zien er verwaarloost uit en die bezorgen overlast en dat stigma wordt op alle daklozen geplakt. Ik vind: niemand is minder als mens maar ik vind wel, stelen is ontoelaatbaar. Als iemand wordt gepakt voor winkeldiefstal vind ik dat terecht. Ik veroordeel die mensen op zichzelf alleen niet. Je weet nooit wat voor problemen mensen hebben waardoor ze dingen doen die ze anders nooit zouden gaan doen.

2 euro

Ik vind in ieder geval dat mensen niet moeten oordelen op wat ze zien. Wij weten alle twee niet wat voor een problemen iemand misschien heeft. Ik vind bedelen in ieder geval een eerlijke bezigheid. Hij zou ook kunnen kiezen om fietsen te gaan stelen of zoiets. In die zin kijk ik niet minder tegen zo iemand aan als tegen wie dan ook. Ik heb een keer meegemaakt met een hulpverleenster dat we koffie zaten te drinken op terras. Er komt een man aan die vraagt om 2 euro voor de nachtopvang, zij pakt haar portemonnee en geeft die man 2 euro. Ik zei tegen haar: “jij kent hem, en ik ook. Je begrijpt wel dat dit geld niet naar de nachtopvang gaat maar aan andere dingen.” Toen zei ze “Moet je eens luisteren Wim, ik geef hem 2 euro, als hij dat aan de nachtopvang besteedt is mijn doel bereikt, besteedt ie het aan andere dingen, moet je maar zo denken, er is geen enkele dakloze met een spaarrekening, dus dan hoeft die die dag 2 euro minder te stelen.” “Dan nog wat, als jij naar een verjaardag gaat en je geeft de jarige een tientje, zeg je er dan ook bij waar die het aan uitgeven moet?” “Of als je een tientje op de rekening van het Rode Kruis stort, weet jij dan precies waar het naartoe gaat?” Ze zei: “Als je geeft, moet je het met je hart doen en anders moet je het niet geven.” En dat vind ik ook.

Mooie dingen

Met de meest onverwachte dingen zijn er mensen die mij helpen. Dat was vroeger niet nodig dus dat maakte ik niet mee. Ik heb iemand met een wandeling (van Utrecht Underground, Red.) ontmoet en die belde me twee weken later op met de vraag wat ik die avond ging doen. Toen ik zei “niks” nodigde hij me uit om die avond bij hem te eten, en sinds die avond nodigt hij me elke week uit om met zijn gezin mee te eten. Soms geeft hij me dan ook wat maaltijden mee voor de rest van de week, want koken doe ik niet. Ik ga vaak ‘s avonds rond een uur of negen naar de appie om van die stoommaaltijden te halen. Dat eet ik dan, en ’s ochtends eet ik Brinta.

Kijk op het leven

Ieder moment van je leven moet je gegeven de omstandigheden proberen het beste van te maken. De een stelt andere doelen in zijn leven dan anderen. Ik stel geen doelen, ik leef. Ik heb een mooi leven. Kijk, op het moment dat je iets nastreeft, en het lukt niet, dan heb je een probleem. Als je gewoon probeert met de dingen en de mogelijkheden die er zijn er wat van te maken, dan heb je een goed leven.

Lessen

Ik heb geleerd dat dakloze mensen ook mensen zijn, voordat ik dakloos werd, wist ik bijna niet dat deze wereld bestond want ik werd er nooit mee geconfronteerd. Je weet niet wat voor soort leven dat het dan is want je ziet alleen de buitenkant. Dakloos zijn is een uitdaging, en er uitkomen is een uitdaging. Dat ik sta waar ik nu sta is de afgelopen jaren een uitdaging geweest. Ik heb de laatste zeven jaar de mooiste dingen van mijn leven meegemaakt, ik zou eigenlijk niet meer terug willen naar mijn oude leven.

Als ik mensen ervan kan overtuigen dat dakloze mensen ook mensen zijn, dan is mijn missie gelukt.”

Over de auteur