Zilveren Camera winnares Tjitske Sluis over het begin van haar carrière: ‘Ik wilde klein beginnen zodat ik ook ruimte had om te leren’
Op uitnodiging van de studenten van de minor Fotojournalistiek en Beeldredactie, komt Zilveren Camera winnares Tjitske Sluis langs om hun eindexpositie te openen. Sluis is alumna van de School voor Journalistiek en heeft de minor Fotojournalistiek zelf ook gevolgd. Hoe heeft de SvJ Sluis geholpen tot de persoon die ze nu is?
Foto: Sil Moison
Dit artikel is geschreven door Sil Moison.
Hoe is het om weer terug te zijn op je oude school en bij de minor die je ook ooit hebt gevolgd?
‘Superleuk! Ik vind dat de Minor Fotojournalistiek en Beeldredactie echt heel inspirerend en uitdagend is. Ik was onderdeel van de eerste lichting die de minor deed, er was toen nog geen plan. We moesten bijvoorbeeld een keer een fotoreportage maken en toen we die af hadden werden de foto’s op tafel gelegd en kregen we feedback. Alleen konden we met die opmerkingen niet zoveel. Daarnaast werd verwacht dat je de technische aspecten van fotografie zelf al kende en hoe je een verhaal opbouwt werd sowieso niet besproken. Maar nu ligt het niveau een stuk hoger. Ik kan zien dat er mensen zijn die aanleg hebben, dat er goed is nagedacht over de onderwerpen en hoe dat uitgewerkt kan worden. Tevens was er veel nieuwsgierigheid en werd er naar mijn feedback gevraagd.’
Heeft de School voor Journalistiek je geholpen in het zijn van een fotojournalist?
‘Ik werk veel voor Trouw en die willen graag een stukje tekst van tweehonderd woorden over het onderwerp van een bepaalde foto(serie). De essentie vatten van het onderwerp is erg lastig, maar ik merk dat Trouw heel blij is met hoe ik dat doe. Ik heb er ook plezier in, daarom doe ik dit eigenlijk overal waar ik werk. Voor UWV heb ik bijvoorbeeld een portretserie gemaakt waarin ik de mensen zelf ook heb geïnterviewd, daar schreef ik wel vierhonderd woorden bij. Je leert ook over ethiek op de SvJ en soms merk je wel dat fotografen – die vanuit hun hobby zijn gaan fotograferen – dat stukje net missen: Wat publiceer je wel en wat publiceer je niet? Of iemand die daklozen gaat fotograferen zichzelf de vraag moet stellen: Wat hebben de daklozen hier aan? Op de School voor Journalistiek ben je daar veel mee bezig: ethiek, schrijven en wordt er gehamerd op de wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.’
Foto: Sil Moison
Wat zijn de stappen die je hebt gezet na de School voor Journalistiek?
‘Ik ben begonnen als freelancer bij dagblad De Limburger. Ik wilde klein beginnen zodat ik ook ruimte had om te leren. Dat past ook goed bij mij, want ik ben een diesel die lang moet lopen en dan word ik op een gegeven moment wel warm. Dat heb ik een aantal jaar gedaan totdat ik bij GPD ging werken, dit is een persbureau voor regionale kranten dat niet meer bestaat. Ik ben toen als fotograaf begonnen bij het Utrechts Nieuwsblad, maar toen die gingen fuseren met het AD heb ik de journalistiek een beetje achter mij gelaten. Ik had toen jonge kinderen en kon niet meer 24/7 klaarstaan. Mijn partner werkt ook in de journalistiek en voor hem was het opmerkelijk anders. Als hij zei dat hij niet kon – omdat hij voor de kinderen moest zorgen – dan was de reactie: “Halleluja!”, maar als ik zei dat ik niet kon werken dan was het: “Oké, dan bellen we je niet meer”. De journalistiek was nogal een mannenwereld.’
Hoe ben je daar mee omgegaan?
‘Als je steeds zo’n reactie krijgt, dan is dat het gewoon niet waard. Ik ben toen verder gegaan met bedrijfsreportages en het maken van portretten. Daarnaast werkte ik voor opdrachtgevers als het ministerie van Sociale Zaken – daarvoor maakte ik foto’s van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of mensen in de schuldhulpverlening – maar dan werd ik dus niet een half uur van tevoren gebeld dat ik een foto moest maken. Toen de kinderen ouder waren ben ik wel weer terug de journalistiek in gegaan.’
Hoe voelde dat voor jou, om weer terug te komen?
‘Ik dacht steeds: als ik een goed verhaal heb dan probeer ik wel aan te kloppen. Alleen kwam dat goede verhaal maar niet. Ik had er eerlijk gezegd ook geen tijd voor om over na te denken, want als je een jong gezin hebt dan ben je blij als je de deadlines van je opdrachten haalt en dan denk je s ’avonds alleen maar: “Oh mijn god, hoe doen mensen dit?” Toen mijn jongste vijftien jaar was, ben ik weer eigen verhalen gaan maken. Het was eindelijk het moment om bij die grote kranten aan te kloppen. Trouw heeft toen als eerste de deur opengedaan.’
Foto: Sil Moison
Wat zijn jouw tips voor onze studenten die de fotojournalistiek in willen?
‘Heel veel fotograferen, dat ten eerste. Maar vraag jezelf eens af bij welk onderwerp je het meest op je gemak bent en welk onderwerp je het meest boeit. Als je dat hebt gevonden kun je gaan kijken naar hoe je het vorm geeft. Ga je dan verdiepen in verschillende fotografen, door middel van fotoboeken bijvoorbeeld, zodat je in aanraking komt met verschillende fotografiestijlen. Maar lees je ook in over de huisstijl van grote media. De stijlen verschillen namelijk per krant ook nog eens. Welke stijl werkt het best voor jou en met wat kun je verder? Ga daar mee aan de slag!’