“Boksen zit in je eigen sodemieter”

Aan de Delfgauwstraat in het oude Noorden van Rotterdam, zit de 26-jarige boksschool van Gerard Bok. Het afgelopen jaar is Gerard bijna zijn boksschool kwijtgeraakt, maar door politieke druk en de sociale functie van de boksschool is het voortbestaan tijdelijk veilig gesteld. Een grote opluchting voor Gerard en de tientallen leden van de boksschool. De 78-jarige Rotterdammer kan nu gerust verder gaan met zijn grootste passie, bokstraining geven.

De leden krijgen training van een ware oud-bokser. Gerard is als 17-jarig jongentje begonnen met boksen bij de boksschool van Theo Huizenaar. Na zijn dienstplicht in het leger begon Gerard met wedstrijd boksen en in 1972 mocht hij eindelijk professioneel boksen. Een wedstrijd die hij nooit meer zal vergeten is die tegen de kampioen van de Sovjet-Unie, “dat was een van de zwaarste wedstrijden, toen heb ik echt veel klappen gehad.” Volgens Gerard is er veel lef voor nodig om tussen de touwtjes te klimmen, “als je eenmaal in die ring staat, kan niemand je meer helpen”.

In 1980 haalde Gerard zijn diploma als bokstrainer. Overdag werkte hij als timmerman in de bouw en ‘s avonds gaf hij training. Totdat hij op een dag benaderd werd door een vriend of hij interesse had om een boksschool in een andere buurt over te nemen. Gerard zijn eerste reactie was, “ik wil helemaal geen boksschool, ik wil gewoon trainer zijn, want anders ben ik helemaal nooit meer thuis.” Pas nadat het hem voor de tweede keer gevraagd werd ging hij akkoord en werd hij eigenaar van zijn eigen boksschool.

Gerard geeft nu al 26 jaar lang training aan verschillende doelgroepen uit de wijk. Man, vrouw, jong, oud, voor hem maakt het allemaal niet uit. De enige grens die hij heeft getrokken is de minimumleeftijd. Dat komt door een persoonlijke ervaring in Wales. Toen hij na een wedstrijd de kleedkamer inliep zag hij ‘schoolboys’ die ook aan wedstrijden deden. “Ik keek die kinderen aan en dacht bij mezelf dit is niet goed, jonge jongetjes hadden al scheve gezichten”, vertelt Gerard. Op dat moment besloot hij, als ik ooit bokstrainer word, geef ik pas les aan jochies vanaf 14 jaar.

IMG_0779-scaled.jpg

Toen Gerard net begon met training geven bereidde hij de les voor op papier. Nu, 26 jaar later, doet hij alles uit zijn hoofd. Een training begint met touwtje springen. Op deze manier kunnen meer leden tegelijk op een kleiner oppervlak warm worden. Het geluid van stampende voeten op de houten vloer, dreunt door het oude pand. Gerard traint zelf niet mee met zijn groep. “Als jij meetraint als trainer kan je niet kijken of ze het goed doen”, is hij van mening. Vanuit zijn hoekje stuurt hij de groep aan. Ze trainen de combinaties van de stoten die voorkomen in een wedstrijd. De groep bestaat uit oud-boksers, amateurs en beginnelingen. Iedereen doet zijn uiterste best om de adviezen van Gerard op te volgen. Zo heeft iemand bijvoorbeeld zijn handen te laag, dit is niet handig, want dan kan zijn tegenstander hem gemakkelijk op zijn hoofd stoten. Gerard probeert hem te corrigeren, maar hij blijft zijn handen te laag houden. “Volgende les herhaal ik het weer en zo leren ze langzamerhand van hun fouten”, legt Gerard uit.

[embed]https://youtu.be/IEiZXgmeE0A[/embed]

De ene stoot wordt na de ander uitgedeeld. Gerard probeert zijn leerlingen de boksers mentaliteit mee te geven; Als je een stoot krijgt probeer je hem terug te geven. “Die mentaliteit krijg je er als trainer zijnde nooit uit, dat zit in je eigen sodemieter”, vertelt Gerard. Volgens hem moet je niet met wedstrijden mee willen doen als je die mentaliteit niet hebt. “Als je een stoot hebt gehad wil je die teruggeven, en doe je dat vandaag niet, dan doe je het de volgende training”, zegt hij standvastig.

Sinds 2 jaar geeft Gerard, met een paar andere trainers, ook les aan mensen met Parkinson. De ziekte van Parkinson houdt in dat de berichtgeving van de hersenen naar het lichaam hapert. Hierdoor beweegt het lichaam trager, kunnen de handen gaan trillen en wordt het lopen steeds lastiger. Daarom is het belangrijk voor mensen met Parkinson om zowel mentaal als fysiek fit te blijven. Boksen is hier de ideale sport voor. Mensen met Parkinson vinden het namelijk lastig om twee dingen tegelijk te doen. En tijdens het boksen worden de mensen juist getraind om dit te stimuleren, zoals tegelijkertijd balans houden en de tegenstander in de gaten houden. De deelnemers krijgen eerst een uitgebreide warming-up. Hoe vermoeider ze worden, hoe beter ze functioneren. En dan kan het echte boksen beginnen, “als ze binnen komen, slaan ze mijn armen eraf”, vertelt Gerard lachend.

Vergroot

Schermafbeelding-2022-06-16-om-11.06.13
Grafiek is gebaseerd op cijfers van de Rijksoverheid

De boksgroep bestaat momenteel uit 30 parkinsonpatiënten. De komende jaren zal deze groep waarschijnlijk alleen maar groter worden. Momenteel hebben 63.500 mensen in Nederland de ziekte van Parkinson. Op basis van demografische ontwikkelingen wordt verwacht dat er tussen 2018 en 2040 een stijging van 56% zal plaatsvinden.  Omdat de ziekte van Parkinson een aandoening is die vooral bij ouderen voorkomt, leidt vergrijzing van de Nederlandse bevolking tot een toename van het aantal mensen met deze aandoening.

IMG_0795-scaled.jpg

Dat Gerard momenteel zijn boksschool nog heeft is niet vanzelfsprekend. De gemeente wilde dit jaar, vanwege de nieuwe regelgeving over vastgoed, de huur met 300% verhogen. Dit zou voor Gerard en de leden onbetaalbaar zijn, waardoor de school aan de hoogste bieder verkocht zou worden. Gerard was het hier totaal niet mee eens, omdat er in die 26 jaar nog nooit wat aan onderhoud is gedaan door de gemeente. “Mijn meterkast kwam van rond de Tweede Wereldoorlog en hier ligt nog een stenen riolering onder”, vertelt Gerard. “Nu willen ze alles aanpakken om de huurprijs omhoog te krikken”. Doordat D66 en Leefbaar Rotterdam vragen gingen stellen aan het college over de dreigende verkoop de boksschool, wordt er nu gekeken naar een andere oplossing. De partijen zijn van mening dat de boksschool al jaren een belangrijke functie heeft in de wijk.

Over de toekomst van de boksschool is Gerard vrij nuchter. “Als ik nog 5 jaar de boksschool heb, dan moet er een einde aan komen”, zegt hij vastberaden. Na die 5 jaar wordt de boksschool door iemand anders overgenomen. Tot die tijd zet de 78-jarige Rotterdammer zich nog elke dag in voor zijn boksschool.