Goed antwoord stelling één

Goed antwoord stelling één

Onze vetfobie is zó geïnternaliseerd, dat mensen er vaak van overtuigd zijn dat we dik zijn altijd al als iets slechts bestempelden. Waar veel mensen zich niet van bewust zijn, is dat het enkel een sociaal construct is; iets wat ons aangeleerd wordt vanaf de geboorte. Als we kijken naar de afkeuring van vet, kunnen we die onderverdelen in twee categorieën: afwijzing op persoonlijk niveau of de afwijzing op collectief niveau. Laten we die twee onder de loep nemen.

Afwijzing op basis van gewicht op collectief niveau

Mensen afwijzen op basis van gewicht gebeurt zowel op persoonlijk als collectief niveau. En wat er dan bedoeld wordt met collectief? Simpel gezegd betekent het dat de samenleving als geheel niet ingesteld is op dikke mensen. Dat is voor dunne mensen misschien niet altijd even zichtbaar, maar dikke mensen krijgen op dagelijkse basis te maken met problemen in de samenleving omdat er geen rekening met hen gehouden wordt. Deze afkeuring is echter niet zomaar van de ene op de andere dag verschenen, maar vindt zijn oorsprong in een tijd die nog niet eens zo ver van de onze af staat. Maar eerst moeten we de geschiedenis induiken om het antwoord op deze vraag goed te kunnen beantwoorden.

Professor Liesbeth van Rossum is internist-endocrinoloog bij Interne Geneeskunde in het Erasmus MC. Ze houdt zich dus bezig met onder andere overgewicht, obesitas en het onderzoek daarnaar. Daarnaast schreef ze samen met haar collega Mariëtte Boon het boek genaamd ‘VET belangrijk’, waarin feiten en fabels over voeding en dik zijn worden behandeld. Waar onze afkeuring voor vet vandaan komt, is één van de onderwerpen waar zij zich met volledige toewijding op heeft gestort.

“Het hebben van vet werd vroeger, vanuit evolutionair standpunt, gezien als iets goeds. Elke dag moest er gezocht worden naar eten en daar werden regelmatig vele kilometers voor afgelegd. Er zaten wel eens dagen tussen dat er geen eten gevonden kon worden; het hebben van vet was dan onmisbaar om te overleven.” Van Rossum geeft aan dat vet tot de 18e eeuw werd gezien als ‘een belangrijke vriend van de mens’. Nadat technologische vooruitgang ervoor zorgde dat aan de ene kan de mens minder werk hoefde te verrichten en er aan de andere kant meer voedsel beschikbaar werd, ontwikkelden mensen volgens haar langzaam overgewicht. “Mensen verbruikten simpelweg minder dan ze consumeerden.”

Dat vet door de tijd heen op verschillende manieren van belang was voor de mens, is dus duidelijk. Maar waarom is onze kijk op vet zo veranderd?

De internist-endocrinoloog wijst daarbij op de mate waarin onze kijk op vet onderhevig is aan ‘modetrends’. “In het oude Egypte werd erg gestreefd naar het hebben van een slank en afgetraind lichaam, maar vanaf de late renaissance zie je juist dat een mollig figuur gewenst was. In de 19e eeuw werden rondingen geassocieerd met rijkdom, succes en macht.” Rond de 20e eeuw kwam er pas langzaam een verandering in dit denkbeeld op gang: “Men vond vet gewoon niet mooi en deze overtuiging werd daarnaast flink uitgebuit door bedrijven die al doorhadden dat ze hier geld aan konden verdienen.”

Het feit dat vet langzaamaan niet meer als iets wenselijks en moois werd gezien, heeft volgens sommigen te maken met ons koloniale verleden. Socioloog Sabrina Strings heeft onderzoek gedaan naar de veranderende opvattingen van Euro-Amerikaanse mensen ten opzichte van vet vanaf de Renaissance tot nu. Zij beargumenteert dat onze afkeer voor vet zijn oorsprong vindt in dat stuk van ons verleden.

         In de periode van onze koloniale overheersing was namelijk sprake van een hiërarchische structuur waarbij zwarte mensen helemaal onderaan de ladder stonden. Wij zijn blank en slank, zij zijn zwart en dik. Zwarte mensen hebben over het algemeen vaak een hoger lichaamsgewicht dan witte mensen. Dit viel ook de kolonisten op, maar zij hingen daar de conclusie aan vast dat hun slaven vast ongecontroleerd waren en zich enkel tegoed konden doen aan de lusten van het leven. Dun of dik zijn werd langzaam maar zeker getransformeerd tot middel om de massa te controleren en een onderscheid te kunnen maken tussen hen die wel of juist geen slaaf waren.

Zoals net al verteld, zien we dat geld iets later in de geschiedenis de voornaamste reden is geweest om de overtuiging dat ‘dik slecht en ongezond is’ in stand te houden. Meghan Jayne Crabbe, schrijfster en body positivity activist, beargumenteert in haar boek ‘Body Positive Power’ dat adverteerders naar manieren zochten om zoveel mogelijk geld te kunnen verdienen. Dat wordt ook onderstreept door Van Rossum. “Vet is iets wat nooit zal verdwijnen en daarnaast iets waar je schaamte omheen kunt creëren; perfect om geld aan te verdienen.” Er werden tal van afslankprogramma’s op touw gezet, afslankpillen op de markt gebracht en tijdschriften droegen met foto’s van dunne en witte vrouwen bij aan de beeldvorming dat dun zijn iets nastrevenswaardig is. “Er werd zelfs een pil op de markt gebracht die ervoor zorgden dat lichaamscellen spontaan in de verbrandingsstand gingen, met oververhitting en soms zelfs overlijden tot gevolg. De pillen werden in 1938 van de markt gehaald, maar zijn nu nog steeds illegaal via internet te bestellen.”

De gehele geschiedenis uiteenzetten zou iets te ver gaan, maar wat vast te stellen valt, is dat onze samenleving die gericht is op dunne mensen, gebaseerd is op denkbeelden die voortkomen vanuit discriminatie, ongelijkheid en commerciële belangen.

Afwijzing op basis van gewicht op persoonlijk niveau

Zoals net al uit de doeken gedaan, komt afwijzing op basis van gewicht niet alleen vanuit de samenleving, maar vindt het ook op persoonlijk niveau plaats. Denk hierbij aan pesten, wijzen, niet met een dik iemand willen daten, een dik iemand niet aannemen bij een sollicitatie of niet naast een dik iemand gaan zitten in het openbaar vervoer.

Het zijn voorbeelden van discriminatie die vaak onder de oppervlakte gebeuren en niet altijd zichtbaar zijn. Het zijn ook voorbeelden van discriminatie waarvan de discriminerende vaak niet eens doorheeft dat het gebeurt. Ga maar eens bij jezelf na, heb je bij het zien van een dik iemand in de McDonalds wel eens gedacht: “Jeetje, als ik jou was, had ik een salade besteld in plaats van een hamburger”? Waarschijnlijk wel, en dat is ook niet erg. Zoals je net hebt kunnen lezen is het niet jouw schuld dat je bent opgegroeid met deze overtuigingen. Ze zitten zo diep geïntegreerd in onze samenleving, dat het bijna onmogelijk is om er op geen enkel moment door beïnvloed te worden. Het enige wat we op dit moment kunnen doen, is ons bewust worden van de overtuigingen die ons of anderen niet meer dienen, en proberen die langzaam maar zeker aan te passen. Iets ongedaan maken is wellicht lastiger dan iets in gang zetten, maar niks is onmogelijk en er zijn al tal van mensen die opstaan om hun spierballen te laten zien tegen een vet fobische samenleving.

Klik hier om terug te gaan naar de feiten en fabels.

Over de auteur