Utrecht, een fietsstad – is dat wel zo?

Utrecht, een fietsstad – is dat wel zo?

Foto: Abinash Satapathy (Unsplash)

Al jaren wordt geroepen dat Utrecht dé fietsstad is. Zelfs op de website van de Provincie Utrecht staat dit vermeld. Is dat zo, is Utrecht dé fietsstad van Europa? Aan de hand van cijfers van Telraam wordt er gekeken of dit wel echt het geval is. Of is het toch het Europese hart, Brussel, dat Utrecht verslaat?

Telraam
De Domstad heeft in totaal 43 telramen aan de Utrechtse ramen hangen. Deze telramen meten al het verkeer dat er dagelijks langs het raam komt. Zo meet dit meetkastje hoeveel grote voertuigen, auto’s, voetgangers en dus fietsers er langskomen. Een Telraam is een kastje wat je aan de binnenkant van je raam (het liefste op de eerste verdieping) hangt. In dit kastje zit een “camera”, met daarin een computer, die de hoeveelheid en welke weggebruikers erlangs komen meten. Telraam is een Belgische uitvinding; zo telt België dus ook aanzienlijk meer Telramen dan Nederland. Om te onderzoeken of Utrecht echt dé fietsstad is, zijn er voor dit onderzoek tien telramen in Utrecht tegenover tien telramen in Brussel gezet.

Utrecht fietsstad?
Een bezoeker van de stad Utrecht valt dan ook meteen op dat er veel fietsers te vinden zijn. Dat komt omdat de gemeente meer aandacht geeft “aan de fiets als gezond, schoon en veilig vervoersmiddel”. Ton van Rietbergen, universitair docent planologie aan de Universiteit Utrecht, zegt tegen het AD: “Utrecht loopt met veel ontwikkelingen simpelweg voorop. We komen ook steeds uit de bus als fietsstad, omdat de rest van de wereld pas net begint met de ontwikkelingen binnen de fietsinfrastructuur.” In 2015 werd Utrecht opnieuw fietsstad van de wereld, net als negentig en zestig jaar geleden meldt de website oud-Utrecht. Ook dit jaar is Utrecht verkozen tot fietsstad door de Global Bicycle Cities Index.

Straatbeeld
Als het straatbeeld onder de loep genomen wordt, is te zien dat Utrecht echt ingericht is op fietsers. Daarnaast zie je dat bijna iedere straat een fietspad langs of op de weg heeft. Er zijn zelfs wegen die alleen voor fietsers bestemd zijn, zoals de Weerdsingel Oostzijde.

In Brussel zie je bijna het tegenovergestelde. Er is nauwelijks ruimte voor de fietsers op de weg. Hier en daar een klein symbooltje dat aangeeft dat auto’s, fietsers op de weg kunnen verwachten, maar daar blijft het bij. Geen fietspaden en erg smalle wegen waar geen extra ruimte is voor de in Utrecht geliefde tweewieler. Daarnaast zie je dat vijf op de tien wegen, ruime beschikking hebben tot parkeergelegenheid. Hiermee is te zien dat de auto nog steeds het populairste vervoersmiddel is in Brussel.

Vergroot

Straatbeeld-Utrecht
Deze visualisatie is gebaseerd op het gemiddelde straatbeeld uit onderzoek aan de hand van Google Maps.

Vergroot

Straatbeeld-Brussel
Deze visualisatie is gebaseerd op het gemiddelde straatbeeld uit onderzoek aan de hand van Google Maps.

Cijfers
Uit cijfers van ons Telraam-onderzoek is te concluderen dat fietsers in Utrecht een groter deel uitmaken van de totale bewegingen. Tot wel 44% van de verplaatsingen in de Domstad worden door de telramen geregistreerd als fietsers. De overige verplaatsingen bestaan voor 50% uit voertuigen.

In Brussel daarentegen is het duidelijk dat voetgangers een grotere rol spelen in de verkeersopbouw. Tot wel vijf keer meer voetgangers verplaatsen zich in de Belgische stad.

Toekomst van Utrecht
Brussel, de Europese hoofdstad, streeft ernaar om net zoals Utrecht een stad te zijn waar alles binnen 10-minuten te bereiken is. Om dit doel te halen zal het aantal fietsers dan ook toenemen de komende jaren.

Hiervoor zal Brussel de infrastructuur moeten veranderen. Er zal gefocust moeten worden op veilig fietsverkeer. Zo zullen fietspaden en bredere straten helpen om het fietsgebruik te motiveren.

Het komt er dus op neer, dat Utrecht gebouwd is voor het gebruik van fietsen en je in Brussel nou sneller van A naar B bent met de auto. Utrecht is al meerdere keren uitgeroepen tot fietsstad en heeft tegenover Brussel ook meer fietsers in de stad. Het is dan ook zo dat Utrecht dé fietsstad blijft, maar in de toekomst zullen andere steden zoals Brussel ambities hebben om deze plek te veroveren.

Data verantwoording
Voor de data-analyse hebben we gedurende drie weken gekeken naar tien straten in Brussel en Utrecht, waar gemeten wordt door Telraam. De drie weken die we bekeken hebben, zijn de weken tussen 3 en 23 oktober. Binnen de beschikbare data is er gekeken naar vergelijkbare straatprofielen aan de hand van stoep, fietspad en wegindeling. Een precieze match hierin is niet mogelijk door de plaatsingen van de telramen.

De kunstmatige intelligentie die Telraam gebruikt in zijn meetapparatuur is zelflerend en heeft één tot twee weken nodig om te leren wat er voorbijkomt. De gekozen telramen meten al langere tijd het verkeer en er kan dus van uitgegaan worden dat de meetkastjes getraind en de verkeerstellingen betrouwbaar zijn. Het werkt als volgt: De minicomputer van Telraam maakt dus een lokale analyse en stelt het verkeerstype vast. Deze informatie over het verkeerstype – maar niet de camerabeelden zelf – worden doorgestuurd naar de centrale databank. Telramen tellen 75% van de tijd het verkeer, besteden 20% van de tijd aan het berekenen van een typische achtergrond (het straatbeeld zonder zich verplaatsende wegebruikers) en 5% aan het analyseren van de data; over deze tijd waarin geen weggebruikers geteld worden (25%), wordt dus een voorspelling gedaan van het op basis van de geanalyseerde metingen te verwachten verkeersvolume. Door dit proces blijft het computersysteem zich verbeteren en instellen op de verkeerssituatie in de desbetreffende straat.

Tenslotte was er een duidelijk verschil in het aantal gemeten verplaatsingen in de verschillende straten. Er is daarom gewerkt met percentages in de grafieken. Hierdoor kan er duidelijk weergeven worden wat het gemiddelde verschil is tussen de twee steden, Brussel en Utrecht.


Door: Marit Alderhout, Bjarn Saes, Elena Tool 

Over de auteur